Mercedes-Benz 190 E (1992)

autoreview

Mercedes-Benz 190 E (1992)

Signalement

Uitvoering190 E
Versnellingen4, Automaat
Bouwjaar1992
Jaar van aanschaf2010
KM-stand bij aanschaf192.000 km
KM-stand laatst0 km
Lezerswaardering: 89%
Disclaimer MyReview

De beschrijvingen en reacties in de rubriek Myreview Auto zijn gebaseerd op persoonlijke meningen en ervaringen van gebruikers. DPG Media probeert de authenticiteit van deze persoonlijke meningen en ervaringen zo goed mogelijk in te schatten, maar kan niet verantwoordelijk worden gehouden voor de inhoud of de gevolgen van deze meningen en ervaringen. In Myreview Auto zullen zowel goede als slechte ervaringen worden geplaatst. DPG Media betaalt geen vergoeding voor de ervaringen of laat deze op een andere manier beïnvloeden. De redactie kan uitingen die niet voldoen aan de huisregels of onrechtmatig zijn te allen tijde aanpassen of verwijderen.

Het is niet toegestaan zonder toestemming van DPG Media de informatie van Myreview Auto te gebruiken voor of te verspreiden via andere media.

Sinds augustus 2010 ben ik in het fiere bezit van een zilvergrijze Mercedes 190E 2.0 automaat

Ik kocht de wagen bij een op zijn minst verdacht uitziende verkoper die nauwelijks een woord Nederlands sprak. Hij had de wagen op een zoekertjessite geadverteerd voor €1250, maar bij aankomst beweerde hij dat dat een typfout was en €2250 moest zijn !?
Rechts ommekeer maken, denkt u dan. Wel ik dacht net hetzelfde, maar de auto oefende een vreemde aantrekkingskracht uit en ik besloot om toch maar eens van naderbij te gaan inspecteren.
Op het eerste zicht zag alles er goed uit. Geen roest, lak nog erg gaaf, blinkende grille, werkend schuifdak en proper interieur. De testrit onthulde een zingende achterbrug (een typische Mercedes kwaal van de modellen uit de jaren ’80) en een neiging om naar rechts te trekken, maar voor de rest ging de wagen als de brandweer. Ook de automaat schakelde vlekkeloos.
Opmerkelijk was ook dat het interieur de met hout bezette middenconsole had van de laatste versies. Begin 1990 werd de W201 immers herzien en kwamen er ook enkele cosmetische ingrepen, zoals zijdelingse onderschorten in een iets donkerde kleur en iets lagere bumpers. Eind 1991 werd de wagen nogmaals voor een laatste keer herzien en werd onder meer ABS standaard geleverd. Deze laatste versies zijn gemakkelijk te herkennen aan de in koetswerkkleur gespoten buitenspiegels. Ze konden ook geleverd worden met een volledige middenconsole met houtafwerking die ik persoonlijk veel mooier vind dan de matzwarte, niet tot onder doorlopende middenconsole van de vorige versies.
Tegen beter weten in onderhandeld en voor €1750 mocht ik hem mee naar huis nemen.
Liefde maakt blind?

Zoals te verwachten viel, gezien de ietwat malafide verkoper, had ik de eerste twee jaar redelijk wat kosten aan de wagen. Een overzicht van alle kosten tot nu toe over een periode van bijna 5 jaar en 50000 km :

2010

* aankoop : €1750
* Uitlijnen : €50
* Onderhoud (oliefilter + olie, luchtfilter, ruitenwisservloeistof, nazicht) : €150


2011

* laswerk uitlaat (nog steeds de originele!) : €40
* Groot onderhoud (remblokjes + remleidingen + remschijven + remolie, benzinefilter, ruitenwisser, lichten afstellen, nazicht keuring) : € 630
* Nieuws schokdempers achter : €180


2012

* Onderhoud (bougies, olie, voorveer, nazicht keuring) : €250
* verfpen : €15


2013

* Olie (motor verbruikt olie) : €50
* 4 nieuwe banden (continental ecocontact) : €325
* onderhoud (isolatie buitenspiegel, nazicht, regeling CO & lichten) : €40
* Thermostaat vervangen (zelf gedaan) : €20


2014

* Onderhoud (laswerk aan einddemper, nieuw achterlicht, nazicht keuring) : €50
* Nieuw ventiel achterband : €20
* oliewissel + filter : €50


UPDATE 2015

* 2 nieuwe fuseekogels : €137
* nieuwe batterij (wegenwacht) : €150



Dit geeft 1750 euro voor de aankoop en 2150 euro aan onderhoud.
Op het eerste zicht niet goedkoop, maar gesteld dat ik bijvoorbeeld nog 1000 euro krijg bij een herverkoop, levert dat 2900 euro kosten all-in op over een periode van bijna 5 jaar, dus 600-700 euro per jaar aan afschrijving + onderhoudskosten. Dat is al bij al niet duur.


In wat volgt een kort overzicht van mijn persoonlijke indrukken.


MOTOR

De M102.962 2.0 liter benzine met 118 PK bij 5100 o/m en 175 NM bij 3500 o/m is geen bliksemsnelle jongen maar hij kan voldoende meekomen met het huidige verkeer.

