Met de MG F kreeg de roadsterrevival nog meer momentum
F en latere TF
De rubriek Topjaar gaat in 2025 30 jaar terug in de tijd. 1995 is de boeken ingegaan als het jaar van legendarische modellen als de Alfa Romeo GTV, Peugeot 406 en BMW Z3. Maar het Verenigd Koninkrijk spreekt een woordje mee, met de open tweezitter voor echte liefhebbers, de MG F.
Hoe zag het aanlooptraject eruit?
MG moest met de introductie van de nieuwe F in het najaar van 1995 grote schoenen vullen, want ooit was het Britse merk de grootste sportwagenproducent ter wereld. Dat was te danken aan de MG B waarvan er tussen 1962 en 1980 maar liefst 512.000 stuks zijn gebouwd. Ga er maar aan staan. De MG B was een legendarische tweezitter, die vrijwel iedereen kent. Maar dat model had nu eenmaal niet het eeuwige leven en werd zo ongeveer herboren met de introductie van de RV8 in 1992. Dat was feitelijk een opgewaardeerde MG B met een dikke 4-liter V8 voorin en alleen leverbaar met het stuur rechts.
MG-moeder Rover nam vervolgens een moedige besluit: we brengen de beste, tevens betaalbare sportwagen op de markt en trekken daarvoor alles uit de kast. Dat mocht ook wel, want MG had 15 jaar lang niet echt iets nieuws neergezet, afgezien van sportief getinte Austins als de MG’s Metro, Maestro en Montego in de jaren 80. Het prototype EX-E kondigde in 1985 in feite al de komst aan van de MG F. Eindelijk weer een geheel nieuwe MG, ook al kwam die uiteindelijk pas tien jaar later op de markt.
Hoe werd hij onthaald door pers en publiek?
Ronduit enthousiast. Want Engelsen hebben een hart voor auto’s, een warm plekje voor echte liefhebbersauto’s en vanuit ‘niets’ lanceerde MG een open tweezitter met middenmotor. Die moed verdiende een grote pluim en die kreeg de fabrikant dan ook. Iedereen vond de MG F leuk. De keuze voor een middenmotor kreeg alom waardering, de keuze om eigen krachtbronnen te gebruiken (de zogenaamde K-motoren) in plaats van Honda-aandrijflijnen, kon ook op applaus rekenen. Dus vooral het gegeven dat MG er helemaal voor ging, leverde al meteen een enorme gunfactor op. De oorspronkelijke Mazda MX-5, hoe doordacht ook, zag het pubiek toch vooral als een reïncarnatie van de Lotus Elan, en de Fiat Barchetta was toch gebouwd op basis van de ‘gewone’ huis-tuin-en-keuken Punto. De MG F was daarentegen volledig zichzelf.
Hoe revolutionair was hij?
Een revolutie was de MG F niet, maar moederbedrijf Rover maakte er destijds serieus werk van. Om te beginnen was de roadster voorzien van een zogenoemde middenmotor. De viercilinder lag dwars in het midden, voor de achteras. Dat leverde een zeer uitgebalanceerde gewichtsverdeling op: 44 procent van het gewicht rust op de voorwielen, 55 procent op de achteras. Dat is een prima basis voor een goede wegligging.
Volgens de ingenieurs van MG maakte de keuze voor een middenmotor de constructie van een nog stijvere carrosserie mogelijk. Belangrijk, vanwege het ontbreken van een dak. Alleen de SL van een beroemd automerk uit Stuttgart had een nog stijvere koets, meldden de MG-woordvoerders trots ten tijde van de introductie. Dus middenmotor, achterwielaandrijving en een superstijve koets, dat leverde een aangenaam speels karretje op, uiterst wendbaar en goed op de weg liggend.
