Weblog Bas - Onwil en onvermogen, de EV in Californië is ook een klassenverhaal

Bas van Putten weblog

Ze waren afschuwelijk en fantastisch, die tweeduizend automijlen in twee weken Californië. Een paar dingen vielen op. De dramatische toestand van de meeste wegen. De ongelooflijke verkeersdrukte in de grote steden. De relatieve populariteit van de Tesla Cybertruck en de Rivian-modellen, ook de pickup-versies. De aantallen Japanners die je in Europa nog nooit tegenkwam, heerlijk kijkvoer voor spotters als ondergetekende. De nog steeds lachwekkend lage benzineprijzen, omgerekend iets meer dan een euro de liter. Of het feit dat gewone Tesla’s ook hier helemaal zijn ingeburgerd.

Toch trekt vooral de fossiliteit van het mainstream-wagenpark de aandacht. Dat draait op benzine, véél benzine. Je hoort het aan de klank van het verkeerslawaai.  In Los Angeles, San Francisco en Las Vegas hoor je ’s nachts in je hotelkamer boven de airco uit de zware, doffe, met zes- en achtcilinders ingevette dreun van mondjesmaat geëlektrificeerde en nooit rustende verkeersmassa’s.

De liefde voor benzine zit hier diep. Overdag zie je Amerikanen ouderwets aan de verbrandingsmotor hechten. Ze geven graag gas, en wat wij geluidsoverlast noemen is hier openbare recreatie. Je ziet bizar veel nieuwe Corvettes, hier ongekend en terecht populair, voor elk stoplicht akoestisch de bloemen buiten zetten. Op de Strip in Las Vegas vloert iedere casinobaas het gaspedaal van zijn G-klasse of 911. Zo mogelijk nog luidruchtiger zijn de al dan niet gekietelde exemplaren van de vierdeurs Dodge Charger. De chauffeurs produceren met duivels genoegen een apocalyptische pokkenherrie die door bestuurders en publiek enorm wordt gewaardeerd. De in Nederland voel- en zichtbare irritatie over dit soort gedrag is hier ver te zoeken.

Je wordt van veel niet blij in dit land. Niet van Trump, noch van het gruwelijke daklozenprobleem. Maar de autoliefde is balsem voor de ziel. Als de dag van gisteren herinner ik me de waarderende blik van een voorbijganger toen ik in Los Angeles een Dodge Viper voor een foto even op een bushalte neerzette. ‘Congratulations!’, zei de man. Geen onvertogen woord over mijn illegale parkeermanoeuvre. In Nederland was ik verrot gescholden. Maar de Amerikanen willen er als boter bij de vis wel graag geluid bij. De elektrische Charger was hier niet aan de straatstenen te slijten, dat zegt veel.

Toch gaat het op papier best goed met de EV in Californië. Hoewel de groei nu net als in Europa afvlakt, was vorig jaar een kwart van alle nieuw verkochte auto’s daar elektrisch. Alleen is dat niet wat je ziet. Op straat zie je en hoor je hoe ver ze daar nog af zijn van hun doel over tien jaar emissievrij te zijn. Californië wil in 2035 alleen de verkoop van volledig elektrische auto’s toestaan, maar na een paar dagen rijden in en rond LA en lange wandelingen door probleemwijken – ik ben er zelfs gaan logeren - vraag je je af hoe ze dat in godsnaam voor elkaar willen krijgen. De arme mensen zijn te arm en een groot deel van de bevolking voelt er niets voor, vast ook omdat de laadinfrastructuur ver achterloopt bij de onze en Trump weinig genegen is dat smetje weg te werken.

De energietransitie is veel sterker dan bij ons een klassenverhaal. Je ziet hoe in de steden en de arme dorpen de minder geprivilegieerde bevolking nog steeds in oud blik met vier tot acht cilinders rondrijdt, dankzij de brandstofprijzen ook voor de lagere inkomens een relatief betaalbaar genoegen. Op het platteland blijven grote V8-pickups beeldbepalend. In de rijke stadswijken wemelt het van de EV’s, in arme buurten zie je er niet een. Daar ontbreken getuige de miserabele staat van veel auto’s zelfs de middelen voor onderhoud en schadeherstel. En dan moet je bedenken dat je hier in een progressieve staat bent waar zelfs Republikeinen als de voormalige gouverneur Arnold Schwarzenegger de energietransitie een warm hart toedroegen. In 1990 wist de California Air Resources Board bij de zeven leidende autofabrikanten al de bouw van elektrische auto’s af te dwingen als voorwaarde voor toegang tot de Californische markt. Schwarzenegger droomde in een alweer grijs verleden van een Hydrogen Highway, een netwerk van waterstofstations op strategische relevante locaties.

De schone dromen reikten tot de hemel, en er is te weinig van terechtgekomen. De huidige stagnatie van de mobiliteitstransitie in Europa moet je in het raamwerk van dit grotere verhaal zien. Wat wij op dit gebied aan inspanningen leveren, zet in mondiaal verband geen zoden aan de dijk als anderen niet even fiere stappen zetten. Hoe hard we met de hoopgevende statistieken bij de hand ook blijven roepen dat het met de verduurzaming de goede kant opgaat, de realiteit is een taai obstakel.

Op een brug in Downtown Los Angeles maakte ik een filmpje van de Highway 110 en de af- en opritten ter hoogte van 3rd Street. Kijk zelf. Die verkeersstromen beuken hier dag en nacht over het uitgewoonde asfalt. Zie die massaliteit, hoor dat zoemen. Dan weet je waarom die vervallen stad een uur in de wind stinkt, en waarom dat nog wel even zo zal blijven. Onwil en onvermogen. Plus die ongeneeslijke liefde voor de oerkreet van een achtcilinder.

Video

Lezersreacties (29)

Reageren

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.