Mazda RX-7 was hartstikke vlot met een 1.3 – In het Wild

Op zichzelf is de Mazda RX-7 van de tweede generatie, zoals we die hier dankzij AutoWeek-forumlid HarmenA voor ons hebben, helemaal niet zo'n extravagante auto. Althans, niet als we het hebben over zijn uiterlijk. Ja, het is een opvallende verschijning en dat was het destijds ook al, maar de basislijnen deelt hij met heel wat sportieve rakkers uit die tijd. Van de Chrysler GS tot de Porsche 944 en van de Mitsubishi Starion tot deze Mazda RX-7, ze hebben allemaal wel wat van elkaar weg.

Het écht onderscheidende onderdeel van deze Mazda zat onder de motorkap. In tegenstelling tot de andere genoemde tegenhangers had de Mazda namelijk een wankelmotor. Eentje met slechts 1,3 liter volume. Bij zo'n rotatiemotor had je immers niet veel nodig om toch een serieus vermogen te kunnen genereren, zeker niet als je er ook nog een turbo op zette. Dat laatste was het geval bij de RX-7 die we hier voor ons hebben. Dit is namelijk een RX-7 Turbo II en die heeft een zogenoemde twin-scroll-turbo. Die gaf de RX-7 niet alleen een extra stoot vermogen, maar zorgde er ook voor dat er bij lager toerental al lekker veel pit was.

Met meer dan 180 pk vermogen was het in zijn tijd al echt een vlotte auto, zo'n RX-7. 0-100 km/h was in iets meer dan zeven seconden gepiept en de topsnelheid lag op 230 km/h. Wat dat betreft deed hij zijn sportieve uiterlijk al wel eer aan, al zou het bij zijn opvolger nog een heel stuk verder gaan met die 1.3. Na verloop van tijd werd echter wel duidelijk dat je niet per se gehecht moest zijn aan de inhoud van je portemonnee als je zo'n RX-7 vaak op zijn staart trapte. Het bleek behalve mooie helaas ook vrij kwetsbare techniek. Desondanks weet deze RX-7 het toch al bijna 37 jaar vol te houden. Dat hij van 2001 tot vorig jaar bij één eigenaar is gebleven, heeft daar vast bij geholpen. We hopen dat de huidige eigenaar er al net zoveel liefde voor voelt, maar dat kan haast niet anders.