Rij-impressie Mercedes E-klasse Coupé

Laten we beginnen de Mercedes-Benz CLS even in herinnering te brengen. Hoewel, herinnering, de auto is nog steeds leverbaar, nieuw uit de doos. Prototypes van de opvolger zijn gespot en we verwachten hem volgend jaar op de markt. Toen hij op de IAA van Frankfurt in 2003 werd onthuld, was die CLS spraakmakend. Want een vierdeurs coupé, dat was nieuws. En waarom we nu bij de kennismaking van de E-klasse coupé over die CLS beginnen: eigenlijk is deze E coupé een omgekeerde CLS, ontdekken we als we de auto van driekwart voor bekijken. Was de CLS een vierdeurs die de indruk moest wekken tweedeurs te zijn, de tweedeurs E coupé lijkt zich te willen voordoen als een vierdeurs. Na de vierdeurs coupé stellen we u dan nu de tweedeurs saloon voor. En dat komt allemaal door dat merkwaardige extra zijruitje acher, dat de CL-achige raampartij bruut verstoort. Een nieuwe stylistische gekkigheid? 'Nee', ontkracht Dieter Rohkohl onze theorie. Rohkohl gaf leiding aan het designproces van de E-klasse coupé. Hij geeft toe dat het eigenaardige ruitje niet in het aanvankelijke ontwerp was voorzien, maar door praktische oorzaken noodzakelijk bleek. Door de aanwezigheid van de tankopening rechtsachter zo de achterruit als één geheel nooit helemaal verzonken kunnen worden. De tankvulopening verplaatsen was geen optie omdat ze bestaande onderdelen uit het magazijn moesten gebruiken en het derde ruitje alleen rechts mocht van Rohkohl niet: 'Symmetrie gaat voor alles', zegt hij vol overtuiging. We hebben maar niet gevraagd wat hij van de Mini Clubman vindt. Ook een door de technische afdeling voorgestelde bredere c-stijl werd door Rohkohl afgewezen: 'Dan was de auto te plomp geworden'.

Kenmerkend voor de E coupé zijn verder de twee dubbele, hoekige koplampen, die aan moeten sluiten bij de designrichting die Mercedes eerder insloeg met de C, de GLK en de E sedan. Opmerkelijk is ook dat de grille erg ver en steil naar voren steekt, iets wat werd gedaan om de veiligheid voor voetgangers te vergroten. Daardoor kon de afstand tussen kap en motorblok namelijk groter worden. Daarnaast wipt de kap vlak voor de aanrijding nog een stuk omhoog om de voetganger beter op te vangen. Dat hebben we vaker gezien, maar het mooie bij deze auto is dat je de kap daarna zelf weer terug in zijn normale positie kunt drukken, zonder dat je ervoor naar de werkplaats hoeft. Alsof dat je grootste zorg is nadat je iemand hebt aangereden? 'Nee', legt Rohkohl uit, 'het is bedoeld voor het onwaarschijnlijke geval dat de kap onnodig omhoog komt.' Rechte grille of niet, Mercedes-Benz claimt dat de nieuwe coupé de meest aerodynamische productieauto van dit moment is, dankzij een Cw-waarde van 0,24, een van de redenen waarom alle motoriseringen, de 500 uitgezonderd, het Blue Efficiency-logo op de flanken dragen.

Vloeken

Of de E coupé als 'tweedeurs saloon' net als de CLS een nieuw nichesegment lanceert, valt te betwijfelen. Maar feit is dat hij van een grote schoonheid is. Hadden we op de beursvloer van Genève eerder dit jaar nog onze twijfels, hier onder de Toscaanze zon, startklaar, kun je niet anders dan gegrepen worden door de indruk die de auto op je maakt. Nou mag het bekend zijn dat in Toscane alles mooier lijkt dan het is, maar door de lange, uitgestrekte lijnen lijkt de coupé veel groter dan de sedan, en dat wordt nog eens versterkt doordat de auto maar liefst vijf centimeter lager is. De achterspatborden hebben dezelfde klassieke uitstulping als de Ponton uit 1955. Dat alles beschouwend vrezen we op het punt te staan een teleurstelling te moeten incasseren. Want we kennen de nieuwe E-klasse sedan inmiddels, en hoe goed die auto ook is, de typische Mercedes-rijeigenschappen daarvan zouden met deze dynamische verschijning vloeken.

