Ford Fiesta 2.0 16V ST (2006)
autoreview
Signalement
Uitvoering | Fiesta 2.0 16V ST |
---|---|
Versnellingen | 5, Handgeschakeld |
Bouwjaar | 2006 |
Jaar van aanschaf | 2006 |
KM-stand laatst | 0 km |
ERVARINGEN
In 2006 stond ik voor de keus voor een nieuwe auto van de zaak. Ik kon shoppen tot ongeveer 32k, maar los van de zakelijk niet zo representatieve Impreza WRX zag ik geen interessant alternatief voor de lichtelijk gemodificeerde Octavia 4x4 turbo, onze geliefde wolf in schaapskleren. Voor auto’s van 1300 kg of meer moesten we echt niet meer denken aan voorwielaandrijving.
Dus besloten we het over een andere boeg te gooien: de tweede (eigen) auto verkopen, de Skoda overnemen van de zaak en zakelijk in een kleine auto rijden. Maar dan wel een boodschappenautootje waar je pret in hebt! Eisen: licht en wendbaar, sportief, liefst een atmosferische motor (ter afwisseling van de turbo in de Skoda) en een aanschafprijs die een substantieel lagere bijtelling zou betekenen. Daarin moest toch keuze genoeg zijn?
Dat viel nog best tegen. De Clio RS, Peugeot 206 RC en Mini Cooper S waren te duur, nog los van het feit dat de Mini een kappersimago heeft en de Franse auto’s nu eenmaal met de Franse slag worden gebouwd. De Ibiza FR en Polo GTI hadden dezelfde motor als in de Skoda, de Swift Sport was nog niet op de markt. De Colt CZT had net als de Ibiza en Polo een turbomotor. Dus prijkte de Fiesta ST meteen al bovenaan onze shortlist.
Een paar proefritjes zorgden ervoor dat hij niet meer van die koppositie verdween. Dit was bijna een oldschool-GTI! Enorm veel tractie, perfecte balans, prachtig afgestemd onderstel. En wat vooral opviel: dat er heel wat meer was gedaan dan bij de concurrenten om er een sportieve auto van te maken. Dus niet alleen een dikke motor, stugge veren en een bodykit, met als resultaat een zwaar onderstuurde rechtuitbrander zonder weerga (zie Polo en Ibiza), maar allerlei extra aanpassingen die het sportieve rijden echt tot een plezier maken: scherper stuurhuis, kortere schakelwegen, pedalen die perfect zijn geplaatst voor heel-and-toe.
Het grote minpunt was de motor: die voelt geknepen aan en maakt een lelijk, rauw geluid. Maar na een keertje meerijden met ST-rijders die een paar aanpassingen hadden doorgevoerd, was er geen andere kant van de medaille meer: na aankoop zou de ST snel worden voorzien van een catbacksysteem van Milltek en een airbox in plaats van het standaardinlaattraject, dat ontworpen lijkt te zijn door de huis-chimpansee van Ford. Het resultaat is een veel directer oppakkende motor, die niet langer met tegenzin in de toeren klimt en een warm en rijk geluid produceert, met een bescheiden maar sportief plofje bij gas los.
Na een jaar ben ik nog steeds heel blij met mijn bochtenriddertje. Hij is lang niet zo snel als de Skoda, maar de fun in het bochtenwerk maakt heel veel goed.
Wat me wel tegenvalt, is het verbruik. Natuurlijk wist ik dat de fabrieksopgave van gemiddeld 1 op 13 wel erg optimistisch is, maar ik kan de zaak niet eens verblijden met lagere benzinekosten: het verbruik is even hoog als van de gechipte Octavia (krap 1 op 10). En dan zijn wij, geloof ’t of niet, over het algemeen vrij beheerste chauffeurs...
Briljantste optie: de voorruitverwarming. Werkt echt geweldig in de winter.
Sufste standaardvoorziening: de aansluiting voor een mp3-speler. Daar heeft alleen een passagier iets aan, want het is bloedlink om als bestuurder met je iPod te knoeien terwijl je rijdt. Doe het dan meteen goed, Ford, en zet er een iPod-cradle in met integratie met de fabrieksaudio - hetgeen ik nu achteraf heb moeten inbouwen, met weer zo’n lelijke houder aan je dashboard als esthetisch afkeurenswaardig resultaat.
PROBLEMEN
Tot nu toe nog geen grote problemen, maar wel een paar kleine. De opvallendste zijn een paar irritante kraakjes en rammels, waaronder de beruchte gordelhouder rechtsachter, die bij elke ST vanaf het begin schijnt te kraken. De bouwkwaliteit is sowieso stukken minder dan die van de Skoda, die na bijna 90k nog niet rammelt. Maar goed, het lichte gewicht moet ergens vandaan komen! En krakende karren rijden het langst, zo zegt men, toch?
Verder merkten we dat elke sleutel een eigen dagtellerstand bijhoudt op de boordcomputer - heel raar. Daardoor kun je de reservesleutel eigenlijk alleen in noodgevallen gebruiken, wat best lastig is als je allebei gebruikmaakt van de auto (we switchen nogal eens van auto).
Nog een rarigheid van de boordcomputer is de zwaar overdreven buitentemperatuur: rond het vriespunt al 3 graden te hoog en boven de 30 graden zeker 6 tot 7 graden te hoog. In de hete zomer van 2006 heb ik de buitentemperatuurmeter al eens op 43 graden gehad, vol in de rijwind op de snelweg. Die sensor zit duidelijk op een verkeerde plaats of is gewoon slecht geijkt.
Tot slot maken de waterpomp en het stuurbekrachtigingsreservoir piepende en fluitende geluiden, vooral na een stukje geestdriftig rijden. Kan zijn dat die op hun einde lopen, maar dat wordt bij de komende 20k-beurt vast wel opgemerkt. Of ’het hoort erbij’, dat kan natuurlijk ook...
- Betrouwbaarheid
- Prestaties
- Comfort
- Kosten
- Zou u weer een auto van dit merk kopen? ja
Beoordeel deze review
Geef uw mening over schrijfstijl en bruikbaarheid. Bij tenminste vijf binnengekomen waarderingen zal de gemiddelde beoordeling getoond worden.