F&M Vulca
Een Duitser in Toscane
- Bart Lenaerts
- Eerste rijtest
De kans is klein dat veel liefhebbers hun autofiele geluk komen zoeken in Quattrostrade, een straatdorpje in de Toscaanse heuvels op een flinke worp van Pisa en daarmee lichtjaren verwijderd van motorvalley rond Modena. Niettemin valt hier één en ander te rapen. Maniakaal gerestaureerde pareltjes uit de jaren '50 en '60 bijvoorbeeld, want dat is al decennia lang de core-business van de 7 hamerkunstenaars die bij Faralli & Mazzanti op de loonlijst staan. En sinds een jaar of wat bouwen ze hier eveneens de Antas, een vreemdsoortige handgeklopte aluminium sportwagen op basis van eender wat de gefortuneerde klant bij elkaar weet te verzinnen. Vorig jaar mocht ik een blokje om met een Antas die steunde op de fundamenten van een stokoude Maserati Quattroporte. Charmant was het ding wel. Maar Bentley of Ferrari moeten zich niet meteen zorgen maken, kon ik toen constateren.
Serieproductie
Toch kreeg ik toen de warme lach amper van mijn gezicht gebikt, onderweg terug naar huis. Zo sympathiek zijn de Faralli & Mazzanti's. Het hart op de juiste plek, bruisend van enthousiasme en met meer vakmanschap in handen en polsen dan de beste plaatslagers uit het interbellum. Het soort mensen die je alle geluk van de wereld toewenst, maar die tegelijk meewarige gedachten losweken. Want die handgebouwde Antas? Ik weet het niet. En dan hun volgende project. Vulca zou die gaan heten. Opnieuw een supercar, maar anders van snit en opzet. Met een lijnenspel en onderhuidse techniek die F&M ditmaal wel zelf kiest. Prêt-a-porter dus, in plaats van haute couture. Een computertekening hadden ze al en de mallen waren eveneens gereed. Met eindeloos geduld uit hout gezaagd, gefreesd en geslist, zodat ze meteen een serie wellustige Vulca's tot leven konden hameren. "Binnen acht maanden kun je ermee rijden", wees men toen naar vier stukken plaatwerk op de grond. Yeah right. Elke autoconstructeur met een eeuw ervaring onder de riem broedt minstens enkele jaren op zo'n supersportwagen. Waarom zouden deze jongens dat zoveel rapper kunnen? Zelfs niet met Mino Camilotti op de loonlijst, een bevlogen ingenieur die het vak leerde op de R&D-afdeling van Lamborghini en daarna de Pagani Zonda kneedde tot de lekkere sportwagen die hij is.
Natuurlijk hebben ze de deadline niet gehaald. Februari hadden ze gezegd. Dat is maanden later geworden maar dat is een te verwaarlozen detail. Want vandaag staat er wel degelijk een bordeauxrode Vulca op de oprit te blinken. De allereerste van een oplage van tien stuks. Daarna gaat de stekker er onverbiddelijk uit. Zo bombarderen die dekselse Italianen de Bugatti Veyron in één klap tot een modaal serieproduct.
Inspiratiebron
Dat de Vulca met de hand is gebouwd, zien kenners meteen. Die complexe vormen krijg je immers nooit uit een metaalpers. Daarom is het allemaal zo tijdrovend. Alleen al aan zo'n motorkap slaat een F&M'er een volle week stuk. Luca Mazzanti, die het wulpse lijnenspel uit zijn potlood wrong, is echter nog niet tevreden met het resultaat: "Dit is een prototype. De afwerking moet absoluut beter", klinkt het hard. "Omdat we de hele dag zien hoe het moet", filosofeert hij er achteraan. En nee, dan heeft hij het niet over de nieuwste supercars. Wel over de auto's die het restauratieatelier vullen: "Daar halen we onze inspiratie." Toch is de auto fraai afgewerkt. Nergens hangen onderdelen aan elkaar met duct-tape, alles past als een Zwitsers horloge en de auto lijkt voor de eeuwigheid gebouwd.
Geschoolde designers heeft F&M niet in huis. Maar de heren staren al zo lang naar zwoele koetswerken uit het verleden, dat ze toch een mooie auto bij elkaar wisten te krassen. Een kloeke sportwagen, maar wel een gran turismo van het zuiverste water. Eentje zonder blaartrekkende spoilers of koolstofvezel addenda die de aandacht slechts weghalen van de essentie. Groot is de Vulca eveneens: precies twee meter breed en net geen vijf meter lang. Daarmee zet je een Porsche Cayenne zomaar in de schaduw. Toch zou je hem dat enorme formaat niet aangeven. Z'n forse 21-duimers ogen zelfs potsierlijk onder een Hummer, maar hier passen die wielen als stiletto's onder Victoria Beckham.
