Youngtimers in de praktijk: pros & cons
Voordelig voor ondernemers
Het klinkt aantrekkelijk, voor een prikkie karren in een minstens vijftien jaar oude auto. Maar niet in alle gevallen ben je onderaan de streep voordeliger uit. AutoWeek zet de pros en cons van youngtimerrijden op een rijtje.
1. Wat is een youngtimer?
Een youngtimer is een auto van 15 jaar of ouder. Deze leeftijdsgrens wordt ook gehanteerd door de belastingdienst. Als peildatum geldt hier de datum van de eerste toelating; nationaal of internationaal. Officieus is een youngtimer een auto die nog niet de leeftijd en/of de status van een klassieker (> 40 jaar) heeft bereikt, maar wel wordt gezien als ‘liefhebbersauto’ en een klassieker van de toekomst.
2. Wie rijden er in youngtimers?
Iedereen kan en mag in een youngtimer rijden. In de praktijk kun je youngtimer-eigenaren grofweg in twee groepen opdelen. Enerzijds zijn er de liefhebbers die hun auto heel bewust uitkiezen en deze met zorg behandelen en onderhouden. Aan de andere kant is er een groep die simpelweg zo voordelig mogelijk van A naar B wil komen en die het niet uitmaakt in welk merk en model ze zitten. Sterker nog, zij weten waarschijnlijk niet eens dat hun auto officieel een youngtimer is.
3. Is een youngtimer voordeliger om te rijden dan een auto die jonger is dan 15 jaar?
Voor de particulier maakt dat niets uit, er is geen fiscaal voordeel verbonden aan de kosten die gepaard gaan met het rijden van een youngtimer. Het rijden van een youngtimer levert alleen fiscaal voordeel op voor ondernemers.
4. Waarom zijn youngtimers fiscaal interessant voor ondernemers?
Omdat je als ondernemer geen 22 procent bijtelling betaalt over de nieuwwaarde van de auto, maar 35 procent over de dagwaarde. Bijtelling is het bedrag dat je bij je inkomsten optelt en waarover je belasting betaalt. De dagwaarde van een oudere auto is soms lastig te bepalen, maar als stelregel geldt dat dit ‘de waarde in het economisch verkeer’ is. Oftewel: een realistisch bedrag.
Als ondernemer zijn alle kosten die zijn verbonden aan de auto aftrekbaar voor de inkomstenbelasting. Denk aan onderhoud en brandstof, maar ook parkeerkosten en tol. Je kunt stellen dat hoe goedkoper de aanschafprijs van de auto is, hoe meer voordeel er te behalen is. De fiscale regels voor youngtimers zijn minder aantrekkelijk bij duurdere auto’s. Een grote auto met een lage aanschafprijs en hoge variabele lasten – denk aan een BMW 7-serie – wordt op deze manier bereikbaar voor mensen met een eigen bedrijf, terwijl dit soort auto’s voor particulieren bijkans onbetaalbaar zijn vanwege de hoge kosten die een rol spelen na aanschaf.
Wie nu denkt ‘Ik vraag even een KvK-nummer aan, dan heb ik ook een eigen bedrijf’; zo werkt het niet. Je onderneming moet wel winst maken, anders heb je geen voordeel.
5. Hoe zit het met de btw? Kan ik die terugvragen?
Ja, dat kan. Maar het hoeft niet. Bij de eerste optie pas je btw-correctie voor privégebruik toe. Je betaalt dan 2,7 procent over de catalogusprijs van de auto (de nieuwprijs inclusief btw en bpm) om de btw te mogen aftrekken. Als je een zogenaamde margeauto koopt (de verkoper moet alleen btw over winstmarge betalen, over de auto zelf wordt geen btw geheven) is dit percentage 1,5 procent. Dit betekent dat de nieuwwaarde van de auto toch nog een factor is bij youngtimers. Btw terugvragen is dus interessanter bij auto’s met een lagere nieuwwaarde. Bij de tweede mogelijkheid (geen btw terugvragen) zijn alle uitgaven aan de auto, inclusief btw, aftrekbaar voor de belasting. Dit kan interessant zijn bij auto’s met een hoge nieuwprijs.
Rekenvoorbeeld
We zijn ZZP’er met een eigen adviesbureau en hebben € 10.000 te besteden aan een youngtimer, waarmee we op jaarbasis 30.000 kilometer gaan rijden. Ons bruto arbeidsinkomen bedraagt € 50.000. We twijfelen tussen een ‘leuke’ Volkswagen Golf 1.8 GTI en een ‘dikke’ BMW 745i, beide uit de periode 2001-2003. Alle bedragen zijn indicatief, bij het verbruik zijn we uitgegaan van de fabrieksopgave.
Volkswagen Golf | BMW 745i | |
Wegenbelasting | € 576 | € 1.118 |
Verzekering WA | € 350 | € 600 |
Onderhoud | € 1.000 | € 3.000 |
Brandstof (Euro 95, € 1,65 p.l.) | € 4.160 | € 5.380 |
Totaal | € 6.086 | € 10.098 |
Netto kosten bijtelling (privé) | € 1.334 | € 1.334 |
Voor dit rekenvoorbeeld gaan we er voor het gemak vanuit dat er geen btw-correctie wordt toegepast. Dat betekent dus dat er geen btw wordt teruggevraagd en we dus alleen hebben te maken met de inkomstenbelasting. In beide gevallen kost de bijtelling ons netto € 1.334, de marktwaarde van beide auto’s is immers gelijk. Bij de Golf staan daar aftrekposten van in totaal € 6.086 tegenover. In belastingschijf 3 (tot € 68.507) wordt over dit bedrag géén 38,1 procent belasting afgedragen. Dat betekent dat de netto besparing 38,1 procent van € 6.086, ofwel € 2.316 bedraagt. De BMW kost meer, maar daar staan ook meer aftrekposten tegenover. Voor zakelijke youngtimer-rijders is het financiële verschil tussen deze twee opties dan ook kleiner dan voor particulieren. Bij de BMW levert het belastingvoordeel netto € 3.847 op. De Golf kost in dit jaar uiteindelijk € 3.767, de BMW € 6.250.