Audi Q3 Sportback vs. Jaguar E-Pace - Vergelijkende Test
Welpje op oorlogspad
62 reacties
Video
Helaas kunnen wij deze video niet weergeven, omdat je niet akkoord bent gegaan met de
cookie voorwaarden.
Onze video speler heeft rechten nodig voor de "Social Media".
Wijzig je cookie instellingen
De Jaguar E-Pace is in Nederland tot nu toe niet het grootste succes. Met een kleine facelift en als plug-in hybride komt Jaguars ‘welpje’ nu beter beslagen ten ijs dan ooit tevoren. Dat moet ook, want Audi heeft met de Q3 Sportback in 45 TFSIe-trim een interessant alternatief in huis.
Natuurlijk, sinds bijtellingsknaller I-Pace is geen enkele andere Jaguar nog echt populair in ons land. Dat is logisch, en het is misschien ook wel deels wat het merk zo aantrekkelijk maakt voor wie de stap naar zo’n stijlvolle Brit wel aandurft. Toch kunnen we ons voorstellen dat Jaguar meer had verwacht van de E-Pace, die als relatief compacte SUV in een populair deel van de markt opereert.
Nu is het tegelijkertijd wel de vraag welk deel van de markt dat precies is. Net als broertje Range Rover Evoque, die het overigens veel beter doet, valt de E-Pace een beetje tussen twee segmenten in. Om het in Audi-termen te zeggen: hij zit onder de Q5, maar boven de Q3. Bij de plug-in hybride-varianten is dat niet anders. ‘Kaal’ is de Jaguar zo’n € 11.000 duurder dan de Audi. De prijzen op de openingspagina van deze dubbeltest laten zelfs een verschil zien van € 12.387 in het voordeel van de Duitser. Het gaat hier echter om de vanafprijzen van de geteste uitvoeringen, dus zonder opties. Na het aankleden van de auto’s tot op het niveau van de testexemplaren is het gat geslonken tot € 3.362, terwijl de Jaguar veel rianter is aangekleed dan de al stevig van opties voorziene Audi. Zelfs als dik aangeklede S-line moet de Q3 het bijvoorbeeld met handmatige verstelbare en slechts deels met leer beklede stoelen doen.
BEDENKMOMENTJE
Erger is dat we een ouderwetse klapsleutel in onze handen krijgen gedrukt, van een model dat al sinds zeker 2008 op allerlei Audi’s wordt geleverd. Natuurlijk leveren de Duitsers voor een paar honderd euro extra een startknop en een hippere sleutel, maar dit soort zaken zou gewoon standaard moeten zijn. Bij een gelijk uitrustingsniveau kosten de Q3 en de E-Pace ongeveer evenveel en dus is dit wel degelijk een eerlijke vergelijking. Reken voor een lekker afgeladen exemplaar in beide gevallen op zo’n 70 mille. Veel geld, maar toch zijn dit met afstand de aantrekkelijkste uitvoeringen van de prijslijst. Als 45 TFSIe met 245 pk is de Q3 Sportback S Edition nauwelijks duurder dan een 150 pk sterke 35 TFSI met automaat, en zonder de mogelijkheid om elektrisch te rijden. Bij Jaguar is de keuze nóg eenvoudiger. De 309 pk leverende P300e kost in gelijke uitvoering significant mínder dan de instapper, die het met 160 pk en voorwielaandrijving moet stellen.
Want jawel: in tegenstelling tot de Audi heeft de Jaguar vierwielaandrijving. Een 109 pk elektromotor drijft de achteras aan, terwijl de voorwielen voor rekening komen van de 1,5-liter driecilinder die ook in de simpelste P160 voor de aandrijving zorgt. Het verschil is dat het blokje hier 200 pk levert, wat samen met de elektromotor het stevige totaal van dik 300 stuks oplevert.
