Dit vinden de acht grootste politieke partijen over automobiliteit
Ja, er zijn standpunten, maar die komen niet aan bod
Komende woensdag mag Nederland naar de stembus voor Tweede Kamerverkiezingen. Ondanks de aandacht voor het stemmen in zijn algemeenheid is duidelijk dat ‘de auto’ deze keer een marginale rol speelt. Waarom is dat? En zijn er überhaupt standpunten? We geven onze analyse en nemen wat standpunten met je door.
Afgelopen decennia hebben we heel wat verkiezingen gehad, en meer dan eens was autorijden een item dat een grote rol speelde. Kilometerheffing is al zeker dertig jaar een terugkerende zaak, die, afhankelijk van de partij, werd omarmd of juist angstvallig werd losgelaten tegen de tijd dat we weer naar de stembus mochten. Maar deze keer speelt het nauwelijks een rol. Ondanks het feit dat we midden in de grootste transitie zitten sinds we paard en wagen lieten staan voor een raar apparaat op benzine. Maar ondanks de opkomst van elektrisch rijden en de ingewikkelde regelgeving op het gebied van milieueisen, CO2-targets en subsidiestromen die daarmee gepaard gaat, lijkt het mensen deze keer niet te boeien. Huisvesting, bestaanszekerheid, een betrouwbare overheid en asielbeleid lijken de voornaamste drijfveren. Zelfs stikstof en landbouw zijn alweer op een warmhoudplaatje beland. Maar verkeer? Nope.
Dat is niet puur toeval; politieke partijen weten maar al te goed waarop de focus moet liggen in verkiezingstijd. Meer dan in de jaren tússen de verkiezingen is de thermometer goed geplaatst en wordt dagelijks onderzocht welke items leven en welke niet. En voor een thema als autorijden geldt vaak: als het niet leeft, begin er dan maar niet over, want mogelijk kost het je alleen maar stemmen als mensen weten wat je van plan bent. Zo is 'autopartij' VVD inmiddels voor een vorm van kilometerheffing, om de misgelopen accijnzen op brandstof (door EV’s) te compenseren. Ook al vindt de partij dat dit ‘in totaal’ niet mag leiden tot een belastingverhoging, is een kilometerheffing geen standpunt waarmee men eens fijn groot op billboards gaat adverteren.
Voor een meer linkse partij als GroenLinks/PvdA geldt niet verrassend dat men een vroeg verbod op benzineauto’s wil. Privéauto’s moeten worden teruggedrongen ten faveure van deelauto’s. Ook geen standpunt waarmee je uit 'het midden’ veel nieuwe stemmers binnenhaalt. En voorstanders van dit beleid zitten waarschijnlijk toch al in jouw kamp, dus waarom zou je het een speerpunt maken? Aldus sneeuwt mobiliteit in het algemeen en de auto in het bijzonder flink onder tijdens deze verkiezingen. Dit tot ergernis van RAI Vereniging, die in Nederland de vertegenwoordiger is van de auto-industrie. Voor een lobbyclub is het natuurlijk vrij frustrerend dat het onderwerp wat jij moet pluggen totaal wordt genegeerd door zowel de politiek als de stemmer. “Het is ongelooflijk dat het tijdens de verkiezingsstrijd over van alles en nog wat gaat, maar dit onderwerp angstvallig wordt gemeden”, klaagde voorzitter Van Brugger deze week in De Telegraaf. Een begrijpelijk perspectief van de RAI, maar je kunt politici zo vlak voor de verkiezingen niet kwalijk nemen dat ze het niet hebben over een onderwerp dat ook bij de kiezer niet hoog op de agenda staat.
Standpunten
Toch zijn er wel degelijk standpunten over de auto. Wie de verkiezingsprogramma’s leest, komt ze vanzelf tegen. Mocht jij nu net wel een stemmer zijn voor wie automobiliteit wél een hot item is (zoals kennelijk voor driekwart van onze lezers geldt), doe dan zeker je voordeel met onze samenvatting!
VVD
De op dit moment nog grootste partij in de Kamer wil mobiliteit betaalbaar houden door ‘stijging van de prijzen te vermijden en accijnzen te verlagen’. Er moet daarbij extra worden geïnvesteerd in infrastructuur. De omslag naar elektrisch rijden moet worden gestimuleerd, ook voor de occasionmarkt. Men wil toewerken naar een stelsel van betalen naar gebruik (een kilometerheffing dus) waaraan ook bij gebruik van elektrische auto’s wordt betaald. Uitgangspunt daarbij is dat de belasting op de auto niet wordt verhoogd.
NSC
De nieuwe partij van Pieter Omtzigt scoort goed in de peilingen. De man staat al jaren bekend als groot criticaster van subsidies op PHEV’s en EV’s en dat is te zien in zijn programma. Sowieso is hij tegen een kilometerheffing, omdat er op het platteland voor de auto vaak geen alternatief is om grote afstanden af te leggen. Daarbij moeten EV’s, die volgens hem “jarenlang fors fiscaal zijn gesubsidieerd”, meer gaan bijdragen aan de belastingopbrengsten. Ook wil hij een beperkt accijnsverschil met andere landen, wat zou neerkomen op een prijsverlaging op benzine en diesel. Hij wil prioriteit voor groot onderhoud en het verbeteren van verkeersonveilige wegen.
