Audi A4 Cabriolet
Wederom geslaagd
- Maurice de Bouvère
- Eerste rijtest
Aan de basis en aan de top van het motorengamma verandert er niets voor de A4 Cabriolet. De instapper is de 1.8 T. Deze 1,8-liter viercilinder met turbocompressor levert 163 pk. Feitelijk heeft deze krachtbron voldoende in huis om van de A4 Cabriolet een vlotte metgezel te maken. De topsnelheid ligt ruim boven de 200 km/h en een sprint van 0 tot 100 km/h klaart de minst vermogende benzine-A4 Cabrio in een kleine 9 ½ tel. Voor een open auto, die vooral bedoeld is voor aangenaam cruisen, biedt de 1.8 T dus voldoende. Het maximumkoppel van 225 Nm komt vrij bij 1.950 tpm. Dus schakellui rijden kán, maar wie niet wil flaneren, maar het uiterste uit dit aggregaat wenst te persen, moet toch driftig schakelen en de motor op toeren houden. Maar schakelen is geen straf, want de dubbele uitlaat brengt een sportieve snerp ten gehore bij het accelereren, hetgeen de feestvreugde natuurlijk verhoogt.
Maar voor wie voldoende niet goed genoeg is, biedt Audi nog een krachtiger viercilinder aan, de 2,0-liter TFSI. De krachtbron is een primeur in de A4 Cabriolet, maar we kennen 'm al uit de VW Golf GTI. Hij mobiliseert maximaal 200 paardenkrachten en daarmee verleent hij de open Audi uiteraard een hogere topsnelheid en een krachtiger acceleratie dan de 1,8-liter; bij 233 km/h wordt de tegenwind de 2.0 TFSI te sterk en hij sleurt de cabrio vanuit stilstand in ruim acht tikken van de secondewijzer naar 100 km/h. Verschillen die je in de praktijk maar nauwelijks voelt. Wel merkbaar is de grotere souplesse van de 2,0 ten opzichte van de 1,8. De maximale trekkracht van 280 Nm is beschikbaar tussen 1.800 en 5.000 tpm. Op de kronkelende D-wegen tussen Nice en St. Tropez, waar Audi z'n jongste spruit presenteert, kunnen we een groot deel van het traject afleggen in de derde versnelling zonder dat de snelheid uit de auto gehaald wordt; een duw tegen het gaspedaal resulteert in fluks en zonder tegensputteren oppakken van de motor. Deze configuratie is bij ons favoriet. Vooral in combinatie met Audi's quattro-techniek. Het surplus aan grip dat vierwielaandrijving de A4 Cabriolet geeft, maakt 'm tot op hoge snelheid betrekkelijk eenvoudig te mennen in de bocht.
Fut
Vierwielaandrijving zit standaard op de 3,2-liter V6 FSI. Deze 255 pk sterke motor vervangt de bestaande 3,0-liter. De direct ingespoten benzinemotor levert een maximaal koppel van 330 Nm bij 3.250 tpm. Negentig procent van de trekkracht heb je tot je beschikking tussen de 1.900 en de 5.900 tpm. Met deze zespitter heeft de A4 Cabriolet een uitgesproken levendig karakter. Alleen in het zesde verzet lijkt de fut er een beetje uit te raken; deze versnelling heeft enigszins het karakter van een overdrive. Het geluid dat de V6 produceert is oorstrelend. Audi heeft het uitlaattraject getuned, zodat het een prachtig donker geluid voortbrengt.
Er is keuze uit twee diesels voor de cabriolet: een 2,0-liter en een 3,0-liter TDI. De kleinste is een viercilinder, de grootste een V6. Geheel in de traditie van het VAG-concern, hebben beide aggregaten pompverstuivertechniek. Tijdens de introductie hebben we niet met de diesels kunnen rijden, maar met name het curriculum vitae van de 3,0-liter zescilinderdiesel is imposant. Deze motor vervangt de 2,5-liter die in de vorige A4 Cabriolet verkrijgbaar was. Met een vermogen van 233 pk en een maximale trekkracht van 450 Nm, dat al beschikbaar is vanaf 1.400 tpm – net boven het stationaire toerental – is het een beul van een motor; de krachtigste die momenteel leverbaar is in een cabrio. Menig sportief getint model bijt zich stuk op de 3.0 TDI V6. De krachtbron sleurt de A4 in slechts 7,3 seconden van 0 naar 100 km/h en de topsnelheid bedraagt meer dan 240 km/h.