Zijn naam stamt van de Etruskische beeldhouwer Vulca di Veio. En dat is niet eens zo ver gezocht, want het is een sculptuur op wielen. Al had hij evengoed Venus van Milo kunnen heten. Even sierlijk en gracieus, met net zulke eigenzinnige proporties, wellustige kont, volle flanken, brede heupen en uitgesproken neus die minstens een beetje wringen met het huidige modebeeld. Het kan de auto alleen maar beter wapenen tegen de tand des tijds. Zoals men binnen 100 jaar nog altijd voorbij de Venus zal schuifelen terwijl Pamela Anderson dan wellicht een potsierlijke grap is, zo is de kans groot dat deze Vulca in 2100 een plek op het gras van Pebble Beach of het bordes van Villa d'Este is gegund. Terwijl een Mercedes SL – om maar eens een hedendaags modepopje te noemen – daar nooit ofte nimmer op de guestlist staat.
Vooraan zit er iets van de vormtaal van een Maserati en achteraan haal je met veel slechte wil elementen van de Wiesmann GT boven, maar toch heeft de Vulca een heel eigen gezicht. In dat uiterlijk vertoon zit hem natuurlijk ook de toegevoegde waarde. Als je slechts wilt meekabbelen met de maalstroom, koop je voor veel minder centen net zo lief een Maserati of BMW M6. Toch?
V10
De Vulca steunt immers op de fundamenten van de sportiefste BMW 6-reeks. Al wil F& M dat liever niet zo gezegd hebben. "Dit is geen M6 met een ander koetswerk", benadrukt Luca Mazzanti, "dit is een F&M die haast toevallig BMW-onderdelen onder zijn huidje draagt." We hebben het dan over motor, versnellingsbak, stuurhuis, voor- en achteras, maar evengoed over elektronische hulpmiddelen als ABS, tractie- en stabiliteitscontrole, airbags en head-up-display. Al hebben de Italianen de meeste hardware wel naar eigen smaak gekruid en is het chassis een heel eigen creatie. Specialisten boorden de V10 op tot 5,8 liter en kietelden hem tot 630 pk en 630 Nm, terwijl de regeling van de sequentiële zevenbak eveneens tegen het licht werd gehouden. Waarom geen Italiaanse krachtbron? "Omdat dit een geweldige machine is. Sportief, maar betrouwbaar. We hebben geen trek in de typische Italiaanse probleempjes. Bovendien wilden we absoluut een V10. Dan kom je vanzelf bij BMW terecht", aldus Mazzanti.
Omdat de Vulca niet alleen flink sterker maar ook ruim 200 kilo lichter is dan de M6, moet hij zonder moeite zijn achterlichten laten zien aan de dikste Beemer. Volgens F&M explodeert hij in 3,9 seconden van stilstand tot 100 km/h terwijl hij het gevecht met de wind pas bij 335 km/h verliest. Omdat de auto nog kraakvers is, F&M er slechts één op stal heeft en de Toscaanse wegen wilder kronkelen dan de haardos van Andy MacDowell konden we deze waarden helaas niet nameten. Maar we ervoeren wel aan den lijve dat de Vulca razendsnel is. "Al houden we de laatste 100 pk nog even achter de hand totdat de ophanging helemaal perfect staat", aldus Luca Mazzanti.
Racewear onder een smoking
De Antas bewees al dat de heren niet geweldig bedreven zijn in interieurontwerp en die vlieger gaat helaas ook op voor de Vulca. De afwerking is hoogstaand, maar het drukke ontwerp boendert hier en daar voorbij de goede smaak. De strakke stoelen van eigen makelij zitten prima en omvatten je lichaam als een drukpak, maar het tweekleurige leder doet pijn aan de ogen. Voorin zit je prima en ook achterin kan een volwassene een redelijk comfortabele plek vinden, al is het zicht niet geweldig. Jammer ook dat de hoedenplank zo hoog uitsteekt. Vooral aan de buitenkant oogt dat weinig elegant.
Het dashboard heeft een eigen stijl, maar de Alpine-audioinstallatie is rommelig ingebouwd en het racy-AIM display past in de auto als Sparco-raceschoenen onder een smoking. Anderzijds is het wel weer leuk dat het head-up-display een heel eigen grafiek van de toerenteller in de voorruit projecteert, met kleurtjes naarmate je naar de hoge 7.000 toeren jaagt.
Kunststof is er nauwelijks en ieder onderdeel in koetswerkkleur is uit echt aluminium geklopt. Natuurlijk kunnen de klanten de interieuraankleding en de tinten van het leder zelf kiezen. De Vulca mag dan al prêt-a-porter zijn, het is allerminst confectiewerk. "We gaan absoluut niet zo ver als bij de Antas, waar je zowat alles zelf kan kiezen", aldus Mazzanti, "maar als de klant liever koolstofvezel, bloot aluminium of zelfs artisanaal hout ziet, kan dat natuurlijk."
Heel even komt weer die twijfel opzetten wanneer we op pad gaan. Zo is de snelheidsmeter nog niet gekalibreerd en blijft het handremlichtje branden. Uitgezonderd die twee kleine ongemakken blijkt de Vulca echter uitermate gezond op zijn ultralaag geprofileerde 21-duimers te staan. Hij stuurt snaarstrak, laat nergens een kraakje of piepje horen en voelt alsof hij al een eeuwigheid in het leven staat. En dat is best bijzonder. Vooral omdat ik de allereerste ben die ermee op pad mag.
