Hoe het begon: Aston Martin Lagonda

De nieuwe Lagonda, die in tegenstelling tot de Rapide een echte sedan is, komt naar verluidt in 2015 in beperkte oplage op de markt. De auto is dan een voorbode van een Lagonda die wél in gewone serieproductie zal gaan: een SUV op basis van de Lagonda Concept uit 2009. De oude Lagonda en deze hoogpotige nazaat hebben één overeenkomst: het uiterlijk van beide auto's kan niet op ieders goedkeuring rekenen.

In 1974 was er al een Aston Martin Lagonda, maar daarvan werd slechts een handjevol gebouwd. Pas in 1976 toonden de Britten de auto die zoveel tongen losmaakte met z'n uiterlijk en die volgens velen één van de slechtste auto's aller tijden is. Het ontwerp van William Towns en is op z'n zachtst gezegd opmerkelijk. Een lange en vooral extreem lage neus met brede lichtunits en een eveneens erg lage achterkant zorgden voor een kenmerkend profiel. De Lagonda was meer dan 5 meter lang en met 1,80 meter breed ook niet echt klein te noemen, maar was toch slechts 1,30 meter hoog. Binnenin zette de ultramoderne vormgeving door, het dashboard was bijvoorbeeld volledig digitaal en de auto zal bomvol elektronica.

Storinggevoelig

Zo was het de eerste auto met een volledig elektronisch motormanagementsysteem. Mede daardoor kwam de 5,3-liter V8 tot 280 pk. Dit was genoeg om de twee ton zware sedan in zo'n acht seconden naar de 100 kilometer per uur te schieten en een topsnelheid van bijna 240 kilometer per uur te bereiken.

Helaas bleek de Lagonda naast extreem vormgegeven ook extreem onbetrouwbaar. Motorische storingen waren niet van de lucht en ook het dashboard wilde nog weleens spontaan uitvallen. Dit, gecombineerd met het feit dat er zo'n 2.200 manuren in gingen zitten om de Lagonda te bouwen, maakt het tot een zeldzame verschijning. In de tien jaar dat de auto gebouwd werd, zijn er slechts 645 gemaakt. Laten we hopen dat de nieuwe Lagonda, als 'ie komt, wat betrouwbaarder blijkt.

eze trotse eigenaar vertelt meer over z'n Lagonda: