Daf 55/Daf 66 (Volvo 66) - Facelift Friday
En toen werd het een Volvo
De laatste personenauto van het Nederlandse Daf, de 66, was in feite een stevig bijgewerkte versie van voorganger Daf 55. Dat kwalificeert hem zonder meer voor een ereplaatje in ‘Facelift Friday’!
De Daf 66 verscheen in 1972 en zou drie jaar later al van het toneel verdwijnen. In naam, althans, want Volvo kocht de boel en bleef dezelfde auto onder de naam Volvo 66 nog doorbouwen tot en met 1980.
De overgang van Daf naar Volvo was voor de auto in kwestie duidelijk minder groot dan die van de Daf 55 naar de Daf 66, dus we richten ons vandaag op de laatgenoemde modelwijziging. Vanwege de beperkte beschikbaarheid van (enigszins) geschikte foto’s is in onderstaande schuifplaat zelfs de Volvo-versie gebruikt. We durven niet te vragen wat Daf-liefhebbers daarvan vinden, maar voor de rest van jullie is het goed om te weten dat het verschil tussen de Daf en de ‘Volvo’ uiterlijk beperkt blijft tot het embleem in de grille en de bumpers, die bij de Volvo duidelijk dikker zijn.

Volvo 66
Terug naar de 55. Die auto was vanaf 1967 het krachtigere, duurdere broertje van de verder vrijwel identieke 44 en onderscheidde zich van dst model met een verchroomde grille tussen de koplampen. Deze auto’s – en 44-opvolger 46 – waren de laatste Dafs met het klassieke Daf-gezicht. Daar bedoelen we de eigenwijze, V-vormige motorkap mee, die vanaf de allereerste Daf 600 het gezicht van de modellen uit Eindhoven had gevormd.
Bij de latere modellen was die V-vorm heel wat minder prominent aanwezig dan bij die 600, maar de 66 had hem helemaal niet meer. Op dit model werd een veel moderner front gemonteerd, met een rechte motorkap en ronde koplampen die visueel geheel werden omsloten door de zwarte, rechthoekige grille. De ‘snelle’ Marathon-uitvoeringen kregen vier ronde lampen toebedeeld, de rest deed het met twee exemplaren. Andere bumpers en nieuwe, smallere achterlichten maakten de metamorfose compleet, althans aan de buitenkant.
Onderhuids veranderde er ook het nodige. Zo kreeg de 1,1-liter viercilinder van Renault er in de 66 een paar pk bij en werd het onderstel aangepakt. Ook verscheen er een nieuwe Variomatic, de traploze automaat waarmee Daf zo bekend is geworden. Het mocht allemaal niet baten: vanaf 1975 was het over en uit en de Daf 77, die de 66 uiteindelijk had moeten opvolgen, kennen we als de Volvo 340/360-serie.