BMW M850i xDrive Gran Coupé vs. Porsche Panamera GTS - Test
Spierbundels in smoking
103 reacties
Video
Helaas kunnen wij deze video niet weergeven, omdat je niet akkoord bent gegaan met de
cookie voorwaarden.
Onze video speler heeft rechten nodig voor de "Social Media".
Wijzig je cookie instellingen
Satijnen revers, gestoffeerde knopen, lakschoenen: in de details gaat een smoking voor speciale gelegenheden nog net wat verder dan een maatpak. Zo zou je de BMW 8-serie Gran Coupé of Porsche Panamera ook kunnen zien: topklasse limousines met nog net wat meer stijl. In elk geval tot het gaspedaal wordt ingetrapt.
Op het eerste gezicht lijken de nieuwe BMW M850i xDrive Gran Coupé of Porsche Panamera S op doorsnee auto’s voor op de stoep bij een duur gala. Strak in het pak, niet te opvallend maar wel op chic. Tot het gaspedaal wordt ingetrapt en beide auto’s hun geheim onthullen. Dat geheim bestaat bij beide uit een vette achtcilinder in de neus. Daarbij hebben zowel de BMW als de Porsche in weerwil van hun formaat en gewicht ook nog eens een sportieve insteek. Op de echte M8 Gran Coupé moeten we nog even wach ten, tot die tijd vormt deze M Performanceversie een meer dan adequate doek voor het bloeden. Bij Porsche staat GTS al sinds jaren voor extra sportiviteit ten opzichte van de S-modellen, zonder gelijk de overdaad aan vermogen van een Turbo. In het geval van de Panamera heeft de GTS misschien nog wel een meer bijzondere status.
Bij de eerste generatie schakelden immers alle modellen na de facelift over op turbomotoren, behalve de GTS die z’n atmosferische achtcilinder mocht houden. Natuurlijk ademen lukt in het geval van de nieuwe generatie niet meer, een V8 heeft de GTS nog altijd. 4,0-liter groot, voorzien van twee turbo’s en goed voor 460 pk en 620 Nm vanaf 1.800 toeren per minuut. Serieuze spierballen, al gaat de BMW in bijna alle opzichten een stapje verder. Of eigenlijk: een sprong, want uit een 4,4-liter biturbo haalt de M850i 530 pk en 750 Nm. Dat scheelt 70 pk en 130 Nm, terwijl ze beide exact evenveel wegen: 2.070 kilo.
Het verschil voel je meteen. Niemand zal de Panamera GTS langzaam noemen, de M850i gaat er echter nóg harder vandoor. Vanaf 1.500 toeren per minuut trekt de auto als een lier, de kracht van z’n V8 is groot genoeg om de neus ten hemel te richten. In het middengebied versnelt de BMW door het extreem hoge koppel zo makkelijk dat in complete rust alle limieten kunnen worden gebroken. Door de vlekkeloze samenwerking met de achttraps automaat rolt de motor buitengewoon ontspannen met z’n spierballen. Alles wat je in elke gewenste situatie zou kunnen willen, levert de auto vrijwel meteen. Zelfs bij een enthousiaste rijstijl doet de aandrijflijn direct wat je ervan verlangt. Hooguit zou je het relatieve gebrek aan spektakel kunnen aanvoeren als minpunt. Van een auto die zo indrukwekkend presteert, zou je best wat meer auditief genot kunnen verwachten en bovenin vlakt de motor nadrukkelijk af.
