Hoe je occasion meer waard kan worden dan een nieuwe auto
Gekte op de automarkt, nieuwe auto's slecht beschikbaar
- Rob van Ginneken
- Achtergrond
Alle volkswijsheden over het inruilen van je auto, het onderhandelen over kortingen, de afschrijving en occasionprijzen kunnen tegenwoordig bij het grofvuil. Je occasion kan zelfs méér waard worden, in bijzondere gevallen zelfs meer dan een nieuwe auto. Waarmee krijg je als autoconsument te maken? We nemen een diepe duik in de achtergronden, onder begeleiding van branche- en prijzenspecialist Gerard ten Buuren.
Tientallen jaren kon je autoprijzen en restwaarden vrijwel altijd simpelweg in de brochure en op koerslijsten opzoeken. Maar tegenwoordig moet je maar afwachten wanneer je bestelde nieuwe auto komt, en de beschikbaarheid van occasions is al even raadselachtig. Het ooit zo solide gebouw van ‘de voorspelbare restwaarde’ begint daardoor te verzakken. Sterker nog, je hoort verhalen dat sommige gebruikte auto’s en gekentekende auto’s van een vorig jaar zelfs meer moeten opleveren dan een nieuwe.
Zelfs Gerard ten Buuren trekt de wenkbrauwen verbaasd op, ook al heeft hij als voorzitter van de afdeling Bovag Onafhankelijke Autobedrijven (en met een schat aan ervaring in autotaxatie, autodata en de financierings- en leasewereld) nog zoveel meegemaakt. Toch zijn de verhalen niet zo raar, want er woedt een ‘perfecte storm’ in de branche. Een tweedehands auto die meer moet opbrengen dan wat hij nieuw heeft gekost, dat bedenk je toch niet? “Dat klopt, maar er zijn gewoon voorbeelden van”, zegt Ten Buuren. “De hoofdrolspeler is dan vaak de overheid. Ik zeg wel eens: de overheid is de beste autoverkoper in ons land. Met fiscale en bijtellingacties zorgt die in december regelmatig voor een run op bepaalde modellen. Die zijn dan na de jaarwisseling met hun lagere bijtelling extreem gewild als ze als voorraadauto’s op kenteken op de markt komen. De Nederlandse zakenautorijder denkt heel goed aan zijn portemonnee en dat is goed te begrijpen.”
Parkeerplaatsen vol Volkswagens ID.3
Bij dit verhaal moet je denken aan voorbeelden als enorme parkeerplaatsen vol met lage-bijtelling-Volkswagens ID.3, die zeker niet allemaal voor de jaarwisseling werden afgeleverd, maar zogezegd wel hun gewicht in goud waard waren. “Er zijn heel wat voorbeelden te bedenken, zoals de Mitsubishi Outlander PHEV, de Volvo V60 D6 Hybrid en een paar jaar geleden ook de Tesla Model 3”, zegt Ten Buuren. “In december werden ze met duizenden tegelijk geregistreerd, maar wanneer ze echt gingen rijden? En in januari werden er dan een stuk of 36 regulier gekentekend.
Skoda Enyaq van '21 meer waard
Een actueel voorbeeld is de Skoda Enyaq, de net gekroonde Zakenauto van het Jaar. Die is maar beperkt beschikbaar, waardoor de exemplaren van vorig jaar juist meer waard zijn geworden. De rijder vindt het prima, want die heeft privé bijtellingvoordeel. Dat zal in de branche voor een boel verwarring zorgen, mag je aannemen. “Zeker”, zegt Ten Buuren lachend. “Bij autodata- en waardespecialist AutoTelex leverde dat regelmatig een boel vraagtekens op. Traditioneel is er een voorspelbare afschrijvingscurve, maar opeens waren er auto’s die een specifiek bijtellingvoordeel hadden en juist méér waard werden en daardoor in de occasionshowroom hoger werden geprijsd dan auto’s van een later jaar.”
Een Skoda Enyaq van 2021 is meer waard geworden omdat een nieuwe beperkt beschikbaar is.
