Volkswagen Polo
Upsizing
- Albert-Jan Cornelissen
- Eerste rijtest
Hoewel je de wijzigingen bij de opgefriste VW Polo met een lantaarntje moet zoeken, is er wel degelijk nieuws over de Volkswagen te melden. Zo is de basisdiesel nu zuiniger, terwijl hij – geheel tegen de downsizetrend in – een grótere cilinderinhoud heeft gekregen. Daarnaast vindt de 1,0-liter benzinemotor uit kleine broer Up zijn weg naar de jongste generatie van de compacte Duitser.
Van bescheidenheid kun je de marketeers bij Volkswagen niet betichten. Het merk rept trots van 'de nieuwe Polo', terwijl we hier slechts te maken hebben met een facelift van het uit 2009 stammende model. En zelfs die lijkt minimaal, want afgezien van anders vormgegeven bumpers en opgefriste achterlichten is er niets veranderd. Al hebben de Comfortline en Highline voortaan een verchroomde strip tussen de koplampen. Binnenin zien we het driespaaksstuur uit de nieuwe Golf en de instrumenten zitten voortaan in kokers.
Verder kent de middenconsole een nieuwe indeling en zijn de ventilatieroosters voorzien van een chroomstrip. De grootste veranderingen zitten onderhuids. De oude 1,2-liter MPI-driecilinders hebben plaatsgemaakt voor de 1,0- liter benzinemotor uit de Up met 60 of 75 pk. Daarnaast komt er ook een 1,0-liter TSI Bluemotion met 95 pk, maar die maakt pas in de herfst van dit jaar zijn opwachting. Verder heeft de geblazen 1,4-liter viercilinder van de Polo BlueGT in het vervolg 150 pk in plaats van 140 pk.
De GTI is eveneens aan de anabolen gegaan, want het vermogen van deze topversie stijgt van 180 naar 192 pk. Veruit het belangrijkste nieuws betreft echter de nieuwe basisdiesel die ook leverbaar wordt in de Polo Bluemotion. De cilinderinhoud daarvan is vergroot, terwijl het verbruik juist daalde. Apart, aangezien downsizing in de auto-industrie over het algemeen als de heilige graal wordt gezien. De nieuwe 1,4-liter TDI Bluemotion is met een verbruik van 3,1 liter per 100 km en een CO2-uitstoot van 82 gram zuinig genoeg om weer in aanmerking te komen voor 14 procent bijtelling. Dat is voldoende om dit model weer op de radar van de zakelijke rijder te krijgen.
Meer vlees op de botten
Tijdens de eerste meters met de 75 pk sterke dieselmotor wordt al duidelijk dat-ie niet lijdt aan gebrek aan pit, een belangrijk pijnpunt van in Nederland zo populaire spaaruitvoeringen. Het maximumkoppel bedraagt 210 Nm, en dat is beschikbaar vanaf 1.500 tpm (was 180 Nm bij 2.000 tpm), waarmee het model nu beduidend meer vlees op de botten heeft. Waar de oude motor in de onderste toerenregionen niet thuis gaf, pakt de nieuweling veel soepeler op. Je hebt niet meer het gevoel met een ondergemotoriseerde auto te rijden.
Boven de 2.000 tpm begint de diesel er enthousiast aan te sleuren, waarbij hij een sportieve brom produceert. Het motorgeluid is bij het accelereren overigens redelijk prominent aanwezig, hoewel het op constante snelheid meevalt. Stationair draaiend brengt de driepitter een bijna tractorachtig geluid voort; dat hadden we niet verwacht bij zo'n nieuwe motor. De versnellingsbakverhoudingen verdienen ook kritiek.
Die zijn logischerwijs aan de lange kant om het verbruik te drukken, maar in de praktijk betekent het dat je bij 80 km/h vaak in de vierde versnelling rijdt, een snelheid die je normaliter in vijf zou rijden. In het hoogste verzet is de puf er namelijk echt uit bij deze snelheid. Er zijn overigens ook 90- en 110 pk-varianten van de nieuwe dieselmotor. De laatste komt echter niet naar Nederland.
Het rijgedrag van de Polo is net zo braaf als zijn uiterlijk. Hij doet keurig wat hij moet doen en door het hoogstaande comfort heb je het gevoel met een auto uit een hogere klasse op pad te zijn. Maar je echt betrekken bij het rijden, doet hij niet. Daarvoor is de besturing te afstandelijk; je voelt niet goed wat de voorwielen doen. Wel ligt de Polo tot op hoge snelheid stabiel op de weg en laat hij zich niet van de wijs brengen door oneffenheden of zijwind. Wat betreft volwassenheid behoort het model nog altijd tot de top in zijn segment.
Een infotainmentsysteem met een scherm van 6,5 inch en een naderingssensor die we kennen uit de Golf zijn optioneel. Ander nieuws op infotainmentgebied is Mirror link, waarmee je het menu van je smartphone op het display in de middenconsole kunt laten weergeven. De bediening gaat dan met behulp van het touchscreen. De optielijst is bovendien uitgebreid met ledkoplampen, een adaptief onderstel en een eveneens adaptieve cruisecontrol.
Net als voorheen biedt de Polo zijn inzittenden een relatief ruim interieur, een prettige zitpositie en een goede ergonomie. Als minpuntjes noteren we de wat smalle binnenspiegel en de lengte van de zittingen van de voorstoelen. Die hadden voor langere bestuurders iets langer mogen zijn. Wat afwerking betreft, valt er weinig op de Polo aan te merken. De interieurwijzigingen mogen dan bescheiden zijn, ze weten het kwaliteitsgevoel toch weer een tandje op te krikken.
Lekker op stoom
Als we overstappen in een Polo met de nieuwe 1,0-liter MPI-motor met 75 pk, valt op dat deze, in tegenstelling tot in de Up, niet echt een pittige indruk weet te maken. Niet zo vreemd, want de Polo weegt een slordige 200 kilogram meer dan zijn kleine broer. We raden de 60 pk-uitvoering van deze motor dan ook met klem af; 75 pk is echt het minimum voor deze auto. De driepitter beschikt over een mooi gelijkmatige vermogensafgifte, maar dat betekent helaas ook dat hij over het hele toerenbereik nogal tam aandoet. Je moet veel schakelen om de boel lekker op stoom te houden. Da's overigens geen straf, want de vijfbak laat zich prettig bedienen. Het gedempte driecilindergeluid blijft te allen tijde redelijk op de achtergrond.
De nieuwe driecilinders die VW voor de opgefriste Polo levert, voldoen in de praktijk goed, maar ze zijn niet perfect. Nu de Polo Bluemotion weer goed is voor 14 procent bijtelling, durven we er vergif op in te nemen dat het model desondanks een hoge plek in de verkoopstatistieken zal blijven bezetten.
Had je deze auto's al gezien?
Lezersreacties (87) (gesloten)
De discussie is gesloten.
Reageren is niet meer mogelijk.