SPORTAUTO
Hoewel 460 pk ruim bovenmodaal is, stap je toch met lagere verwachtingen over in de Panamera GTS. Die verwachtingen overtreft de Porsche vervolgens met gemak. Op papier zit er bijna geen verschil tussen alle metingen die voor de Nederlandse situatie relevant zijn. Gevoelsmatig lijkt het groter, vooral omdat de BMW onderin het toerenbereik zoveel meer koppel heeft en dus makkelijker uit de startblokken schiet. Hoe verder de naald van de analoge Porschetoerenteller echter naar rechts beweegt, hoe meer de vierliter in z’n element lijkt te komen. In de laatste 2.000 omwentelingen leeft en reageert de krachtbron met een enthousiasme dat de M850i niet eens benadert. In volle aanvalsstand kan de PDKautomaat met dubbele koppeling ook sneller en harder terugschakelen. Wat dat betreft, lijkt de GTS veel meer een sportauto, eentje die toeren wil zien en je in alles aanmoedigt om ze te maken. Jammer dat er niet vaak voldoende ruimte is om ook daadwerkelijk te kunnen doorhalen, ook
met 70 pk minder hoef je meestal niet veel gas te geven om al het overige verkeer voorbij te steken en hangt de toerentellernaald vaak loom onderin. In dat toerengebied blinkt de PDK-automaat dan weer niet uit. Wegrijden gaat minder soepel en versnellingswisselingen zijn minder naadloos dan in de BMW. Een omgekeerd karakter dus eigenlijk.
Ook in het onderstel komt die tegenstelling terug. Draai aan de knop aan het stuur van de GTS en de auto lijkt op magische wijze een paar honderd kilo gewicht overboord te zetten. In Sport+ kan de Panamera dingen die niet passen bij een statige vierdeurs coupé van vijf meter lang. Natuurlijk kan dat alleen dankzij een arsenaal aan elektronische hulpsystemen. Naast vierwielaandrijving heeft de GTS ook vierwielbesturing, een elektronisch geregeld sperdifferentieel op de achteras, luchtvering en adaptieve dempers om de massa te kunnen bedwingen. De manier waarop dat lukt, maakt misschien nog wel meer indruk dan het feit dát het lukt. Alle hulp ten spijt geeft de Panamera je het idee dat je het zelf doet en kan. De besturing geeft vertrouwen en feedback, evenals de remmen, en de manier waarop de neus bij het insturen meteen volgens verwachting reageert maakt harder rijden tot een belevenis die sensatie en sereniteit op een moeilijk te beschrijven manier aan elkaar koppelt. Omdat de auto zoveel vertrouwen geeft en tegen de limiet aan controleerbaar blijft, daagt de Panamera z’n bestuurder veel meer uit dan de M850i. Overigens valt daarbij wel op dat nat wegdek voor de Pirelli-banden een opvallend groot obstakel is, dan liggen de gripgrenzen opeens aanzienlijk minder ver.
GRAN TURISMO
Hoe anders gaat het in de BMW, die zich veel meer een Gran Turismo toont. Ondanks het ontbreken van luchtvering voelt de 8-serie comfortabeler aan en op lage snelheid geeft het onderstel ook makkelijker mee. Wat niet betekent dat het een waterbed is, want op de lijst met onderstelvoorzieningen ontbreekt verder niets ten opzichte van de Panamera. Moet het hard, dan doet de M850i dat met gemak, alleen schept de auto een afstand tussen wegdek en bestuurder die in de Porsche ontbreekt. In verhouding voelt de besturing licht en afstandelijk, zijn de remmen overbekrachtigd en is de reactie bij insturen traag. Dat zegt echter meer over hoe messcherp de Porsche is. In de praktijk is ook de BMW namelijk in staat tot meer dan je redelijkerwijs kunt verlangen. Het extra comfort is een prettige bijkomstigheid die hem meer tot Gran Turismo maakt met een vleugje sportief.
