Rij-impressie BMW 5-serie Touring

Geheel in de lijn der traditie brengt BMW van de zesde generatie 5-serie een Touring uit. De eerste, op basis van de E34, verscheen in 1991. De F11, zoals de huidige in de wandelgangen van de Beierse autobouwer heet, is de vierde generatie. En waar BMW er voorheen alles aan deed om zijn auto's lichter te maken, zijn de knappe koppen in München daar dit keer niet in geslaagd. Het instapmodel met benzinemotor, de 523i Touring, weegt al bijna 1,7 ton. De nieuweling is zes centimeter langer dan zijn voorganger en de wielbasis nam toe van 2,89 naar 2,97 meter. Op het motorenpalet staan hoofdzakelijk zespitters, maar met de lancering van de nieuwe 520d komt daar verandering in. En wie weet kunnen we in de toekomst nog een viercilinder benzinemotor aan de basis verwachten, bij voorkeur met een turbo. Goed voor het koppel en dankzij de beperkte cilinderinhoud een garantie voor mooie rapportcijfers tijdens de verplichte Europese verbruiksmeting. Bovendien zijn er landen waar je belasting betaalt op basis van het aantal cc's en ook dan is een kleine motor gunstig.

Net zo veel pk's als eerste 530d

Voor onze testrit door het Beierse land staat een hand­geschakelde 520d Touring klaar. De relatief kleine vierpitter zwemt in de ruimte onder de motorkap. Vanaf de voor-kant van het blok tot aan de nieren op het front gaapt een kloof van meer dan zestig centimeter. Een gat dat bij de zescilinder­modellen wordt opgevuld door de langere motor. De 520d beschikt over een start-/stopsysteem. Dat drukt het verbruik in de stad, terwijl de schakelindicator je helpt om zo zuinig mogelijk te rijden. Met zijn vermogen van 184 pk heeft deze basisdiesel exact evenveel pk's als de eerste 530d (1998) en bijna dezelfde hoeveelheid koppel. De ontwikkeling van de dieselmotor maakt grote sprongen! We draaien meteen de snelweg op en daar wordt binnen tien minuten duidelijk dat je met deze machine uitstekend bediend bent. Oké, onder de 1.500 toeren heeft hij het even moeilijk, maar verder zijn de prestaties van het niveau zoals je dat in een auto als deze mag verwachten en bijna gelijk aan de net genoemde 530d. De overbrengingsverhoudingen van de zesbak en het differentieel zijn aangepast aan het hoge koppel en dat resulteert in lage toerentallen op constante snelheden. Bij 120 km/h noteren we 2.200 toeren. Er is merkbaar werk gemaakt van het elimineren van trillingen en geluid, waardoor je nauwelijks in de gaten hebt met een viercilinderdiesel onderweg te zijn. Kortom, fijne motor en meer dan voldoende voor alledaags gebruik. Enneh, de 2.0 heeft ook twee uitlaat­pijpen, dus typeplaatje eraf en niemand die weet wat er in het vooronder snort!

Maatstaf

Het onderstel van de Touring is gelijk aan dat van de sedan, met uitzondering van de achteras. Die is in dit geval luchtgeveerd en voorzien van automatische niveauregeling. De testauto heeft regelbare schokdempers, waarbij je kunt kiezen uit comfort, normaal, sport en sport plus. In de comfortabele modus voel je duidelijk dat de carrosserie aan de achterkant op luchtbalgen leunt. Hij deint dan iets meer en dat is bij hoge snelheden op de autobahn niet prettig. Ook in de stand 'normaal' voelt de Touring iets anders aan dan de sedan met stalen veren. Dat neemt niet weg dat het nog steeds een heerlijk sturende auto is. Wat ons betreft de maatstaf in deze klasse. De verhouding tussen sportiviteit en comfort is beter dan ooit in de 5-serie en het rijden van bochtige binnenwegen is voor de lief­hebber van puur autorijden een waar genoegen. Daarnaast verslindt de 5 met het grootste gemak eindeloze stukken snelweg. Eén van de sprekers op de persconferentie voor­afgaande aan de testrit rept van 'Freude am fahren 2.0'. Of hij daarmee doelt op die tweeliter dieselmotor of op de geweldige rijeigenschappen weten we niet, maar lucht­fietserij is die uitspraak zeker niet. Met de torsiestijfheid van de carrosserie, toch altijd een issue bij een station­wagon, zit het voelbaar goed. Geen gekraak bij het nemen van drempels.

Geen bestelwagen

Hoe zit het met het gebruiksgemak en het ruimteaanbod? Net als bij het vorige model is ook nu de achterruit apart van de klep te openen. En wel op afstand. Handig als er alleen maar een tas of een koffertje naar binnen moet. Het afdekzeil gaat trouwens automatisch mee omhoog en bij het sluiten weer terug. De klep zelf is - optioneel – elektrisch te openen en te sluiten. Kijken we naar de bagageruimte (nee, geen laadruim), dan zien we dat die niet veel groter is dan die van de sedan. De inhoud bedraagt 560 tot 1.670 liter. Uiteraard is de Touring wel breder inzetbaar, doordat je bijvoorbeeld vier grote reiskoffers naast elkaar kunt zetten. Of doorladen tot het dak. De koets loopt echter vanaf de D-stijl snel af en dat wreekt zich. De rugleuning van de achterbank is in drie delen (40:20:40) neerklapbaar en dat kan met een hendel vanuit de laadruimte. Elke 5-serie Touring staat op 17 inch lichtmetaal en heeft onder meer automatische airconditioning, iDrive met radio/cd, een regen- en lichtsensor en cruisecontrol. In eerste instantie levert BMW de 523i, de 535i, de 520d en de 530d. Later komen er meer motorvarianten. Alle motoren zijn leverbaar met de achttrapsautomaat. De levering start in september. Met zijn lichtvoetige karakter, grote actieradius (520d) en sublieme rij- en reiseigenschappen ontpopt de Touring zich meer als GT dan zijn grotere en zwaardere stalgenoot die als zodanig door het leven gaat.