Op de Rollenbank: Lexus IS 200 Sport

AutoWeeks nieuwstijger Lars Krijgsman heeft iets met Japanse auto’s. In de afgelopen jaren is al een bonte verzameling de revue gepasseerd. Sinds enige tijd is hij de bezitter van deze Lexus IS 200. Dat belooft een makkie te worden op de rollenbank, want Japanners staan erom bekend dat ze meestal precies het vermogen leveren dat het boekje belooft.

Toch blijkt de IS van Lars een atypische Lexus. “Ik denk dat het een beetje een maandagmorgenauto is”, bekent hij met een knipoog. Waar een Lexus probleemloos zijn kilometers hoort weg te tikken, heeft Lars er namelijk één keer wat mee gehad. “Dat was wel meteen een dure geschiedenis. Een nieuwe injector heeft me € 300 gekost.”

Het neemt allemaal niet weg dat hij Lexus nog steeds een mooi merk vindt. “Dit blauw met die beige bekleding is natuurlijk wel een beetje een bejaardenkleurstelling, maar ik vind hem mooi zo. Het schijnt ooit een dealerdemo te zijn geweest. Stiekem kijk ik wel eens met een schuin oog naar de Sportcrossuitvoering. Die stationwagonachtige is zeldzamer dan deze en dat spreekt me wel aan. Bij mij in de buurt heeft iemand een gele en eigenlijk ben ik daar best jaloers op.”

Voor degenen bij wie deze auto enigszins in het geheugen is weggezakt: rond de millenniumwisseling was het de eerste Lexus IS. Er werd geen geheim van gemaakt dat die het vooral moest opnemen tegen de BMW 3-serie. Kijk maar eens naar de specificaties: een zescilinder lijnmotor met 155 pk en achterwielaandrijving, bijna gelijk aan de specs van een 320i. “Ik durf niets te zeggen over het vermogen”, zegt Lars, die we daarop meteen van indekken beschuldigen.

Zo’n Lexus, dat móét toch goed gaan? Dat is ook het idee van Ghisbert, die de auto insnoert op de rollenbank. “Ik zou me helemaal nergens zorgen over maken als ik jou was. Die presteert heus vast prima.” Heeft Lars nog voorzorgsmaatregelen genomen voor de meting? “Nee hoor, helemaal niet. Ik heb geen speciale benzine getankt, als je dat soms bedoelt. Er zit gewoon goedkope Euro 95-meuk in.”

Als de meting is gestart, is die dan ook in een vloek en een zucht voorbij. En de cijfers? Die zijn klinkend: Lars sprokkelt er zelfs bijna 5 pk bij. De trekkracht is dan wel weer precies spot-on volgens fabrieksopgave. Daar is dus helemaal niets maandagmorgen aan. Kortom, die Lexus is helemaal gezond en rijdt voorlopig nog wel rond op onze wegen. Of dat ook zal zijn in de handen van de jongeheer Krijgsman is nog maar de vraag, want hij heeft nogal de naam om vlug van auto te wisselen.