De grootste dieselmotor wordt net als de 3,2 liter FSI standaard gekoppeld aan vierwielaandrijving. Beide motoren zijn leverbaar met een multitronic-transmissie, Audi's continu variabele automaat. Optioneel voor de quattro-versies is de zestraps tiptronic. En ook een handgeschakelde zesbak behoort tot de mogelijkheden
Haardos
De S4 Cabriolet is standaard uitgerust met een zesversnellingsbak. Onder de kap van deze top of the range- A4 Cabriolet huist een schitterend klinkende 4,2-liter V8-motor, die net als in de vorige A4 344 pk opwekt. Het maximale koppel ligt op 410 Nm. De topsnelheid is begrensd op 250 km/h en de sprint van 0 tot 100 km/h neemt slechts 5,9 seconden in beslag. Voor een cabriolet vrij overdreven waarden, maar het moet gezegd dat je met de A4 Cabrio tot op zeer hoge snelheden tamelijk aangenaam open kunt rijden. Zo lang het windscherm boven de achterbank opgeklapt is, tenminste. Maar achterin heb je toch niets te zoeken wanneer je met geopende kap snelwegkilometers maakt; de wind heeft er vrijspel en rukt venijnig aan je haardos. Het is wel een fijn gevoel dat je in de S4 cabrio altijd over hebt. Niet alleen aan motorvermogen, ook het onderstel is berekend op een sportief rijgedrag, waardoor je je niet snel vergaloppeert in een snel genomen bocht. De wielophanging van lichtgewicht aluminium bestaat uit vier draagarmen vóór en trapeziumvormige draagarmen achter. Het onderstel maakt de Audi wendbaar en stabiel, en verleent veel communicatie over wat er onder de wielen gebeurt. Net als bij de RS4 is het vermogen verdeeld over de voor- en achteras in een verhouding 40:60. De S4 geeft z'n bestuurder enige mate van vrijheid om de auto met z'n gasvoet te sturen, alvorens de elektronische regelneven ingrijpen om de Audi in het gareel te houden.
De hele A4 Cabrio-range deelt onderstelelementen met de topper, de S4, zoals de stijve spoorstangen. Met uitzondering van de 1.8 T hebben alle Cabrio's een snelheidsafhankelijke stuurbekrachtiging. Die werkt te allen tijde voldoende zwaar en aangenaam precies. Het afstandelijke karakter dat de besturing van de vorige A4 cabrio nog kenmerkte, is grotendeels verdwenen. Het stuurwiel blijft ook op pokdalige ondergrond vrijwel stil en begint niet als een dolle te trillen, zoals dat bij cabrio's wel vaker het geval is, omdat ze nu eenmaal slapper zijn dan modellen met een vast dak. Het geeft je het gevoel in een solide open auto te zitten. Audi heeft de stuurinrichting verbonden met de dwarsgeplaatste stalen balk waaraan ook de wielophanging is bevestigd. Ook de voorruit blijft stoïcijns onder bulten en kuilen in de weg, wat aangeeft dat de koets maar weinig tordeert. Niet alleen de voorruitomlijsting is robuust, Audi heeft ook versterkte buizen in de zijpanelen verwerkt om het ontbreken van een dakconstructie te compenseren.
Akoestische kap
Net als de rest van de A4-modelserie heeft de nieuwe Cabriolet nu ook een singleframe-grille. En de cilinders van de koplampunits zijn gevangen achter helder glas. Aan de achterzijde veranderde de Cabriolet nauwelijks, het glas van de achterlichten is anders van tint en de uitlaatpijpen flankeren een diffuser. Net als zijn voorganger heeft deze Cabriolet een strakke huid, die geen lijn te veel kent. De grote, heldere vlakken sluiten vrijwel naadloos op elkaar aan, en verlenen het model dezelfde tijdloze elegantie als de auto die hij opvolgt, terwijl de hoge schouderlijn de Audi A4 een krachtig voorkomen geeft. Wederom is het Audi gelukt een vierzits cabrio te ontwerpen die tot de meest geslaagde in z'n soort gerekend mag worden. Het fraaie profiel van de cabrio wordt niet hinderlijk verstoord door een gesloten kap, want ook in gesloten toestand ziet de Audi er gelikt uit. Vooral de combinatie van een zilverkleurige carrosserie met een bordeauxrood dak is subliem. Het dak dat in vier kleuren leverbaar is, opent zich binnen 21 seconden volautomatisch met één druk op de knop. Het openen en sluiten kan al rijdend tot een snelheid van 30 km/h. Audi monteert optioneel een zogenaamde akoestische kap, en claimt dat die de Cabriolet dankzij andere materialen en een extra bekledingslaag rond de C-stijlen bijna net zo stil maakt als de A4 met vast dak. Lever die standaard, zouden wij zeggen, want in een premium-cabrio wil je niet wegtochten of tegen je passagier moeten schreeuwen vanwege het windgeruis waarvan het geluid het interieur vult. En de keuzemogelijkheid voor de stillere kap suggereert dat dit onder de standaardkap wel het geval is, en dat die dus van inferieure kwaliteit is.