Caterham Super Seven 1600 - Test

De nieuwe oude school

44 reacties

Video
AutoWeek 39 2020
AutoWeek 39 2020

Je leest het in AutoWeek 39 2020

Op het eerste gezicht ziet een nieuwe Caterham eruit zoals al zijn voorgangers en soortgenoten. Logisch; het concept stamt immers al uit de jaren 50. Om de aandacht vast te houden, is er altijd wel iets te bedenken dat kan worden aangepast. Zoals bij de Super Seven 1600-uitvoering. Een geldig excuus om weer eens een dagje lekker te Caterhammen!

Het is soms jaloersmakend hoe Engelsen met minder woorden meer kunnen zeggen, en vaak nog mooier en subtieler ook dan wij. ‘Welkom in de nieuwe oude school’ klinkt toch net wat houteriger dan ‘Welcome to the new old school’, de slogan waarmee Caterham de Super Seven 1600 aanprijst. Er wordt gerept van ‘a certain mustache championing genius’, waarbij de goede verstaander weet dat hier Colin Chapman wordt bedoeld. De in 1982 overleden grondlegger van Lotus was het brein achter de Lotus Seven, de stamvader van de ‘rijdende sigaar’. Geheel in lijn met Chapmans obsessie voor zo licht mogelijke auto’s – zijn Formule 1-wagens waren er beroemd en berucht om – legde de Seven weinig kilo’s in de schaal. Daardoor had je maar relatief weinig vermogen nodig om toch aansprekende rijeigenschappen en prestaties te verkrijgen. Dat ging uiteraard wel ten koste van enige vorm van comfort, want alles wat er niet op zit, hoef je ook niet mee te slepen. En het gaat evenmin kapot, destijds een prettige bijkomstigheid bij een Engelse auto …

Er zijn weinig auto’s waarbij de tijd zo lijkt te hebben stilgestaan als bij de Seven. De grootste verandering was die van 1973, toen Lotus na 15 jaar de productie van het model staakte en Caterham de rechten overnam. Voor de rest is de basis nog altijd dezelfde als toen: een lichtgewicht buizenframe met aluminium carrosseriepanelen, vier wielen, twee stoelen, een motor en een stuur.

RETRO-ELEMENTEN

Onderhuis ging de (Super) Seven wel met zijn tijd mee: betere wielophanging, een sterker chassis, modernere motoren, dat soort dingen. Het leuke aan de Super Seven 1600 is dat deze speciale uitvoering teruggrijpt naar het verleden door zijn retroelementen: een dikke knipoog naar de Lotus Super Seven. Het meest opvallend zijn de klassieke, lichtmetalen 14-inch wielen en de langgerekte voorste spatborden. Daarboven, aan de linkerkant, steken twee forse K&N-luchtfilters door de vederlichte motorkap heen. Gewoon open en bloot. Dat ziet er cool uit, maar het kón ook gewoon niet anders, wegens plaatsgebrek. Achter de luchtfilters schuilen geen carburateurs (zó antiek is zo’n Caterham nu ook weer niet), maar twee gasklephuizen van de Britse specialist Jenvey. Elektronische brandstofinjectie met een retrorandje, als het ware. Het eenvoudige dashboard oogt dankzij de (optionele) afwerking met bordeauxrood leer toch chic en de tellers van Smiths en het houten Motolita-stuurtje (eveneens een optie) maken het klassieke plaatje compleet.

FEEST VOOR DE ZINTUIGEN

Tijd om te gaan rijden. We treffen het niet, want tussen alle zonovergoten dagen hebben wij precies die ene druilerige dag uitgezocht; honderd meter na vertrek begint het te regenen. Maar omdat we nu eenmaal niet van suiker zijn en vandaag in het teken staat van ‘puur autorijden’, laten we het stoffen dakje achterin liggen en koersen we vastberaden voort. Hoewel ik weet dat de ergonomie van de Caterham berucht is, kan ik maar niet wennen aan het feit dat de drie pedalen zó dicht naast elkaar staan, dat mijn niet eens al te grote schoenen regelmatig het verkeerde exemplaar beroeren. Dat is niet alleen irritant, maar soms ook gewoon link. Smalle raceschoentjes zijn absoluut een must. Ben je eenmaal gewend aan dit ongemak, dan kan het grote genieten beginnen, want elke meter is een feest voor de zintuigen. Zeker voor de oren, want de Fordmotor klinkt mede dankzij die Jenvey ‘throttle bodies’ en het aanzuiggeluid van de K&N-filters ronduit geweldig.

Naarmate het toerental stijgt, gromt de 1.6 steeds heftiger en klinkt er een heerlijke snerp doorheen. Het is ultiem atmosferisch motorgenot en 135 pk is in dit geval meer dan genoeg. Doortrekken tot de ‘redline’ bij 7.000 is ronduit verslavend en voor je gevoel kun je nog veel verder doorgaan. Gelukkig is ook schakelen een feestje: met een korte, trefzekere klik leg je het volgende verzet in. Ondertussen worden je stuurcommando’s een-op-een opgevolgd door de voorwielen, alsof je armen eraan vastzitten.

Hoewel stevig, is het onderstel voor een Caterham nog vrij comfortabel. Er is ook een Sportof zelfs Track-onderstel leverbaar, net als een sperdifferentieel en – als aanrader voor wie meer bewegingsvrijheid wil – een groter chassis. Dat zo’n Caterham autorijden in zijn meest pure vorm is, wisten we al. De retro-elementen van deze Super Seven 1600 zijn een aangename toevoeging voor ogen en oren. En helaas ook een toevoeging aan het prijskaartje. Met een vanafprijs van bijna 52 mille is hij meer dan 8.000 euro duurder dan de Seven 275 waarop hij is gebaseerd. Eigenlijk niet te verantwoorden. Maar als je aan niemand verantwoording bent verschuldigd, kun je maar weinig nieuwe auto’s vinden die daarvoor meer rijbeleving bieden.

Verder lezen?

Dit artikel is gratis te downloaden in PDF-formaat. Hiervoor maak je eenmalig een AutoWeek account aan, waarna je onbeperkt uit het AutoWeek archief kunt downloaden.

Inloggen of Registreren

  • +Fantastisch motorgeluid
  • +Gloednieuw en toch klassiek
  • -Pedalen (te) dicht naast elkaar
  • -Stevige meerprijs t.o.v. seven 275

Lezersreacties (44) (gesloten)

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.

De discussie is gesloten.
Reageren is niet meer mogelijk.