PVV
Geert Wilders noemt het huidige beleid puur pestgedrag om de staatskas te spekken en wil niet dat de automobilist nog langer gebruikt wordt als melkkoe. De PVV wil de accijnzen op brandstof verlagen, meer wegen aanleggen, geen rekeningrijden, de maximumsnelheid verhogen naar 140 km/h, geen verbod op de verkoop van auto’s met verbrandingsmotor en alle milieuzones schrappen.
BBB
De BBB is geen voorstander van kilometerheffing omdat deze oneerlijk is voor mensen in de regio die gedwongen grotere afstanden afleggen. Men wil wel dat er versneld wordt gekeken naar het oplossen van bestaande knelpunten in de infrastructuur. Kleinschalig openbaar vervoer, taxi’s, kleine busjes en de fiets moeten daarbij een grotere rol krijgen naast het regulier openbaar vervoer.
GroenLinks/PvdA
De linkse samenwerking vindt dat huidige regelingen voor mobiliteit, zoals leaseauto’s, reiskostenvergoedingen en subsidies voor elektrische auto’s, vooral in het voordeel uitpakken van hoge inkomens en wil dat anders zien. De partij wil versneld een kilometerheffing invoeren die plaats- en tijdsgebonden is. De fiscale voordelen van leaseauto’s moeten worden afgebouwd en vanaf 2030 wordt het EV-only voor nieuwe auto’s.
D66
Ook D66 is voorstanden van een kilometerheffing die afhankelijk is van plaats, tijd en type auto. Dit met een extra tarief in stedelijke gebieden. In gebieden met weinig OV-ondersteuning krijg je dan juist korting. Ook wil men fors inzetten op deelauto’s: in 2023 moeten er 500.000 zijn in Nederland. EV’s moeten ook de komende jaren subsidie krijgen en bij leasecontracten moet een elektrische auto verplicht worden. Verder wil men in 2050 in minimaal 50 steden een milieuzone hebben. Voor vrachtvervoer moeten dat zelfs emissievrije zones worden.
SP
De SP wil dat autorijden schoner, maar niet duurder wordt en is voorstander van een EV-only regel voor nieuwe auto’s in 2035. De partij is tegen rekeningrijden en wil dat de voordelen en subsidies voor EV’s niet terechtkomen bij mensen die het niet nodig hebben. “Dit om te voorkomen dat mensen die geen stekkerauto kunnen betalen de rekening gepresenteerd krijgen.”
CDA
Het CDA is tegen rekeningrijden vanwege gebrek aan opties op het platteland, maar wil wel mensen van buiten Nederland middels een vignet laten meebetalen. Verder wil men aanpassingen van de belastingregels voor EV’s, zodat deze minder snel naar het buitenland verdwijnen om ze zo voor de particuliere occasionkoper betaalbaar te houden.
En nu?
Tot zover kort de basispunten van de acht grootste partijen. Uiteraard is elke verkiezingsbelofte met garantie tot aan de deur van het stemlokaal. Maar wie wil leren van het verleden, moet inzien dat beloftes over autorijden al helemaal snel worden vergeten. Er moet vaak wisselgeld worden betaald en de automobilist werd de afgelopen twintig jaar vaak als eerste geofferd. Of het nu gaat over bpm-verhogingen of het afschaffen van mrb-vrijstelling van oldtimers: zelfs met ‘autopartij’ VVD in de kabinetten konden we nergens van op aan.
Er is één grote uitzondering dit jaar: de kilometerheffing. Een oplossing die steeds meer voorstanders krijgt. Deze analyse uit 2016 laat zien waarom, inhoudelijk is er weinig veranderd. De scheidslijn qua opinie is daar erg duidelijk. Nu speelt mee dat er al een wet ligt die in de zomer van 2022 is aangenomen, waarin is afgesproken dat er vanaf 2030 een kilometerheffing komt. Ja, een nieuwe meerderheid kan deze wet weer ongedaan maken, maar dat is niet hoe het politieke spel in Nederland meestal wordt gespeeld. Als je continue net afgesproken beleid terugdraait, wordt er helemáál nooit wat gedaan. Een kabinet over links zal dit beleid dus fluitend doorzetten. Een kabinet door het midden zal dat vermoedelijk ook doen met wat kleine compensaties als goedmaker voor gebroken verkiezingsbeloften. De tegenstanders zullen dit punt snel slachtofferen met deze wet in het achterhoofd. Enkel als we volledig over rechts gaan zal er mogelijk een harde streep door de plannen gaan, maar zélfs dan kan je het beste een slag om de arm houden … Those who do not learn history are doomed to repeat it. Veel succes met stemmen!