Lexus IS 250 Sport (2006)

Veel meer dan z'n voorganger vaart de nieuwe Lexus IS zijn eigen koers. 'In den blikke' weet de Lexus IS 250 onmiddellijk te bekoren. Met succes worden traditionele en scherpe moderne lijnen gecombineerd, het ontwerp ziet er lekker 'dik' uit. De scherp gesneden, achterover hellende koplampen zorgen voor een imponerende neuspartij. De IS heeft gespierde .anken; een geprononceerde taillelijn loopt van de koplampen tot aan de achterlichtunits. Uitgeklopte wielkasten en relatief kleine portierramen maken het sportieve plaatje compleet.

Lexus bouwt de IS op de met 12 centimeter verkorte bodemplaat van de GS, die volgens de fabrikant twintig procent stijver is gemaakt. De wielbasis is nu 2,73 meter; de 'kleine' Lexus meet 4,57 meter. De extra millimeters zie je vooral terug op de achterbank, waar passagiers meer beenruimte hebben dan voorheen. Maar voor de meesten is het toch krap achterin. Ook de hoofdruimte is niet riant; de kruin scheert al snel tegen de hemel. Bovendien kan het achterportier niet al te ver open; instappen vereist daardoor enige lenig-heid. De stoelen geven meer dan voldoende zijdelingse steun, maar de zittingen zijn te kort. Het stuurwiel is in hoogte kantelbaar, waardoor het al snel te vlak staat om lekker te omvatten. Als je het stuur verdraait, verandert de af-stand tussen je schouders en het stuur, en op een bochtig weggetje voel je dat al snel. Het interieur doet zacht aan door de welvende contouren van het meubilair en het dashboard, en de fraaie bekleding. De middenconsole is van hard plastic en huisvest een goedkoop aandoende knoppenzee en een rommelig display.

V6

Op de Europese markt biedt Lexus de IS aan met een 177 pk sterke 2,2-liter dieselmotor, waarvan een exemplaar inmiddels onze duurtestvloot versterkt en een 2,5-liter zescilinder benzinemotor. In de IS 250 die hier optreedt, zorgt een V6 voor de aandrijving. Er trappelen 208 paarden onder de motorhuif. In 7,2 seconden bereikt de Lexus vanuit stilstand de 100 km/h. En ook de tussensprints mogen er zijn. Van 50 naar 80 km/h versnelt de IS in 3,4 seconden. De tussensprint van 80 naar 120 km/h vindt plaats in 5,7 seconden. De automatische zesbak doet z'n werk zijde-zacht, maar heeft even bedenktijd nodig voordat 'ie tot actie overgaat.

Slechts de sportieve metalige klanken van de uitlaat verstoren de rust. De motor doet nauwelijks van zich speken en herinnert je alleen aan z'n aanwezigheid bij fel accelereren. Wanneer de elektronica het tijd acht om te schakelen, licht er in de toerenteller een oranje cirkel van LED-lampjes op. De snelheids-meter is uitgerust met zo'n zelfde cirkel die je bij een nader te bepalen snelheid kunt laten oplichten. De vorige IS kenmerkte zich al door .jne rijeigen-schappen en de nieuwe houdt diens reputatie hoog. In bochten komen de voordelen van een stijve constructie en het stevig geveerde en gedempte, maar uitgebalanceerde onderstel van de Sport bovendrijven. Het weggedrag van de Lexus behoort tot de beste in z'n klasse. Alleen zou de besturing wat communicatiever mogen zijn; die werkt weliswaar direct, maar voelt wat wollig aan. Maar de IS heeft meer dan voldoende grip.