De eerste dag rijden we achtereenvolgens met de 350 CDI en de 350 CGI, en zijn er van overtuigd dat beide auto's zijn uitgerust met het optionele sportonderstel. De auto voelt verrassend dynamisch aan en laat zich secuur door de bochten drijven. Gas erop en een lichte, beheersbare vorm van overstuur geeft je een machtig gevoel. Het afstandelijke, bijna overcomfortabele QE2-gevoel van de sedan is als sneeuw voor de zon verdwenen. Alleen het stuur is nog steeds te licht en gevoelloos naar onze smaak. En de verrassing komt wanneer we 's avonds bij het hotel aankomen en een van de aanwezige ingenieurs vragen naar het sportonderstel. We reden twee auto's zonder die optie. Probeer morgen de 500 maar eens, dan weet je wat het sportonderstel doet. Hij legt ons uit dat de E coupé beslist geen sedan met andere daklijn is. De koets is maar liefst vijf centimeter lager en ligt vijftien millimeter dichter bij de weg.

Zuivere lijn

Dat de koets een stuk lager is, wordt je pijnlijk duidelijk wanneer je achterin plaatsneemt. De hoofdruimte is voor een volwassene met Noord-Europees postuur wel erg beperkt. Een minpunt waar ontwerpchef Rohkohl niet omheen draait: 'De daklijn is in functie van het design, niet van de hoofdruimte. Dat is nou eenmaal zo met een coupé. Ik had een knik in het dak kunnen maken en dan had je meer ruimte gehad, maar daar was de zuivere lijn mee verpest.' En terwijl de prille zomerzon boven Siena ondergaat, keuvelen wee verder met diverse technici die aan de wieg van de E coupé stonden, maar in gedachten zijn we al bij de volgende ochtend, want we hebben de hand weten te leggen op een van de weinige 500's die beschikbaar zijn.

Een van de vragen die tijdens het diner naar voren komen gaat natuurlijk over de AMG-plannen met deze auto. Mercedes wil daar nog niets over zeggen, maar je kunt er vergif op innemen dat die er komen. Maar waarom eigenlijk, vragen we ons af wanneer we de volgende ochtend met de E 500 coupé over de kronkelwegen rijden. Zo ingetogen als deze auto aanvankelijk is, zo bruut en hitsig wordt hij als we de sport-knop indrukken. Dus zo doen ze dat bij AMG; knoppie drukken en klaar. Het geroffel van de V8 is werkelijk prachtig, een golf van zelfvertrouwen voor de bestuurder en ronduit intimiderend voor iedereen daarbuiten. Zo lang je normaal rijdt, lijkt de motor stationair te draaien, bijna verveeld. Maar de gaspedaalrespons is bijna beangstigend snel, en dat maakt de auto bloednerveus. Weinig sport-knoppen maken zo'n wereld van verschil, dit is pure schizofrenie.

De E coupé komt volgende maand naar ons land met keuze uit drie benzine- en twee dieselmotoren, waarvan beide instappers, de viercilinder 250 CDI en 250 CGI, energielabel B hebben. En dat zorgt er mede voor dat de instapprijs voor deze coupé met € 54.900 (250 CGI) relatief heel netjes is. Zeker wanneer je bedenkt wat er srtandaard al aan bijzonderheden op zit: 'Attention Assist' herkent wanneer de bestuurder is slaap dreigt te vallen en waarschuwt dan met alarmsignalen, de adaptieve schokdempers die de karakteristiek steeds aanpassen aan de omstandigheden.

Later dit jaar volgt nog een viercilinder benzine, de 200 CGI die zal zijn voorzien van een start/stopsysteem. De auto's die wij reden, waren voorzien van een optioneel glazen schuifdak, maar wie 'the real thing' wil, kan begin volgend jaar terecht voor de cabrio. Hoewel er prototypes met harde vouwkap zijn gespot, konden de ingenieurs ons vast vertellen dat de keuze uiteindelijk toch op stof is gevallen. Het streven is om de cabrio september dit jaar in Frankfurt te onthullen.