Toyota Corolla TS 2.0 Hybrid vs Corolla TS 1.8 Hybrid - Test

De laatste generatie Toyota Auris profiteerde als Hybrid enkele jaren van fiscale voordelen en dat stuwde de verkopen van het model op tot grote hoogten. Inmiddels is de Auris opgevolgd door een volledig nieuwe generatie, waarvoor Toyota in Europa de internationale modelnaam Corolla uit de mottenballen heeft gehaald. Die naam wordt deze keer niet alleen geplakt op een hatchback en een Touring Sports, maar in Nederland sinds jaren ook weer op een sedan.

Niet alleen kan de Corolla-klant kiezen uit meer carrosserievarianten dan bij de Auris, ook op hybridegebied is het assortiment groter dan ooit. Onze duurtestgarage wordt al enkele maanden bewoond door een Corolla TS 2.0 Hybrid, een 180 pk sterke hybride die in de showrooms van Toyota naast de mildere 122 pk sterke 1.8 Hybrid staat. Die 2.0 Hybrid is overigens niet leverbaar in de Corolla sedan. In de Touring Sports vraagt Toyota een investering van een kleine 7 mille voor de 58 extra hybride-pk’s, maar dat is niet het hele verhaal. De uitvoeringsladder van de 1.8 Hybrid begint namelijk bij basisversie Comfort, terwijl de 2.0 Hybrid start bij de twee stapjes hoger gepositioneerde Dynamic-uitvoering. Breng je de 1.8 Hybrid naar dat uitrustingsniveau, dan beperkt het prijsverschil zich tot € 2.500. Ben je gek als je dan de 2.0 laat staan?

NIPTE WINNAAR

Bij een hybride is niets zo interessant als het verbruik. Voor deze vergelijking rijden we met beide versies enkele honderden kilometers onder dezelfde omstandigheden. De route is exact hetzelfde en wordt door twee bestuurders met vergelijkbare rijstijl gelijktijdig afgelegd. Hierbij plaatsen we direct de belangrijke kanttekening dat dit geen zuinigheidsrit is. We rijden de ‘Rolla’s met het verkeer mee en dat betekent dat we netjes 130 km/h rijden waar dit is toe gestaan.

Op ons fileloze en vooral uit N- en snelwegen bestaande traject komt de 1.8 Hybrid als winnaar uit de bus. Let wel: met een gemiddeld verbruik van 5,0 l/100 km tegen 5,5 l/100 km voor de 2.0 is het verschil niet zo groot als je zou denken. Zeker niet als je de grotere bandenmaat van de 2.0 Hybrid meeweegt. Een snel rekenvoorbeeld: bij een gemiddelde per jaar van 15.000 km bespaart de 1.8 Hybrid je bij dit verbruik in Nederland net geen € 124 per jaar. Een route vol stadskilometers en files zal voor beide motorvarianten uiteraard een gunstiger verbruik opleveren.

SOUPLESSE

Op papier veegt de 2.0 Hybrid met 180 pk in een krachtmeting de vloer aan met de 122 pk sterke 1.8, maar op het eerste gevoel valt dat tegen. Dat gevoel blijkt bedrieglijk. Hoewel je in de 1.8 Hybrid in geen geval vermogen tekortkomt en dankzij het soepele en naadloze samenspel tussen verbrandings- en elektromotor comfortabel en vlot genoeg met het verkeer meekunt, zijn het met name de tussensprints waar de 2.0 Hybrid zijn ware kracht toont. Door het gemoedelijke karakter van beide Corolla’s komt dat onderscheid uit de metingen pas echt glashard naar voren. In beide smaken laat de viercilinder bij stevig accelereren van zich horen, maar bij onze zilvergrijze duurtester wordt dat geluid eerder omgezet in snelheid. De 2.0 is vlot, zeer vlot. Dat mag dan voor het gros van het woon-werkverkeer geen prioriteit zijn, maar wie veel op de weg zit heeft aan de krachtigere 2.0 Hybrid een bijzonder prettige aandrijflijn.

Je wordt onder nagenoeg alle omstandigheden getrakteerd op souplesse en paraat vermogen. Een prettige gedachte, ook als je de extra kracht niet aanspreekt. Doordat de elektromotor van de 2.0 Hybrid alleen al 108 pk en 202 Nm levert, tegen 72 pk en 163 Nm in de 1.8, hoeft de ook nog eens krachtigere verbrandingsmotor weinig werk te leveren als die aanslaat. Dat maakt de 2.0 Hybrid dé keuze als kilometervreter, al komt die er ook in de 1.8 Hybrid geenszins bekaaid vanaf.

Onze duurtester legt met zijn krachtigere aandrijflijn zo’n 80 kilo meer in de schaal dan zijn zachtaardigere broer, maar komt desondanks eerder tot stilstand. Daarbij speelt de aangepaste remmerij die Toyota op de 2.0 Hybrid heeft geschroefd een rol. De remschijven voor hebben namelijk een 1,7 cm grotere diameter en zijn enige millimeters dikker dan de exemplaren onder de 1.8 Hybrid. Wat stuurplezier betreft, staan de hybridesversies op gelijke hoogte.

Toyota bestempelt de Corolla als dynamisch en hoewel de Touring Sports niet zo sportief is ingesteld als bijvoorbeeld de Ford Focus of Mazda 3, is dat predicaat weinig overdreven. De hele Corolla-familie profiteert ten volle van Toyota’s modulaire TNGA-filosofie, die onder andere de lage zitpositie en het lage zwaartepunt mogelijk maakt. Gaat het in korte bochten wat harder, dan is zowel de 1.8 Hybrid als de 2.0 Hybrid geneigd over de voorwielen te glijden. Daar spelen de onder onze testauto’s gemonteerde ecobanden ongetwijfeld een rol in.

Dat brengt ons bij de hamvraag: is de 2.0 Hybrid zijn meerprijs van € 2.500 ten opzichte van een gelijkwaardig uitgevoerde 1.8 Hybrid waard? Zeker. Bij normaal gebruik is het verbruiksverschil te verwaarlozen en de krachtigere aandrijflijn is simpelweg de fijnere van het stel. Dat betekent in geen geval dat de 1.8 Hybrid onder de maat is. Ook hiermee profiteer je van de verfijnde en soepele hybridetechniek, die met name stadskilometers afleggen tot een stille en praktisch benzinevrije ervaring maakt. Voor de goede orde: we gaan in dit geval prijstechnisch uit van de basisversie van de 2.0 Hybrid (Dynamic) en de gelijk uitgevoerde 1.8 Hybrid. Die laatste is echter ook als € 29.945 kostende Active en als € 27.395 kostende Comfort te krijgen.

In het voordeligste geval is de 1.8 Hybrid daarmee zo’n 7 mille goedkoper. De Comfort-uitvoering, die standaard van klimaatregeling is voorzien, zorgt met zijn 15 inch grote stalen wielen met wieldoppen niet voor de meeste verwennerij, maar tussenversie Active zit met zijn 16-inch lichtmetaal en Toyota Touch 2multimediasysteem met touchscreen wel behoorlijk in zijn spullen. Dus pak de rekenmachine er maar bij.