Autobrancheorganisatie ACEA: 'EU-staalmaatregelen gaan te ver'
Hogere kosten voor fabrikanten
De maatregelen die de Europese Commissie wil nemen om de Europese staalindustrie te beschermen tegen buitenlandse concurrentie gaan te ver. Dat zegt de Europese autobrancheorganisatie ACEA. Volgens de belangenvereniging zorgt het voorstel voor hogere productie- en administratiekosten bij autofabrikanten.
De Commissie meldde dinsdag de importquota van staal te willen halveren en het invoertarief buiten de quota te verdubbelen. Dat moet voorkomen dat de Europese markt wordt overspoeld met goedkoop staal, vooral uit China. Brussel wil op die manier Europese staalfabrikanten beschermen.
ACEA stelt dat autobouwers ongeveer 90 procent van hun staalaankopen direct uit Europa halen, maar dat er nog altijd staalproducten geïmporteerd moeten worden. De quota voor automotivestaal zijn volgens de organisatie onder het huidige systeem altijd snel uitgeput. Dat betekent dat straks flink meer betaald zal moeten worden voor staal dat buiten het quotum valt.
ACEA wijst ook op de nieuwe regel rond de herkomst van staal door het principe van smelten en gieten. Daarmee wil de Commissie de herkomst van omgesmolten staal beter traceren om omzeiling van de maatregelen te voorkomen.
Dat leidt volgens ACEA tot een grote administratieve last voor importeurs. De Commissie moet de complexiteit van toepassing van die regel in de diepe en wereldwijde toeleveringsketens begrijpen, aldus de organisatie. ACEA wil sectorspecifieke maatregelen voor staalimporteurs.
"We bestrijden niet de noodzaak voor enige mate van bescherming voor een grondstoffenindustrie zoals staal", aldus ACEA-directeur-generaal Sigrid de Vries. "We moeten een betere balans vinden tussen de behoeftes van Europese producenten en gebruikers van staal."