Facelift Friday: Fiat 500 'Topolino'
Make-over voor kleine muis
Bij de naam ‘Fiat 500’ denkt iedereen natuurlijk meteen aan het kleine icoontje uit de jaren 50 of diens moderne nazaat. De voorganger van de welbekende 500, de zogenaamde Topolino, kreeg in 1949 een ingrijpend gemoderniseerde koets.
Net als ‘Kever’ en 'Eend' is ‘Topolino’ niet de officiële naam van het model dat hier op het podium verschijnt, maar het is wel een bijnaam die blijft hangen en die liefhebbers steevast gebruiken voor Fiats eerste echte kleine. Het betekent ‘muisje’ en een blik op de auto is genoeg om die referentie te begrijpen. De Topolino verscheen al in 1936 en kreeg een bol, tweedeurs koetswerk met de in die tijd gebruikelijke ‘losse’ spatborden. Een smalle grille werd aan weerszijden geflankeerd door ronde, op de spatborden geplaatste koplampunits.
De motor was al net zo bescheiden als het koetswerk. Voor de aandrijving zorgde een minuscule viercilinder met een inhoud van 569 cc en zo’n 13 pk. Die ‘krachtbron’ moest wijken toen de Model A in 1948 werd afgelost door de B. Die kreeg weliswaar 16 pk, maar behield het oorspronkelijke koetswerk. Wel kreeg de tweedeurs bestelversie gezelschap van een Giardinetta, oftewel een min of meer gelijkvormige estate mét een achterbank. Het totaal aan carrosserievarianten kwam daarmee op vier, want de reguliere sedan was er met een vast dak en met een stoffen kap.
Kort na de introductie van de B was het alweer tijd voor editie C, die in 1949 verscheen. Deze keer liet men de motor met rust en was het juist de carrosserie die stevig werd aangepakt. Het front ging compleet op de schop, waarbij de koplampunits in de veel forsere spatborden werden opgenomen. De verticale, schildvormige grille maakte plaats voor een horizontaal georiënteerd exemplaar. Aan de achterkant is het nieuws minder opvallend, maar minstens zo groot. De langere kont biedt meer ruimte en levert ook een andere, iets minder gedrongen vorm op. De stationwagonversie bleef, maar werd omgedoopt tot ‘Belvedere’.