Er was nog meer: de MG F had elektrische stuurbekrachtiging en die voldeed best goed. In de vroegere Austin-magazijnen lagen nog de nodige gasveren (Hydragas) en die schroefden de ingenieurs doodleuk onder de nieuwe MG F. Dat lumineuze idee leverde een iets minder spijkerhard onderstel op. Helaas hebben we deze vering nadien nooit meer teruggezien. En velen vinden een MG F desondanks nog altijd (te) hard geveerd.
Wat waren de keuzes bij de marktintroductie
De consument had eind 1995 de keuze uit twee motoren. Een 1.8i en een 1.8i VVC. Die eerste is een viercilinder zestienklepper van 120 pk en 165 Nm. Met een gewicht van 1.040 kilo is dat vermogen voldoende, maar ook niet meer dan dat. In negen seconden sprint de basisversie vanuit stilstand naar de 100 km/h en zijn topsnelheid is 193 km/h.
De 1.8i VVC is bijteriger met zijn 145 pk. Die sprint in 7,7 seconden naar de 100 km/h en levert een top van 212 km/h. De VVC-motor heeft een door Rover gepatenteerde variabele nokkenastiming waarbij de toerenteller gretig tot de 7.000 klimt. Zou dat iets te maken kunnen hebben met de jarenlange samenwerking tussen Rover en Honda? De K-motor van Rover was in beginsel goed en betrouwbaar, bovendien geschikt om op te voeren, maar de koppakking ging om de haverklap stuk. ‘Is de koppakking al vervangen?’, is dan ook de eerste vraag die je moet stellen bij een gebruikt exemplaar.
Wat waren zijn concurrenten?
Bij de marktintroductie in het najaar van 1995 was het concurrentieveld overzichtelijk, met de Fiat Barchetta, de Alfa Romeo Spider en natuurlijk die dekselse Mazda MX-5. Maar in datzelfde jaar leek Renault nog even roet in het eten te gooien en het sportwagensegment flink te gaan opschudden met de lancering van de Renault Sport Spider. Een extreem geval, eveneens met een middenmotor, maar tevens voorzien van een kunststof carrosserie en een buizenframe. In feite was het een soort raceauto voor het circuit , waardoor de Sport Spider toch geen echte concurrent werd voor de MG F. Datzelfde ging op voor de BMW Z3 die eveneens eind 1995 verscheen, maar maar wat hoger in de markt opereerde.
Dé vergelijkende roadstertest was destijds uiteraard de directe confrontatie tussen de MG TF, de Fiat Barchetta en de Mazda MX-5. De Japanner kwam daarbij onbetwist als winnaar uit de strijd. De beleving en de prestaties van de MG waren heus in orde, maar afwerking, bediening, zitpositie en het stugge onderstel kostten hem de zege. De Brit bleef wel de Fiat voor, maar de Mazda was op veel punten domweg de beste roadster. De Fiat oogt ook nu nog erg goed, maar biedt al met al veel minder roadsterbeleving, mede door zijn gevoelloze, lichte besturing.
Nog bijzonderheden tijdens zijn levensloop?
Nou en of. Om te beginnen kwamen er gedurende de looptijd van de MG F (van 1995 tot 2002) twee speciale uitvoeringen op de markt. In 1999 verscheen de 1.8i Anniversary Edition die zich onderscheidde op louter uiterlijkheden. Twee jaar later presenteerden de Engelsen MG F Trophy 160 SE. Die presteerde iets meer vanwege een gekietelde 1,8-liter K-motor; 160 pk vermogen en 174 Nm aan koppel resulteerden in een topsnelheid van 220 km/h en een sprint van 0 naar 100 km/h in 7 seconden.
De MG-F transformeerde in 2002 tot MG-TF. Dat lijkt een ingrijpende facelift, maar de stap van F naar TF was echt fors te noemen. We vonden destijds de koets van de F behoorlijk stijf, maar die van de TF was een stuk stijver. Ook de wielophanging was aanzienlijk verbeterd. Het vriendelijke ronde frontje werd wat strakker getrokken en de achterklep kreeg een iets sportievere vorm. Hij werd wat stoerder en serieuzer en iets minder lieflijk. Motorisch bleef de sportwagen nagenoeg hetzelfde, al kwam er een 1,6-liter motor (115 pk) als instapper in het gamma.
