'Camera's veiliger dan sensoren bij inparkeren'
Bij de test, uitgevoerd door het Insurance Institute of Highway Safety (IIHS), werd de proefpersonen gevraagd de auto achteruit in te parkeren, om daarna (zogenaamd) iets met het infotainmentsysteem te gaan doen. Daardoor waren de kandidaten minder gefocust op het inparkeren zelf.
Achter de auto werd een stilstaand of bewegend object geplaatst, dat een kind moest voorstellen. Het bewegende object werd vaker gezien (met de spiegels, sensoren of camera) maar het stilstaande object werd elke keer geraakt door bestuurders van auto's die geen parkeersensoren of achteruitrijcamera hadden.
Auto's uitgerust met een camera raakten het object in 56 procent van de gevallen, bij auto's met alleen sensoren was dit percentage liefst 94 procent. Opmerkelijk: bestuurders die in een auto zaten met beide opties (sensoren én een camera) raakten het 'kind' in 75 procent van de gevallen.
In de VS komen volgens het IIHS jaarlijks naar schatting 292 mensen om het leven door een achteruit rijdende auto en raken zo'n 18.000 mensen gewond. Achteruitrijcamera's kunnen de zogenaamde 'blind spots' met maximaal 90 procent verminderen. Het IIHS heeft bij de regering een verzoek ingediend om nieuwe auto's in de toekomst verplicht met achteruitrijcamera's uit te rusten.