Op zich past dat ook goed bij de carrosserievorm, voor de achterpassagiers heeft dat extra comfort immers een stuk meer waarde dan messcherpe stuurreacties. Overigens gaat het dan nominaal om drie mensen, hoewel BMW zelf al toegeeft dat de middelste zitplaats eigenlijk alleen op papier bestaat. We zouden er in ieder geval niet iemand laten zitten die we te vriend willen houden. Zeker niet, omdat zijn of haar buren baden in luxe die, mits het budget toereikt, niet onder hoeft te doen voor de mensen voorin. De dalende daklijn vormt voor de hoofdruimte geen probleem en omdat de Gran Coupé 20 centimeter meer ruimte tussen de assen heeft dan de Coupé, hoeven ook de knieën niet te worden ‘afgezaagd’. Zoals gezegd hoeft het voorin ook al aan niets te ontbreken. Behalve misschien wat exclusiviteit. Enerzijds betekent het feit dat BMW hetzelfde interieurconcept in alle modellen doorvoert namelijk een voortreffelijke ergonomie en blijft iDrive het meest gebruiksvriendelijke multimediasysteem op de markt. Anderzijds betekent het ook dat deze twee ton kostende luxeboot akelig veel lijkt op een 3-serie die een kwart zoveel kost.
ALLES IS ANDERS
Porsche keert die aanpak eigenlijk om. Hoewel het merk natuurlijk onderhuids veel deelt met modellen van bijvoorbeeld Audi, merk je daar achter het stuur niets van. Voor bijvoorbeeld de zitpositie en de algehele beleving is het een pluspunt, alleen voeren de Duitsers dit misschien net wat te ver door. Niemand anders heeft bijvoorbeeld bedacht dat het centrale luchtrooster moet worden bediend met het multimediatouchscreen, alleen zijn daar ook hele goede redenen voor. Het komt de gebruiksvriendelijkheid namelijk niet ten goede en hoewel het aanraakscherm zelf snel en groot genoeg is, zitten er zoveel functies in dat meer dan noodzakelijk afleidt van de weg. Ook dat de adaptieve cruisecontrol niet als normale cruisecontrol kan functioneren en dat zelfs een snelheidslimiter ontbreekt, levert geen punten op.
Achterin kunnen twee personen – net als in de BMW – in weelde zitten, in de achterbak heeft de Panamera het voordeel van een vijfde deur. Dat maakt beladen makkelijker en de bak zelf heeft ook net wat meer inhoud. Het zijn wel heel dure liters, blijkt als we naar de prijskaarten kijken. Natuurlijk is er veel variatie mogelijk, tot aan de kleur en het patroon van de gordels kun je zelf bepalen hoe het eruit komt te zien. In dit geval hebben beide auto’s een zeer omvangrijke uitrusting die niets te wensen overlaat. Niet in luxe en niet in actieve veiligheid. En waarom ook, aan het einde van het jaar kijken we niet op een tientje minder of meer. Het gaat alleen niet om tientjeswerk. Zoals getest kost de M850i xDrive Gran Coupé € 209.162. Bekomen van de schrik? Dan doet de Panamera er nog een schepje bovenop: € 227.967. Nog eens € 19.000 meer dus en dat valt aan de uitrusting niet te zien. Voor beide geldt echter: het wordt sowieso bijzonder duur. Duurder zelfs nog dan een topklasse limousine.
Zoals een smoking vaak nog meer kost dan een maatpak. Het verschil? Waar je een smoking na een avond dragen vaak graag uittrekt, wil je deze auto’s het liefst nooit meer verlaten.
Dit artikel is gratis te downloaden in PDF-formaat. Hiervoor maak je eenmalig een AutoWeek account aan, waarna je onbeperkt uit het AutoWeek archief kunt downloaden.
Oordeel
Wat zit er ongelooflijk weinig ruimte tussen deze twee stijlvolle giganten, terwijl ze toch duidelijk andere plus- en minpunten hebben. Aan alles merk je de ervaring van Porsche in het bouwen van sportauto’s, waardoor de Panamera steeds beter wordt wanneer het harder gaat en in alles aanvoelt als een exclusievere auto. Dat mes snijdt echter aan twee kanten, want de 8-serie Gran Coupé kan bijna alles wat de Porsche kan, heeft meer vermogen en kost minder. Hoewel de magie van een Porsche zich moeilijk in cijfers laat uitdrukken, lukt het de BMW om met dat soort argumenten toch nipt boven de Panamera te eindigen.
Lezersreacties (103) (gesloten)
De discussie is gesloten.
Reageren is niet meer mogelijk.