De Audi heeft de aandrijflijn die we kennen uit onder meer de Volkswagen Golf GTE en is dus een voorwielaandrijver. De stekkerhybrides van de Volkswagen Group zijn als enige modellen van het gamma nog uitgerust met een 1.4 T(F)SI en een zestraps DSG, waar het benzinegamma inmiddels een 1.5 en een zevenbak heeft. Dat is echter geen nadeel zolang het goed werkt, en dat doet het. Het grote vermogensgat tussen de Jaguar en de Audi wordt deels gedempt door het verschil in gewicht, want met 2.173 kg is de van nature al zwaarlijvige E-Pace veel zwaarder dan de 1.715 kg wegende Q3.
Evengoed houdt de Audi zijn rivaal niet bij op de sprint, maar behelpen is het allemaal zeker niet. Bij rustig rijden is hij op benzine grappig genoeg stiller dan op stroom, omdat het waarschuwingsgeluid voor voetgangers behoorlijk aanwezig is. Wel laat de 1.4 zich duidelijk horen als het gas op de bodem gaat, duidelijker ook dan de driepitter van de Jaguar. Die is opmerkelijk goed gedempt en komt eigenlijk nooit amechtig of luidruchtig over, wat een prestatie van formaat is voor zo’n klein blokje. De automaat met dubbele koppeling van de Audi schakelt zoals we gewend zijn razendsnel en schokvrij.
De Jaguar-transmissie – een automatische negenbak – doet zijn werk echter ook keurig. Beide modellen zijn voor PHEVbegrippen behoorlijk soepel, al neemt de Audi net wat vaker een ‘bedenkmomentje’ dan de Jaguar. Laatstgenoemde heeft met 15 kWh het grootste accupakket en komt dus net wat verder op een lading stroom. De Audi is echter duidelijk zuiniger als die stroom eenmaal op is.
IRRITANT
Hoewel de Jaguar zonder meer schrikbarend zwaar is, weet hij dat gewicht onder het rijden goed te verbloemen. De E-Pace is in feite het meer dynamische broertje van de Range Rover Evoque en laat zich in een snelle bocht niet snel van de wijs brengen. Samen met de lekker communicatieve besturing levert dat een leuk rijdende SUV op, comfortabel met een speels randje.
De Q3 is lichter en lager en heeft met zijn Sportback-koets sportieve pretenties, maar rijdt vooral erg neutraal en voorspelbaar. Daar staat bovendien geen overdaad aan veercomfort tegenover. De Audi geeft oneffenheden zelfs wat nadrukkelijker door dan de Jaguar, die ook wat stiller is en over de hele linie net even hoogwaardiger overkomt. De gebruikte materialen zijn net wat beter, het dashboard oogt smaakvol en bijzonder en de E-Pace is dankzij onder meer een nieuw infotainmentscherm weer helemaal bij de tijd op technologisch vlak. Het grote touchscreen ziet er goed uit en reageert vlot op aanrakingen, maar over de komst van digitale ‘touch-knoppen’ op het stuur en voor de klimaatregeling zijn we minder enthousiast. De toetsen zijn niet gevoelig genoeg en reageren vaak pas na enkele pogingen op de gewenste manier, wat ronduit irritant is. De Audi doet dat beter en trakteert zijn gebruiker op fijne, hoogwaardige en vooral fysieke knoppen op middenconsole en stuurwiel.
Het touchscreen is wat kleiner dan in de Jaguar, maar het reageert razendsnel en is gekoppeld aan een digitaal instrumentarium dat veel uitgebreider is dan dat van zijn opponent. Wel oogt het Audi-interieur wat zakelijker en minder voornaam, al is er op afwerking en kwaliteitsindruk eigenlijk niets af te dingen. De zitpositie is prima, maar dankzij een wat beperktere verstelbaarheid van het stuur niet perfect. In beide auto’s zijn er details die wat uit de toon vallen. In de Audi zijn dat de deurpanelen, waarop iets te veel van dezelfde matzwarte kunststof is gebruikt, en niet-gebruikte knoppen gewoon worden afgedekt met een simpel plaatje. In de Jaguar zijn het onder meer de ventilatieroosters, die wat ouderwets ogen in vergelijking met de rest. Wie bij Jaguar graag wat buitenlucht binnenlaat, moet overigens met de zijruiten aan de gang, want een te openen panoramadak is hier helaas niet leverbaar. Bij de Audi kan dat dan weer wel.
