Half-autonoom
De autonome auto mag ver weg zijn, actieve veiligheidssystemen trekken steeds meer bevoegdheden naar zich toe. Die trend zie je hard afdalen van de hogere naar de lagere klassen. Het lane keeping-systeem met stuuringreep trof ik laatst al in de nieuwe Astra aan. Het stuurt vrij dwingend tegen als je je baan verlaat zonder richting aan te geven. Ik bewonder het vernuft, maar ben er nog niet uit of ik het vooruitgang vind. Op provinciale wegen met ingetekende fietspaden is het knap irritant en in de nieuwe Volvo XC90 ondervond ik laatst een ongewenst neveneffect waar je goed zenuwachtig van kunt worden. Onderweg naar huis op de A7 breekt de klimatologische pleuris uit. Het is eind november en het noodweer laat het zo breed hangen dat het al om halfvijf pikkedonker is. De moesson legt een film van water op het asfalt, op de verzopen voorruit projecteren autokoplampen en lantaarnpalen hun verwarrende reflecties. Het zicht is zo slecht dat ik moeite heb binnen de lijnen te blijven. De middenstreep op de tweebaansweg is onzichtbaar geworden. Maar de Volvo ziet hem haarscherp en handelt naar bevinden met nerveus makende ingrepen die me het doodenge gevoel geven dat ik de controle over het stuur kwijt ben; het lijkt op aquaplaning. Dan kom je in een vreemde psychologische spagaat terecht. De transitie naar zelfrijdend brengt vreemde overgangsperikelen met zich mee. Wat je instinctief gaat doen, is wat je van je nuchtere verstand zou moeten laten; terugcorrigeren, overcorrigeren, dealen met de elektronische tegenstander die het vrij zeker beter weet. Je voert de potentieel onveilige strijd van de zelfredzame bestuurder tegen dat half-autonome softwarespook. Wat als het echt aquaplaning was? Helaas is dit niet het moment om het ding uit te zetten, als dat al kan, wat ik nog uit moet zoeken. Ik heb de Volvo net opgehaald en tegenwoordig ben je als autojournalist thuis een halve dag zoet met het routineonderzoek naar de bedieningsmogelijkheden die juist alles makkelijker moesten maken. Het verbaast me trouwens dat ik op het dashboard geen symbooltje voor vermoeide rijders zie oplichten. Een vermoeidheidssensor meet je toestand immers aan de hand van je stuurbewegingen; de techniek zou moeten denken dat ik aan het eind van mijn Latijn ben. Zijn die systemen eigenlijk aan elkaar gekoppeld? Hoe houdt zo'n sensor uitputting en verwarring uit elkaar? Zenuwslopende tijden.

Michiel Willebrands
Coördinator AutoWeek Classics
Begin 2001 binnengekomen als stagiair, aan het einde van de stage ‘blijven hangen’ en een maand of vier op de eindredactie gewerkt. Daarna doorgeschoven naar de schrijvende redactie, waar ik – naast het maken van tests - samen met Damiaan Hage en later Stéphan Vermeulen verantwoordelijk was voor de invulling van het Journaal. In 2006 kreeg ik de Occasion-rubriek onder mijn hoede – naar mijn bescheiden mening de leukste pagina’s van AutoWeek! In 2012 weer teruggekeerd op de newsdesk en sinds 2016 verantwoordelijk voor AutoWeek Classics. HOBBY’S: Muziek, gitaarspelen, autosport, fotografie, reizen en natuurlijk auto’s. EERSTE AUTO: Lancia Thema 2.0 ie uit 1990 DROOM: Een roadtrip van een jaar door de VS met een Chevrolet Impala uit 1967. EIGENAARDIGHEDEN: Ongetwijfeld, het benoemen ervan laat ik aan anderen over.