Visie van 1990: Concept-cars Detroit en Turijn

Elk jaar weer weten automerken het voor elkaar te krijgen om de meest bizarre concept-cars te presenteren. Naast aandachtstrekkers zijn er zo nu en dan toch écht creatieve uitspattingen te zien, waarvan we later in de showrooms daadwerkelijk iets tegenkomen. In dit tweede deel kijken naar een rits creatieve uitspattingen tijdens de North American International Auto Show in Detroit en de Turin Auto Show in - uiteraard - Turijn.

Bugatti ID 90

Designhuis Italdesign toonde deze ID 90, een wonderschone concept-car waarvan we een jaar later het productiemodel zouden zien, de EB 110. In tegenstelling tot de EB110 - die vier turbo's rijk was - moest de ID 90 het doen met een 3,5 liter V12 met slechts één turbo.

Buick Bolero:

Van Turijn naar Detroit. Ook Amerikaanse merken sloegen in de jaren negentig massaal over op ronde ontwerpen. Buick wist met de Bolero - die in 1990 in Detroit stond - klassiek Amerikaans design te combineren met 'moderne' lijnen. Onder de kap een 3,3-liter V6. In 1992 introduceerde Buick een nieuwe generatie van de Skylark, een auto waarin we duidelijk kenmerken van de Bolero terugzagen.

Chevrolet Corvette CERV III

Chevrolet parkeerde in Detroit z'n derde Chevrolet Engineering Research Vehicle, een deels op de Corvette ZR-1 gebaseerd monster met een 5,7-liter V8 onder de kap. Dankzij dubbele turbo's was-ie goed voor 650 pk en - geholpen door een lage cw-waarde van 0,27 - een topsnelheid van 362 km/h. Een koolstofvezel jas, computergestuurde dempers, tractieregeling, vierwielaandrijving en vierwielbesturing: Chevrolet trok alle gadgets uit de kast om de show te stelen. Designinvloeden van de CERV III zagen we in 1993 terug bij de destijds nieuwe vierde generatie van de Camaro (foto 7).

Dodge Daytona RT Concept en LRT Concept

De hoekige Daytona was aan vervanging toe, en in 1992 zouden we een grondig herziene versie zien die z'n klapkoplampen inwisslde voor reguliere exemplaren. Met dit studiemodel werd daar alvast op vooruitgeblikt. Onder de kap een 2,2-liter viercilinder die de Daytona dankzij een turbo in zo'n 6 seconden naar de 100 km/h hielp. Bovendien beschikte hij over vierwielaandrijving, maar de productie-Daytona moest het met achterwielaandrijving doen.

Dan was er de LRT, waarvan de naam staat voor - jawel - Little Red Truck. De dames en heren van Mopar lepelden een 5,2-liter V8 onder de kap, maar maakten vooral het uiterlijk erg opvallend. Een grote set lampen op het dak, lichtmetaal van de Dodge Viper en een flinke dosis sportief bumperwerk: dit moest de power-pick-up van de toekomst worden.

Nissan Gobi

Sinds jaar en dag zijn pick-ups niet aan te slepen in de Verenigde Staten. Nissan toonde in Detroit de Gobi Concept, een voorproefje op een compacte pick-up. Een 2,4-liter viercilinder met 136 pk zorgde voor de aandrijving. Het werkpaardje was afgeladen met opbergvakjes en ook van buienaf toegankelijke bergmogelijkheden waren aanwezig. Nissan plakte er labels op met teksten als 'Things', 'Stuff', en 'Odds and ends'.