Te weinig auto’s
Je hoeft geen specialist te zijn om te zien dat er talloze ontwrichtende ontwikkelingen zijn. Zo konden autofabrieken door de coronacrisis en nu de Oekraïne-oorlog niet op volle capaciteit draaien, bijvoorbeeld door beperkt beschikbare componenten. Tegelijk was er een run op betaalbare auto’s. Veel mensen wilden en willen toch maar liever veilig in hun eigen cocon reizen in plaats van met de bus of trein. Die zijn er alleen vaak niet of ze kosten nogal wat. “Dat speelt nog altijd”, stelt Ten Buuren vast. “Auto’s van tussen de € 6.000 en € 16.000 zijn zeer gezocht. De beschikbaarheid van occasions is sowieso een groot knelpunt. Dat is niet zo raar. Als we dit jaar aan de 300.000 nieuw verkochte auto’s komen, is dat al heel wat. Dat heeft een domino-effect, want het leidt ook tot krapte aan inruilers van die kopers. Om dat enigszins op te vangen, worden er grote aantallen auto’s geïmporteerd, dit jaar denk ik zo’n 270.000. Dat zijn vooral heel veel jonge auto’s.”
Leaseperiodes: kijken naar 72 en zelfs 84 maanden
Nog zo’n grote speler in dat verhaal is de leasewereld. “Daar hebben ze zelfs met twee klappen te maken. Ze krijgen de nieuwe auto’s niet en de leaserijders worden door alles wat er speelt voorzichtiger. Als oplossing rijden ze langer door en breiden de leasemaatschappijen de leaseperiodes gestaag uit. Voorheen was dat maximaal zestig maanden, maar er wordt nu al gekeken naar 72 en zelfs 84 maanden. Dat kan trouwens ook gemakkelijk, omdat de kwaliteit van de auto’s steeds beter is. In het verlengde daarvan verwacht ik dat occasionlease zal groeien.”
Dagprijzen bij occasions?
De vraag is natuurlijk op welke basis autobedrijven hun prijzen bepalen. “Meer dan ooit gaat het om vraag en beschikbaarheid. Er wordt door de specialisten en autobedrijven voortdurend bijgehouden welke gewilde modellen beschikbaar zijn en hoeveel. De echte gekte is er weliswaar van af, en er zijn wel wat grotere voorraden, maar auto’s blijven echt schaars. Ik hoor elk kwartaal van importeurs dat er meer aanbod komt, maar vooralsnog zien wij dat niet. Wat daarbij ook speelt: de nieuwe auto’s die worden geleverd, zijn niet de uitvoeringen die je zelf op maat bestelt. Vaak wordt het pas volgend jaar leveren als je nu iets op maat bestelt, dat is nu eenmaal zo.” Terug naar de occasionshowroom, waar er door het tekort aan auto’s bijna sprake is van dagprijzen. “Nou ja, dagprijzen is misschien wat sterk gezegd, maar het scheelt niet veel”, zegt Ten Buuren daarover. “Het zeer regelmatig bijstellen van prijzen gebeurt zeker. Dit zijn andere tijden. Voorheen stond er een auto wat langer en die werd dan in prijs verlaagd, maar nu kan het zomaar zijn dat hij op de showroomvloer een nieuw prijslabel krijgt en juist duurder wordt. Logisch als je een courante auto hebt waarvan je als autobedrijf constateert er maar een paar van in Nederland verkrijgbaar zijn. De klant is tegenwoordig best bereid een heel eind te rijden als je zijn ideale auto hebt staan. Internet speelt daarbij een grote rol.”
Ten Buuren denkt niet dat de situatie op korte termijn verandert. “In het buitenland is er momenteel eveneens een tekort”, stelt hij vast. “Ik zie geen aanleiding waarom de occasionprijzen op afzienbare termijn lager zullen worden. We hadden al vastgesteld dat ze door de krapte niet zelden dicht tegen de nieuwprijs aan zitten en tja, die prijzen worden de afgelopen jaren steeds hoger. Gemiddeld is die al € 43.000. Ik kan me nog goed herinneren dat dat € 19.000 was.”
