Blik to the Future: Citroën C4

Er zal in sommige vriendengroepen ongetwijfeld wel eens een stevig woordje gebabbeld zijn over het wél of niet waarderen van de C4 Cactus. De Fransen waren lekker hun eigen gang gegaan aan de ontwerptafel. De één vond het een welkome afwisseling tussen de grijze leasemuizen, de ander vond het landschapsvervuiling. Opmerkelijk was de Cactus zeker. In de verkoopcijfers zag Citroën vooral waardering terug; de C4 Cactus verkocht hier in Nederland beter dan de twee generaties van de reguliere C4 bij elkaar. De C4 Cactus was geen één op één opvolger van de gewone C4, maar wist met zijn iets lagere prijs en aparte uiterlijk wel meer kopers te trekken. Voor Citroën is het helder dat dit beter werkt. De komende C4 ent zijn uiterlijk dan ook meer op de Cactus, maar komt wel iets hoger in de markt te staan. Zo vult de nieuwe C4 het gat dat zowel de C4 als de C4 Cactus achterlaten.

Net als zijn voorganger is de nieuwe Citroën C4 weer een beetje een vreemde eend in de bijt. Hoewel hij kopers moet weglokken bij auto’s als de Volkswagen Golf, de Kia Ceed en de Ford Focus, zien we geen vergelijkbare koets bij dit Franse alternatief. Opnieuw kiest Citroën voor een vrij hoge cross-overachtige carrosserie met een vrij stompe neus. Die wind waait inmiddels door vrijwel het hele gamma van Citroën, dus is direct herkenbaar met welk merk we hier te maken hebben.

Stijlbreuk

Toch zet deze nieuwe C4 zich tegelijkertijd wel iets af tegen zijn eigen afkomst. In tegenstelling tot de Cactus heeft de auto voortaan een behoorlijk schuin aflopende daklijn. De hatchback neigt daardoor haast naar een hoog op zijn poten staande coupé of fastback. Omdat ook deze Citroën het luchtruim kiest, zou het ons niet verbazen als de auto als C4 Aircross door het leven zal gaan. Hij neemt dan keurig zijn plaatsje in tussen de C3 Aircross en C5 Aircross. In tegenstelling tot die laatste, verwachten we dat de C4 zijn basis leent van de Peugeot 208 en de komende C3. De Cactus deelde zijn (verlengde) basis immers ook al met de kleine broertjes binnen PSA.

Ervan uitgaande dat inderdaad een verlengde versie van het CMP-platform de basis vormt, kunnen we ook alvast kijken naar de verwachte aandrijflijnen. De 100 pk sterke 1.2 PureTech is in dat geval de instapper. Misschien slaat Citroën die nog over en begint het bij de 130 pk-versie van diezelfde benzinemotor. Voor de sportievere prestaties heeft het merk er ook nog een met 150 pk in de schappen liggen. Voor de dieselliefhebbers heeft Citroën de 100 of 130 pk sterke 1.5 BlueHDi in huis. Waarschijnlijk bestaat de transmissiekeuze in alle gevallen uit een handgeschakelde zesbak of een achttrapsautomaat.

Ook elektrisch

Uiteraard zit er ook nog een elektrisch randje aan de nieuwe C4. PSA past inmiddels immers op grotere schaal elektrificatie toe in zijn aanbod en dus kan de C4 niet achterblijven. Een plug-in hybride zit mogelijk in het vat, maar uiteraard biedt de met de 208 gedeelde basis ook EV-mogelijkheden. Reken in dat geval op een 136 pk sterke elektromotor, gekoppeld aan een 50 kWh-accupakket en een actieradius van ongeveer zo’n 300 kilometer volgens de WLTP-cyclus. Later dit jaar verwachten we meer van de nieuwe C4 te zien.

De voorgangers

De Citroën C4 Cactus kreeg iets bijzonder voor elkaar: Citroën verkocht er hier in Nederland, zoals gezegd, meer van dan de eerste én tweede generatie van de reguliere C4 bij elkaar. Hoewel de Cactus de gewone C4’s dus in de schaduw zet, verdienen die even een terugblik. De eerste C4, die in 2004 het levenslicht zag, was lekker alternatief vormgegeven. De vijfdeurs had een opvallende daklijn die haast deed denken aan die van historische modellen als de CX en GS. De driedeurs riep met zijn hoekige achterkant Ami-associaties op. In het meest succesvolle jaar sleet Citroën er hier 4.464 exemplaren van. De tweede C4, die beduidend minder opvallend vormgegeven was, kreeg in zijn topjaar nog niet de helft daarvan voor elkaar. Al in het derde jaar zakten de verkoopcijfers onder de 1.000 stuks en zo ging de ‘niet-Cactus-C4’ als een nachtkaars uit.