Test: BMW X3 xDrive 30d

Een zescilinder diesel in een SUV als de BMW X3 maakt zo’n auto erg duur. Minimaal € 80.495 om precies te zijn en dan heb je nog niet eens een heel riante uitrusting. Nee, daarvoor dien je een High Executive te selecteren, met wat optiepakketten voor een beter geluidssysteem en gemakkelijker inparkeren. Wanneer je dan toch bezig bent, zijn een glazen panoramadak en 21-inch wielen ook wel leuk. Bovendien: alle semi-autonome rijsystemen zitten in een pakket gebundeld, dus dat kun je bijna niet laten liggen. Een trekhaak mag natuurlijk evenmin ontbreken, zodat we die optie van een paar honderd euro ook gelijk maar meenemen. Waar staat de teller nu op? Aha, € 114.692. Inderdaad: een middenklasse-SUV met het prijskaartje van een 7-serie.

Maar nu het goede nieuws: er staat wél wat tegenover! Zoals de kop boven dit verhaal al doet vermoeden, resulteert het in een geweldige auto. Niet in de laatste plaats door die zescilindermotor, die de beleving van een flinke SUV compleet kan veranderen. Als de turbo bij 2.000 tpm volle druk levert, staat er 620 Nm tot je beschikking, maar zelfs daaronder maakt de X3 xDrive30d al zó makkelijk gang, dat de naald van de toerenteller daar amper hoeft te komen. De standaard ZF-achttrapsautomaat voelt dat goed aan en zorgt er bijna altijd voor dat het toerental tussen de 1.200 en 1.800 per minuut blijft. Door de van nature perfect gebalanceerde loop van de zescilinder lijnmotor krijg je het idee dat de X3 onoverwinnelijk is.

VERRASSEND ZUINIG

De prestatiecijfers doen niet veel afbreuk aan dat idee. Wellicht nog opvallender: het verbruik valt erg mee. Sterker nog, met 1 op 12,7 bij doorrijden en 1 op 14,3 bij een behoudender rijstijl noteren we bijna identieke scores als bij de X3 met de 20d-motor die we eerder in een vergelijkende test hadden. Het geeft weer eens aan dat een grote motor die het op z’n sloffen doet, niet minder zuinig hoeft te zijn dan een kleine motor die tot het uiterste wordt gedreven. Al kost die in verband met de bpm natuurlijk wel een stuk minder in aanschaf. Iets anders wat logischerwijs sterk lijkt op de eerdere test met de X3, is het onderstel. Omdat Alfa Romeo en Jaguar vanuit de meer dynamische hoek een aanval op BMW inzetten, zien de Duitsers zich genoodzaakt om hun modellen wat sportiever in te steken. Als gevolg daarvan stuurt de SUV opvallend strak.

Natuurlijk weegt de auto vrij veel en omdat het zwaartepunt hoger ligt in vergelijking met een sedan, rolt de X3 ook wat meer. Maar het blijft heel beperkt. Zeker in langere doordraaiers vangen de dempers de koets trefzeker op en dan duurt het ontzettend lang voordat de grens in zicht komt. Logische keerzijde vormt het vrij beperkte comfort. De 21-inch wielen met platte banden vangen niet veel op en hoewel de schokdempers in Comfort minder hard worden, verandert er aan de stevige vering natuurlijk niets. Hinderlijk of vervelend wordt de BMW niet, maar de onmerkbare manier waarop concurrent Mercedes-Benz GLC slecht wegdek gladstrijkt, ontbreekt. Het is maar net waar je je prioriteiten legt.

Aan de praktische inzetbaarheid zal het niet liggen, want op dit vlak heeft BMW goed nagedacht over de X3. De bagageruimte bevat uitsluitend rechte hoeken, de bank gaat makkelijk helemaal plat en eventueel laat de leuning ervan zich over een bereik van negen graden verstellen. Dat kost wel € 160, trouwens. Het levert 550 tot 1.600 liter bagage op en een achterbank die voor BMW-begrippen bovendien goed bruikbaar is. Met vier volwassenen op vakantie zul je weinig klachten krijgen vanaf de achterbank.

iDRIVE

Voorin beschikt de X3 over de nieuwste generatie iDrive en zoals wel vaker levert dat een trefzekere en prettige manier op om de vele functies van de auto te bedienen. Na een korte periode bedien je de sneltoetsen om de centrale drukknop heen blindelings en omdat er naast de controller ook een touchscreen, spraakbesturing en gebarenbesturing aanwezig zijn, laat elke functie zich binnen korte tijd vinden en accuraat bedienen. Ook de niet-digitale bedieningselementen zijn allemaal logisch geplaatst en spreken voor zich. Het enige kritiekpunt dat we zouden kunnen hebben, is dat het interieur er niet zo weelderig mooi uitziet als in een Mercedes GLC, zo rustig en onderscheidend als in een Volvo XC60 of zo hightech als in een Audi Q5. Al zegt dit meer over de concurrentie, want lelijk is het niet in de BMW. Bovendien loopt de auto mooi in de pas als het gaat om actieve rijsystemen en andere technologie. Draadloos je telefoon opladen, een wifi-hotspot, een grote sleutel waarop de toestand van de auto en eventueel de standkachel is af te lezen en te bedienen: het kan allemaal. Meestal wel tegen bijbetaling.

Met het Personal Co-pilot pakket kan de X3 bovendien veel rijtaken overnemen. In de file rijdt de auto netjes achter zijn voorganger aan, komt beheerst tot stilstand en vertrekt met een druk op de knop weer als de rij in beweging komt. Op snelheid blijft de SUV keurig tussen de lijnen of wisselt hij netjes van rijstrook wanneer je de richtingaanwijzer aanzet. Kortom: alles wat je van een modern premiummerk verwacht, is aanwezig. De enige vraag is: wil je al die taken aan de auto overlaten? Het plezier van een zescilinder wil je toch immers het liefst zelf ervaren?