BMW 7-serie - Eerste rijtest

Als het gaat om vervoer in grote luxe en comfort, is het speelveld beperkt. De spelers die er zijn, houden elkaar continu nauwlettend in de gaten. BMW heeft de 7-serie om deze reden een tussentijdse update gegeven. Doorgaans betekent zoiets bij het merk dat de techniek hier en daar wordt bijgepunt en dat de uiterlijke wijzigingen alleen door kenners zijn waar te nemen. Dat is dit keer absoluut niet het geval, integendeel. Met zijn enorme grille is de vernieuwde 7-serie al van verre te herkennen; verwarring met de pre-faceliftversie is onmogelijk. Gevraagd naar de reden voor die rigoureuze make-over vertelt verantwoordelijk designer Alexey Kezha ons aanvankelijk dat er is ingezet op meer differentiatie in het design van de modelfamilies. Dat klinkt best logisch, want wanneer je in je achteruitkijkspiegel een BMW ziet opdoemen, is het niet in één oogopslag duidelijk of je met een 5-serie of een 7-serie te maken hebt. Of wellicht toch een 3-serie. We vragen ons tegelijkertijd af of de bezitters van de betreffende modellen daar echt mee zitten. Gezien de verkoopcijfers lijkt die uniformiteit juist een succesformule. Dat kan Kezha inderdaad niet ontkennen. Maar het is volgens hem wel zo dat elk continent zijn eigen voorkeuren en wensen heeft: “In het designproces hebben de verschillende stylingstudio’s (naast de Duitse zijn dat de Amerikaanse en Chinese, red.) dan ook duidelijk hun eigen inbreng.

Wanneer je bedenkt dat 41 procent van de 7-serie-productie naar China gaat, is het niet verwonderlijk dat de Chinese inbreng bij de totstandkoming van de facelift zwaar meeweegt. In tegenstelling tot bij ons in Europa hebben ze in China in plaats van een laag en slank ontwerp liever een auto met een stevig voorkomen. Het mag niemand ontgaan dat je er aankomt met je grote BMW. Laat zien dat je het gemaakt hebt! Vandaar dat de voor- en achterkant van de 7-serie hoger zijn gemaakt en dat er een grille met waanzinnig grote nieren is toegevoegd. Het gaat om de road presence.” Kortom, de grootste markt dicteert.

BADEN IN WEELDE

Hoewel rond het merk BMW een dynamisch aura hangt, weten ze in München ook zeer zeker raad met luxe en comfort. Die waren bij de 7-serie voor de facelift al dik in orde en zijn nu naar een nog hoger plan gebracht, onder meer door de geluidsisolatie rond de wielkasten verder te verbeteren en dikker glas toe te passen. Toch is niet elke verandering een verbetering. Zo is het instrumentarium zijn grote, duidelijke klokken kwijtgeraakt ten faveure van een groot digitaal scherm zoals we dat ook kennen uit de X5 en de 8-serie. Het is nogal druk en bovendien minder overzichtelijk. Bij deze digitaliseringsslag is ook het multimediasysteem uit die X5 en 8 meegekomen en dat is dan weer wel prettig. Het werkt snel en heeft een prettig eenvoudige menustructuur. Overigens kun je via twee grote beeldschermen of een losse tablet op de achterbank kinderlijk eenvoudig de controle over het multimediasysteem overnemen en zelf bepalen waarnaar je luistert of welke route er gereden moet worden. Achterin is het heel duidelijk met welke gedacht deze auto is ontwikkeld. Het enige minpuntje is daar dat de hoofdruimte niet bijzonder royaal is. Opmerkelijk voor een limousine.

VERFIJNDE TECHNIEK

In de comfort-modus is de rondom luchtgeveerde 7-serie ook echt heel comfortabel. Je zweeft als het ware boven het asfalt. Maar ze zouden bij BMW zichzelf niet zijn wanneer de scherpte zou ontbreken, en die zit er wel degelijk in. Met de knop op ‘sport’ spannen de stabilisatoren zich aan, worden de dempers straffer en gooit de vierwielbesturing het over een net even andere boeg. Het is niet zo dat de 7 daarmee direct een snaarstrakke rasatleet wordt, daar is het de auto niet naar. Maar op een bochtig parcours zou je ook geloven onderweg te zijn met een auto die een paar honderd kilo minder weegt.

Wij zijn op pad met de 750Li xDrive, voorzien van de opgewaardeerde 4,4-liter V8 die we kennen uit de M850i. Die is goed voor maar liefst 530 pk, wat 80 pk meer is dan voorheen in de 750i. Samen met de jongste generatie van de achttrapsautomaat van ZF is dat een wel heel prettige combinatie, die in alle rust zijn werk doet, maar die ook altijd bij de les is wanneer dat verlangd wordt. Dan blijkt de auto uiterst potent te zijn. Aan trekkracht is nimmer een gebrek.

AUTOMATISCH ACHTERUIT

Overigens is er nog meer ‘aandrijfnieuws’: de plug-in hybride heeft niet langer een 2,0-liter viercilinder, maar een 3,0-liter zescilinder. Dat levert hem bijna 30 pk extra op en daarom is de typenaam veranderd van 740e in 745e. Als gevolg van extra uitlaatgasnabehandelingstechniek is de V12 van de M760Li xDrive juist 25 pk verloren. De 740i en de drie dieselmotoren zijn ongemoeid gelaten. Van de rijbaanassistentie hadden we in deze klasse meer verwacht, want hij volgt net iets minder mooi het midden van de rijbaan dan bijvoorbeeld bij Mercedes-Benz. Daar staat tegenover dat de actieve cruisecontrol verbluffend mooi samenwerkt met het navigatiesysteem. Op een bochtig parcours past de auto voor scherpe bochten het tempo zelfstandig even aan, om vervolgens na de bocht weer de ingestelde snelheid op te pakken.

Een andere elektronische aardigheid is de achteruit rij-assistent. Die is in staat om de laatste vijftig meter die je vooruit hebt gereden minutieus in omgekeerde richting af te leggen. Zo brengt de grote auto je zelfstandig sturend en zonder iets te raken terug naar de uitgangspositie. Een te klein gebleken parkeervak in een garage bijvoorbeeld, of de route tussen de plantenbakken door op een doodlopend woonerf.