BMW compenseert hogere 'WLTP-prijs'
Extra opties of gelijke consumentenprijs
1 januari 2019 is de datum waarop de Europese autosector definitief overstapt op een andere methode om de officiële uitstoot van nieuwe én bestaande auto's te meten. Deze nieuwe meetprocedure, de WLTP-cyclus, vervangt de huidige NEDC-cyclus en moet realistischer verbruikscijfers opleveren. De WLTP-cyclus verschilt op diverse gebieden van het momenteel nog actuele systeem. Zo wordt er onder andere voor een langere periode met een hogere snelheid gereden. Dit heeft in nagenoeg alle gevallen gevolgen voor de CO2-waarden van nieuwe auto's. In ons land is de bpm namelijk gekoppeld aan de CO2-uitstoot.
De Rai Vereniging spreekt volgende week met staatssecretaris Snel (Financiën) om de bpm-tarieven te bespreken. De brancheorganisatie is van mening dat deze tarieven zo snel mogelijk moeten worden verlaagd. Het gaat in dit geval om aanpassing van de tarieven per 1 januari 2019, de datum waarop de WLTP-methode de NEDC-cyclus permanent vervangt. Ook nu trekken sommige modellen al aan het kortste eind. Er zijn immers al auto's die in de huidige overgangsfase al volgens de WLTP-methode gehomologeerd zijn. Dat betekent nog niet dat op deze 'getroffen' auto's het '1 januari 2019'-tarief van toepassing is. Tot 1 januari 2019 mogen de WLTP-waarden namelijk worden teruggerekend naar de NEDC-norm (dan NEDC 2.0 geheten), al zal de uitstoot door de realistischer testmethode alsnog hoger uitvallen dan bij de originele NEDC-cyclus.
Ook bij BMW zijn auto's te vinden die momenteel al een substantieel hogere vanafprijs hebben 'dankzij' de WLTP-cyclus en de daarmee hoger uitgevallen bpm. Het bedrijf zegt de prijsverhoging te gaan compenseren door extra opties op de auto's te leveren of door de huidige consumentenadviesprijs intact te houden in afwachting van een mogelijke aanpassing van de bpm-tarieven door de overheid.