Gek genoeg heb je geen moment het idee met een opgeleukte BMW onderweg te zijn. Dat komt ondermeer omdat de Italianen de verschillende versnellingsbaksettings, de sport- of comfortstandjes voor de motorsturing en de adaptieve ophanging botweg overboord gooiden. Zelfs het scherpe uitlaatgeluid dat in de lage toeren een beetje metalig maar comfortabel en in de hoge toeren hamerend maar nooit te luid klinkt, kent slechts één toonaard. "Sempre Sport", lacht Luca in een Italiaans dat geen vertaling hoeft.
Die oerklassieke benadering mag pover lijken in deze hoogtechnologische tijden, maar F&M denkt daar anders over: "Iedere klant kan zijn auto naar eigen smaak laten regelen, samen met ingenieur Camilotti. En als hij zich later bedenkt, komt hij gewoon nog eens terug voor een nieuwe set-up." F&M gelooft rotsvast dat klanten deze werkwijze prefereren omdat de auto daardoor overal en altijd even rechtlijnig reageert. En dat is volgens hen de enige weg naar maximaal rijplezier.
Gezapig karakter
Dankzij de ultralage profielbanden (vooraan 30 en achteraan slechts 25 mm hoog) en het ultrastijve chassis kon men erg comfortabele veren en dempers monteren zonder daarom de wegligging te compromitteren. Daardoor voelt de auto scherp en levendig, communiceert hij prima zonder babbelziek te zijn en heeft hij een fenomenale tractie, zonder oncomfortabel te worden. Op het pokdalige Toscaanse asfalt raakt hij nooit uit balans en hij weet de meeste oneffenheden zelfs minzaam weg te gommen. Qua karakter lijkt hij nog het meest op de Invicta, maar dan met gullere pk's, nobeler technologie en een veel fraaier lijf. "Toch moet de ophanging nog geraffineerder, zeker bij hoge snelheden", zegt Mino Camilotti. "Binnen een maand of vier is de auto echt af."
Snel is hij wel. Razendsnel zelfs. De V10 hangt aan het gas als een pitbull aan de ketting en jaagt gretig in de toeren. Toch nodigt de Vulca uit om op koppel te rijden en je merkt dat je sneller met de flippers schakelt dan nodig. Alsof het een Bentley is. Of de versnellingsbak zich werkelijk anders gedraagt, konden we tijdens de korte testrit niet ontdekken.
Filosofie op wielen
Duitsers op leeftijd die in Toscane resideren, zijn absoluut geen zeldzaamheid. Maar het is wel bijzonder dat daar zo'n weldadig huwelijk uit groeit. Want ook al heeft deze Vulca een halve BMW onder de kap, toch is dit allerminst een M6 voor gevorderden. Met zijn goedmoedige karakter, zijn simpele benadering en zijn gulle verschijning is dit eerder een auto voor dames en heren die een Maserati Gran Turismo S zijn ontgroeid.
Voor 390.000 euro exclusief belastingen koop je elders natuurlijk ook knappe sportwagens met een fraaie stamboom en veel spektakel onder de kap. Maar dat zal F&M worst wezen: "We zijn een klein bedrijf en dit project groeide uit ons hart. We werken niet volgens de logica van grote fabrieken", legt Luca Mazzanti hun USP bloot. "We willen de charme van handwerk combineren met de kwaliteit van een serieproduct", verklaart hij nog. "Dit is onze filosofie op wielen, vooral gebaseerd op het rijke verleden van de automobiel. Wat andere merken doen, laat ons koud."
Duur is het natuurlijk wel. Duurder dan confectie van de grootste merken. Maar wel veel goedkoper dan one-off's van Bertone of Pininfarina. Bovendien zijn er heel wat duurdere mechanische horloges waarvoor klanten toch in de rij staan. En dan kan je niet een dagje op pad met de makers van dat fraaie stuk mechaniek om hem helemaal naar je eigen smaak te laten afstellen. Bij Ferrari of Aston moet je daarvoor evenmin aan de bel gaan hangen. Voor mensen die vakmanschap naar waarde kunnen schatten, is zoiets erg veel waard. Dat kunnen er slechts tien zijn. Dat is genoeg om de Vulca uit te verkopen. Al denken de heren al na over een vervolg; een Vulca Targa, of een Vulca R die nog scherper op zijn poten staat en nog meer spektakel onder de handgetimmerde motorkap heeft.
Specialisten boorden de V10 op tot 5,8 liter en kietelden hem tot 630 pk en 630 Nm, terwijl de regeling van de sequentiële zevenbak eveneens tegen het licht werd gehouden. hij in 3,9 seconden van stilstand tot 100 km/u terwijl hij het gevecht met de wind pas bij 335 km/u verliest.
Lees ook
Lezersreacties (1) (gesloten)
De discussie is gesloten.
Reageren is niet meer mogelijk.