Audi A8 4.2 quattro - Op de Rollenbank

Al vijf jaar rijdt Henk van den Bovenkamp in zijn machtige Audi A8. “Zo’n 40.000 kilometer per jaar, maar sinds de cononacrisis is dat wat minder; ik kwam toen niet zo ver. De langste reis die we met deze auto hebben gemaakt, is naar Portugal. Mijn vrouw wilde met het vliegtuig, maar dat heb ik geweigerd. Zo’n rit met deze auto wil je niet missen.”

Over slechte verhalen van de 4.2-V8 kan Henk niet meepraten. “Deze auto heeft nog steeds zijn eerste motor en er is eigenlijk nooit iets geks mee. Je kunt hem laten janken tot 7.000 tpm. Dat doet hij dan ook regelmatig. Zijn topsnelheid haalt hij ook nog. Daarnet tenminste nog wel”, lacht hij. En dat dus allemaal bij een kilometerstand die al over het kwart miljoen staat.

VERGROEID

Henk heeft een historie met snelle Audi’s. Als je hem vraagt wat hij altijd heeft gereden, komt er een lange lijst Sen RS-modellen langs. “Ik heb ook ooit eens een BMW gehad, maar die beviel me niet. Ik denk dat het maar net is wat je gewend bent. Mijn ouders reden al Audi, dan ben je kennelijk toch een beetje met het merk vergroeid.”

Voor lopig rijdt Henk nog wel even door met deze A8. “Maar ooit wil ik ook nog zo’n S8 met een dubbele turbo. Ik ben per slot van rekening al over de zeventig, dus de tijd begint wel te dringen als ik daarvan optimaal wil genieten.”

Onze rollenbankchef Ghisbert van Ginhoven is benieuwd naar de meting. “Deze V8 is een FSI-motor, die gaat op den duur intern vervuilen. Een meting met dit soort auto’s is dus zeker niet een garantie voor succes. Maar als ik hoor dat de auto nog zo probleemloos is en goed presteert, zou het natuurlijk ook een keer wel goed kunnen gaan.”

Uiteindelijk hoest de A8 nog 321 pk op – en dat is inderdaad bij zevenduizend toeren. Ook het aantal newtonmeters trekkracht is maar een klein beetje minder dan de fabrieksopgave. Ghisbert: “Dat is echt een goede uitslag hoor. Voor zo’n kilometerstand en met deze motor valt het verlies alles mee!”