De facelift van de E-Pace is er één van de subtiele soort. De koelopeningen in de bumper kregen een net even andere vorm, de koplampen hebben voortaan een andere indeling en er zijn wat opties bij gekomen voor uitvoering en aankleding. Zo is er nu een ‘Black Pack’ dat ook de typeplaatjes en emblemen op de achterklep van een zwart laklaagje voorziet. De sportief bedoelde basis mocht uiteraard blijven en dus oogt de E-Pace nog steeds als een (pre-facelift) F-type met een gedrongen SUV-koets.
TAS
Bij Audi kunnen die zwarte logo’s natuurlijk ook en is er nog veel meer te kiezen. Dat begint al bij de carrosserievorm, want ook de plug-in hybride is er als ‘gewone’ Q3 én als de hier geteste Sportback. Die onderscheidt zich met een lagere en sneller aflopende daklijn en is dus een ‘coupéSUV’ van de traditionele soort. Voor een auto in die categorie oogt de Q3 Sportback wat ons betreft best harmonieus, maar heel praktisch is deze koetswerkvorm natuurlijk niet. Hoewel Audi onder de hoedenplank hetzelfde aantal liters belooft, houdt het daarboven snel op met stapelen. Op de achterbank is de hoofdruimte bovendien beperkt, dus wie geregeld met volwassenen op stap gaat, kan beter kiezen voor een normale Q3. Of een Jaguar E-Pace, want die is aan alle kanten duidelijk ruimer dan beide. De Jaguar is hoger en breder dan de Audi, maar ook iets korter. De achterruit ligt bovendien vrijwel even vlak, maar toch is de Brit zowel op de achterbank als in de bagageruimte duidelijk de ruimste van de twee. De E-Pace heeft bovendien onder de vloer van de bagageruimte nog een vakje voor bijvoorbeeld de laadkabel, terwijl die bij de Audi in een nette, maar ruimtevretende tas moet worden gestopt. De Q3 deelt nog wel een kleine tik uit met een verschuifbare achterbank, maar vindt in de Jaguar toch zijn meerdere als het gaat om praktisch gebruiksgemak.
Dit artikel is gratis te downloaden in PDF-formaat. Hiervoor maak je eenmalig een AutoWeek account aan, waarna je onbeperkt uit het AutoWeek archief kunt downloaden.
Oordeel
We schreven het al aan het begin van dit verhaal: eigenlijk opereert de Jaguar een half segmentje hoger dan de Audi. Dat is niet alleen op papier zo, maar blijkt ook in de praktijk te kloppen. De Brit voelt voornamer en serieuzer, is groter, heeft meer vermogen en heeft als enige vierwielaandrijving. De Audi heeft echter een veel lagere vanafprijs en dat mag zwaar meewegen. Het prijsverschil valt alleen helemaal weg als beide auto’s stevig worden aangekleed, en daarmee is de uitkomst duidelijk.
Had je deze auto's al gezien?

Jaguar E-Pace 1.5 P300e AWD R-Dynamic SE | LEDER | PANORAMADAK
- 2022
- 11.317 km

Audi Q3 35 TFSI S edition Competition 150 PK | S-Line | Automaat | Navigatie | Stoelverwarming | Dodehoeksensor | Trekhaak | Parkeersensoren | Apple Carplay | Android Auto | Adaptive Cruise Control | Virtual Cockpit Plus |
- 2024
- 6.415 km

Audi Q3 35 TFSI 150pk MHEV S LINE | BLACK EDITION | PANO | LEER |
- 2023
- 25.096 km
Lezersreacties (62) (gesloten)
De discussie is gesloten.
Reageren is niet meer mogelijk.