Laten we even de pet van de autokoper opzetten: zijn er koopjes te halen als je bijvoorbeeld elders in het land zoekt? “Nee, dat speelt niet meer. Internet en verkoopsites maken het allemaal heel inzichtelijk en zoals gezegd wil de moderne consument best het land door rijden voor een interessante auto. Sterker nog, zelfs internationaal is het moeilijk, want er zijn al legio bedrijven die auto’s gewoon uit het buitenland halen.”
Inruilen gemakkelijker dan ooit
Laten we het toneel even verplaatsen naar de klant en de verkoper in de showroom, niet zo lang geleden een goede plek om je onderhandelingstalenten als autokoper te etaleren. De volkswijsheid zei dan dat je eerst je eigen auto moest verkopen aan een familielid of kennis, omdat je zonder inruiler extra scherp je nieuwe kon inkopen. Tegenwoordig is zo’n transactie gemakkelijker dan ooit, vanwege websites van handelaren die aanbieden om jouw auto zonder gedoe van je aan te kopen. De Bovag-woordvoerder van de zelfstandige autobedrijven kan er met een brede glimlach kort over zijn. “Onderhandelen over de prijs is met zo’n tekort aan auto’s veelal verleden tijd, maar het is enorm belangrijk dat je begrijpt hoe het voor het autobedrijf juist een troefkaart is als je een inruiler meeneemt”, zegt hij. “Dat geeft het autobedrijf namelijk de kans om ook wat te verdienen aan jouw inruilauto. Die wil het bedrijf dus graag hebben, want veel occasionshowrooms staan allesbehalve vol. Dat betekent dat je een goede prijs kunt krijgen.”
Kleintjes verdwijnen uit aanbod nieuw dus goed voor waarde
Wat zijn de goudklompjes die je als klant in handen kunt hebben? Met andere woorden: wat zijn de gewilde auto’s in het koop- en verkooptraject en zijn daar ontwikkelingen die je als klant in je achterhoofd kunt houden? “Als je even online kijkt, vind je een schat aan informatie over vraag en aanbod”, vertelt de Bovag-man. “Een belangrijke ontwikkeling is daarbij absoluut dat de kleine auto’s in het modelaanbod bij heel veel merken worden uitgefaseerd. De prijzen van gebruikte exemplaren worden alleen daardoor al hoger. Dat betekent voor menigeen wel dat zijn of haar Aygo, 108 of Up geholpen door die trend zijn waarde langer zal vasthouden. Die zijn altijd populair. De mensen vinden met name kleinere auto’s en compacte SUV’s erg aantrekkelijk. Automaten zijn enorm gewild en dat is eveneens een trend die de prijs beïnvloedt.”
Relatief jonge auto
Valt er voor de autokoper iets te leren over de verbeterde kwaliteit van auto’s en ook de recent naar een jaar verlengde minimale garantieperiode bij erkende autobedrijven? “De consument zoekt vooral naar relatief jonge auto’s met niet te veel kilometers”, weet Ten Buuren. “Zeg maar minder dan 80.000. Het beweegt wel, want vroeger was het bouwjaar het eerste waar de klant naar keek, maar dat is tegenwoordig steeds minder het geval. De klant zoekt gericht een auto die helemaal in zijn plaatje past en daarbij speelt de kilometerstand wel een rol, maar het bouwjaar boeit minder. Dat is niet onterecht, want ook de lat voor die streefkilometerstand wordt actueel steeds hoger gelegd. Ooit dacht iedereen dat een auto met een ton aan kilometers helemaal op was, maar dat is naar 160.000 gekropen en nu is twee ton al bijna een bovengrens. Logisch, want door alle Europese eisen zijn auto’s geavanceerd en duurzamer. De betrouwbare levensduur neemt enorm toe.”
Door de bril van de consument gezien zou het dus goed zijn als we dat bij het shoppen meer laten meetellen. “Zeker”, zegt Ten Buuren. “Nederlandse auto’s zijn door onze goede wegen, de regelmatige apk en goede serviceregistratie niet voor niets erg gewild in andere landen. Nu gaan auto’s met veel kilometers daar wat vaak heen, omdat de consument hier nog van de kilometerstand schrikt. Dat is vaak echt niet nodig.”