Test: Audi Q8 60 TFSIe

De fullsize SUV heeft relatief snel een enorme schare liefhebbers én een even zo grote hoeveelheid criticasters om zich heen verzameld. Want natuurlijk zijn het vaak fijne auto’s om mee onderweg te zijn. Veel ruimte, veel comfort, veel overzicht en meestal veel vermogen. Tegelijkertijd betekent dat gewoonlijk veel dorst en dat is niet conform de geldende tijdgeest, waarin steeds meer wordt gelet op elk grammetje uitstoot.

De oplossing vinden veel fabrikanten in de vorm van de plug-in hybride. Die heeft alle genoemde voordelen van de enorme SUV en bovendien een donkergroen A-label om criticasters de mond mee te snoeren. Slechts zo’n 63 gram CO! per kilometer stoten de Q8 55 TFSIe en 60 TFSIe uit. Dat is ruim 10 gram minder dan wat een Prius doet. Op papier, althans. Want hier schuilt het hypocriete van zo’n enorme plug-in SUV: in de praktijk is de werkelijke uitstoot sterk afhankelijk van hoe vaak je inplugt en hoe lang je ritten zijn. Dat is met elke PHEV natuurlijk zo, maar het gaat veel sterker op voor dit type auto dan voor een Audi A3 met een stekker. Waarom? Ten eerste is er het feit dat de Q8 in de praktijk maar zo’n 40 kilometer ver komt op zijn 17,8 kWh accu. Ten tweede haalt de Q8 daarna misschien 1 op 10 op benzine, maar het wordt zeker niet veel beter dan dat. Ten derde: dit is nu bij uitstek het type auto dat gekocht wordt door mensen die veel kilometers maken. Met als gevolg dat het aandeel elektrische kilometers waarschijnlijk niet zo hoog ligt.

En dus zal de CO2-uitstoot in de praktijk aanzienlijk hoger zijn dan wat de papieren waarde aangeeft. Dat maakt deze Audi in onze ogen behoorlijk hypocriet. Dat neemt niet weg dat de Q8 wel een heerlijke hypocriet is. De 60 TFSIe is standaard uitgerust met luchtvering en dat maakt de rijbeleving extreem comfortabel.

De 2.440 kilo die de dikste Q8 plug-in in de schaal legt, verdwijnt in de stand Comfort geheel in het boterzachte onderstel, terwijl de actieve onderstelsystemen in Dynamic de grenzen van het geloofwaardige opzoeken en overschrijden. Zoals veel Audi’s is ook de Q8 60 TFSIe behoorlijk zwaar in de neus. De besturing is te wispelturig voor serieus hoeken, maar in een grote SUV (en zeker eentje met een stekker) speelt dat eigenlijk geen rol van betekenis.

Er is simpelweg zó veel overcapaciteit in het onderstel, dat de Q8 vrijwel altijd een gevoel van overmacht blijft geven. Daarbij helpt de aandrijflijn ook een handje. In principe maakt het niet uit of je kiest voor de 55 TFSIe of de 60 TFSIe, beide zijn in technisch opzicht gelijk. Ver voor in de neus huist een 3,0-liter V6 turbobenzinemotor die 340 pk en 450 Nm levert. In de achttraps volautomaat daarachter is een 136 pk en 400 Nm sterke elektromotor verwerkt; de aandrijving gaat altijd naar alle vier de wielen. Ook het accupakket van 17,8 kWh en het maximale laadvermogen van 7,4 kW zijn identiek. Puur door softwarematig ingrijpen wordt de 55 op 381 pk en 600 Nm begrensd en mag de 60 het asfalt mishandelen met 462 pk en 700 Nm. Dat resulteert in een iets snellere sprint naar 100 km/h, de topsnelheid is telkens afgeregeld op 240 km/h.

BUITENGEWOON EFFECTEF

Wanneer je puur elektrisch rijdt, zijn de prestaties van beide versies identiek. Met 136 pk op een fors wagengewicht gaat het dan natuurlijk niet heel hard meer, al valt er in Nederland goed mee te leven en haal je zelfs ’s avonds nog de landelijke limiet op de snelweg. Toch lijkt doorsparen voor de sterkere variant niet nood zakelijk, zeker niet aangezien de aandrijflijn het beste werkt wanneer je hem niet voluit gebruikt.

Dan kan de elektromotor alle vermogenspauzes van de verbrandingsmotor mooi opvangen en gaat het inen uitschakelen van de V6 vrijwel ongemerkt. Geluid, trillingen: het wordt allemaal buitengewoon effectief buiten gehouden, wat het comfort ten goede komt. Onder normale omstandigheden hoef je geen weet te hebben van het feit dat je met een plug-in hybride onderweg bent, behalve dat je naar verhouding maar weinig tankstops hoeft te maken. Bovendien hoef dan minder lang te tanken, aangezien de benzinetank tien liter minder groot is dan bij de conventioneel gemotoriseerde Q8’s.

Nu wordt het effect daarvan op de totale actieradius grotendeels tenietgedaan door het lagere verbruik, dus in de praktijk zal het weinig verschil maken. Wat je wel merkt, is het ontbreken van laadruimte onder de bagagevloer. Daar huist namelijk het accupakket, waardoor het aantal liters op papier slinkt van 605 naar 505. Op zich geen ramp, alleen neemt de laadkabel daardoor ook ruimte in, dus in het gedeelte boven de vloer.

ASTRONOMISCHE BEDRAGEN

Aan de rest van het Q8-interieur verandert verder niet veel. Ondanks de sportieve daklijn ontbreekt het inzittenden achterin niet aan ruimte en voorin maakt de Q8 indruk met de sublieme afwerking en bijpassende materiaalkwaliteit. Het dubbele touchscreen werkt snel, al missen we stiekem nog steeds de MMI-knop van voorheen. En de prijzen van voorheen. Grote SUV’s zijn nooit goedkoop geweest, maar inmiddels loopt het op naar astronomische bedragen.

Zelfs de lage uitstoot kan niet voor komen dat de vanafprijs van de 60 TFSIe op bijna € 120.000 ligt. Of je kunt gaan voor de iets goedkopere 55 TFSIe, die weliswaar minder riant is uitgerust, maar ook € 25.000 goedkoper is. Maar misschien is op de kleintjes letten bij dit soort auto’s wel net zo hypocriet als de Q8 TFSIe zelf.