De MG TF hield het vervolgens vol tot het faillissement van MG Rover in 2005. Toch viel daarmee niet definitief het doek voor de TF. De nieuwe Chinese eigenaar van MG (Nanjing Motors) zag in de markt toch nog interesse voor de kleine sportwagen en hervatte in 2008 de productie, nota bene in de oude fabriek in Longbridge. Daar werd de herboren TF methet stuur rechts voornamelijk geassembleerd, want alle onderdelen kwamen uit China. Daar worden ook de linksgestuurde MG TF’s gebouwd. De revival van de TF werd een feestelijke gebeurtenis in combinatie met de 57e MG International Race meeting op het circuit van Silverstone. Daar zagen bezoekers dat de roadster een aangepast neusje had gekregen met onder meer een grotere luchtinlaat. Ook onderhuids voerde Nanjing wat verbeteringen door.
Even is er sprake geweest om de herboren TF ook naar Nederland te halen, maar in 2011 ging de stekker er definitief uit.
Welke uitvoering spreekt het meest tot de verbeelding?
De MG TF 160 van 2002-2005 is in feite het model dat je hebben moet. Handbak, 160 pk uit die 1,8-liter viercilinder. Dus de sterkste motor, omdat het onderstel dat absoluut aan kan. Een roadster hoeft niet per se veel paardenkrachten te hebben, maar de 1,6-liter motor van 116 pk die ook een plek kreeg in de MG TF vinden we toch iets te tam.
Een TF rijdt volwassener en beter dan een F. Alleen al daarom zouden wij de TF de voorkeur geven als we het voor het zeggen hadden. Een TF 135 in de Brooklands-uitvoering is wat ons betreft het neusje van de zalm. Die heeft een uitrusting die goed aansluit bij zijn Britse afkomst. Lederen bekleding en een houten stuurwiel (dus handschoentjes aan!) kunnen we wel waarderen. Daarnaast 16-inch lichtmetalen wielen, houtinleg (ook op het dashboard) en een olietemperatuurmeter. MG voerde de Brooklands alleen in 2004.
Wat is de impact geweest van de MG F?
Onderscheidend en ambitieus en moedig. Dat zijn de woorden die we aan het fenomeen MG F/TF zouden willen verbinden. Nog één keer lieten de Britten zien dat ze prima in staat zijn een leuke roadster te ontwikkelen. Leuk om te zien én om te rijden. Er zijn in ons land van de MG F 853 exemplaren verkocht (beste jaar was 1999, met 228 stuks), de registratieteller voor de MG TF blijft in Nederland staan op 740 en 318 daarvan werden in 2002 verkocht. Als je de prijzen ziet voor gebruikte exemplaren, dan trekt de roadster geen zalen vol liefhebbers. Hoewel hij beslist attractief is om te rijden, verlegt hij geen grenzen op dat gebied.
Bovendien moet je wat eigenaardigheden op de koop toenemen. Rammels en kraakjes zijn niet van de lucht, hoe stijf zijn koets ook is. Verder is het krap vanbinnen, de stoelen zijn net aan, de handbak vereist een stevige knuist en de interieurafwerking is niet om over naar huis te schrijven. Verder moet je bij de les blijven in heftig bochtenwerk, want als hij uitbreekt, dan breekt hij ook echt uit. Hij mist weliswaar raffinement, maar de liefhebbers roemen juist zijn originaliteit.
Hoeveel zijn er nog over in Nederland?
Op dit moment staan er volgens dataleverancier Vinacles in Nederland 2.568 MG’s F en TF op kenteken. Dat zijn er aanzienlijk meer dan er ooit nieuw zijn verkocht: 1.593 stuks. De huidige verdeling ziet er als volgt uit: 1.640 F’s (1995-2002) en 928 TF’s uit de periode 2003-2008.