Mercedes-Benz C-klasse: het begin
Toen al als EV!
De naderende introductie van de nieuwe Mercedes-Benz C-klasse vormt een mooie aanleiding om eens in de geschiedenis van het model te duiken. Voor de Mercedes-Benz C-klasse begon het 28 jaar geleden allemaal bij de W202.
De C-klasse is niet de eerste middenklasser van Mercedes-Benz. Die eer was uiteraard voor de 190, die al in 1982 op de markt kwam. De C-klasse W202 was in 1993 de opvolger van de 190. Omdat deze auto als eerste de naam ‘C-klasse’ droeg, nemen we hem als uitgangspunt voor dit artikel. De W202 was met zijn ruim 4,5 meter 6,8 centimeter langer dan zijn voorganger. In de breedte groeide hij met drie centimeter. Qua ontwerp was de W202 ondanks zijn duidelijk moderne aanblik geen extreme stijlbreuk: het uiterlijk bleef hoekig en behoudend, waarbij de vorm van de grille en de koplampen eigenlijk maar minimaal afwijken van het front van de 190. Aan de achterzijde zijn de driehoekige achterlichten wel weer duidelijk anders. Later kwamen deze overigens ook weer terug bij de tweede C-klasse, de W203. De C-klasse W202 was overigens ook als Estate leverbaar, een carrosserievariant die de 190 moest missen.
Mercedes-Benz C-klasse
Waar de buitenkant aan de behoudende kant is, ging het interieur er wel behoorlijk op vooruit. Met name de boog bovenaan het dashboard bij de voorruit valt op, een detail dat later ook zijn weg heeft gevonden naar onder meer de Jaguar XJ, Audi A6 en Seat Leon. Daarnaast oogt het dashboard wat minder rechttoe-rechtaan dan in de 190. Ook kwamen zaken als climatecontrol en een cd-wisselaar naar de middenklasser van Mercedes. Qua veiligheidssystemen was ABS altijd standaard. ASR, de tractiecontrole van Mercedes, werd in 1998 standaard op alle modellen.
Meer dan enkel viercilinders
Op het gebied van motoren kende de W202 in ieder geval een grotere veelzijdigheid dan de C-klasse die er nu aan zit te komen. Straks bestaat de keuze namelijk alleen nog maar uit viercilinders. In de eerste C-klasse bestond de onderkant van het aanbod uit viercilinders, maar hoger op de ladder stonden de zes- en achtcilinders. Bij de diesels was de 150 pk sterke C 250 Turbodiesel met zijn 2,5-liter vijfcilinder de rangetopper. Op dieselgebied bestond de modernisering verder uit de toevoeging van de CDI-motoren in 1997, die betere prestaties leverden en efficiënter waren dan de eerdere diesels.
Het ware vuurwerk bestond bij de W202 uit de AMG-modellen, die uiteindelijk het startschot vormden voor een langlopende traditie. In 1996 verscheen de C 36 AMG op het toneel, die een 3,6-liter zescilinder lijnmotor met 276 pk onder de kap had. Daarmee knalde hij in 5,8 seconden naar de 100 km/h en reed hij bij 250 km/h zijn snelheidsbegrenzer in. Twee jaar later kwam de overtreffende trap in de vorm van de C43 AMG, die met zijn 4,3-liter V8 310 pk op zijn achterwielen losliet. Ondanks zijn grotere motor was de 43 niet eens zo heel veel krachtiger dan de 36. Leuk weetje: de C43 AMG was de allereerste C-klasse ooit met een V8.
Elektrisch experiment
De nieuwe C-klasse komt er voor zover bekend niet als volledig elektrisch model, maar van de W202 bestond deze wel. Hij was alleen niet beschikbaar voor de consument. Mercedes experimenteerde in de jaren 90 met elektrische auto’s op het Duitse eiland Rügen. De elektrische W202 was in feite een doorontwikkeling van de elektrische 190, waarbij Mercedes de opgedane kennis gebruikte om het formaat van de accu’s te verkleinen. Zijn actieradius was met 110 kilometer onveranderd ten opzichte van de 190 op stroom. Een volledig elektrische C-klasse is daarna nooit op de markt gekomen, maar gezien de toenemende elektrificatie binnen de auto-industrie lijkt een C-klasse EV in de toekomst haast onvermijdelijk.