Prestaties (fabrieksopgave):
0 tot 100 km/h in ongeveer 12 seconden
Top : 190 km/h

Zoals de cijfers reeds laten vermoeden, is de wagen naar oude Mercedes traditie getuned op koppel. Het maximumkoppel wordt reeds bereikt bij 3500 o/m, maar ondanks dat lage toerental is de wagen niet echt sterk te noemen onder de 2000 o/m. Die indruk wordt versterkt door het feit dat de automaat in tweede versnelling vertrekt. Persoonlijk vind ik dat geen hinderpaal aangezien ik een eerder rustige chauffeur ben.
Het verbruik beloopt tussen de 7,6 l/100 km in de zomer en de 8,8 l/100 km in de winter bij een koele rijstijl. Wie de paarden onder de motorkap geregeld de vrije loop laat, gaat richting de 9 à 10 liter/100 km.
Opmerkelijk is de draaicultuur. Voor een viercilinder loopt de motor erg zacht bij lagere toerentallen. Bijna zoals een zescilinder. Slechts als je doortrekt boven de 3000 o/m word je duidelijk gewaar dat er slechts een vierpitter onder de motorkap woont. Indien men rustig rijdt, schakelt de automaat echter op bij 2000 o/m zodat men hier geen last van heeft.


AUTOMAAT

De automaat is de ouwe getrouwe vierbak waarmee alle automatische Mercedessen in de jaren ’80 en begin jaren ’90 werden uitgerust. Na 20 jaar allerhande automagazines te hebben verslonden, durf ik stellen dat dit de meest bedrijfszekere automaat ter wereld is.
Indien men om de 60.000 km de ATF vervangt, lijken deze bakken wel het eeuwige leven te hebben.

De bak schakelt zacht en als je niet te veel gas geeft erg vroeg. Bij een rustige rijstijl komt de motor in zijn eerste drie versnellingen daardoor nooit boven de 2000 o/m uit. Dat impliceert dat bij rustig optrekken de auto al rond de 45 km/h naar zijn 4 opschakelt.
Zoals eerder aangehaald start de wagen in de tweede versnelling. Dat zorgt voor een comfortabeler rijgedrag en voor minder slijtage : slechts twee schakel momenten van 2 naar 4 in plaats van drie schakelmomenten van 1 tot 4. Dat is 33% minder schakelwerk. Ook al een reden waarom de bakken langer meegaan dan elders.

De bak heeft echter ook nadelen :

Ten eerste is het maar een vierbak. De vierde versnelling trekt 33,3 km/h bij 1000 o/m wat betekent dat men bij 100km/h al op 3000 o/m zit en op de snelweg tegen 120 km/h op 3500 o/m. Aangezien de motor op dat toerental zijn maximum koppel uitbraakt, zorgt dat daar voor kwieke hernemingen. Maar die hoge toerentallen zorgen ook voor een verhoogd verbruik, verhoogde lawaaiproductie en dito slijtage. Helaas is er geen alternatief voor wie per se een W201 of W124 wil. Een vijftrapsautomaat werd toen niet geleverd.

We schakelen op naar het tweede nadeel. De bak heeft een ochtendhumeur. De eerste minuut weigert hij op te schakelen. Hij blijft dan in zijn 2 hangen. Best vervelend als je 's morgens naar je werk vertrekt. Om het achteropkomend stadsverkeer niet op te houden moet je de koude motor in de toeren jagen in zijn tweede versnelling om vooruit te komen. Slecht voor het verbruik en de koude motor wordt gedwongen toeren te maken. Zo’n minuut na starten wordt de automaat weer wakker en schakelt hij doodleuk op om dan de rest van de rit gewoon zijn werk te doen. Ik heb al eens gelezen dat dit bewust ingebouwd werd om de katalysator te sparen (?), al ontgaat mij de logica daarvan. Is rondrijden met koude motor aan hoog toerental dan zoveel beter?

Ten laatste is er nog de weerspannige kickdown. In de E-stand verschijnt die zelden op het appel en zelfs in de S-stand geeft de kickdown soms niet thuis bij een inhaalmanoeuvre. Dit kan leiden tot ronduit gevaarlijke toestanden! Beeld je in dat je een tractor inhaalt maar dat de wagen aan 40 km/h in zijn 4 hangen blijft (aan 1200 o/m) en nauwelijks versnelt terwijl voor je de tegenliggers aanstormen ...
Daarom schakel ik manueel terug naar versnelling 3 als ik wil inhalen. Dat manueel schakelen wordt overigens vergemakkelijkt door het handige zigzag-rooster, eigen aan Mercedes. Alsof ze het zelf ook wisten dat hun automaten niet van kickdowns houden.

Kortom : rustieke, bedrijfszekere en soepele automaat met een versnelling te weinig.



REMMEN

Voor zijn tijd had de wagen erg goede remmen. In een vergelijkende test uit een Engels autotijdschrift vertoonde de Mercedes 190E de kortste remafstand van alle geteste wagens (Audi 90, BMW 3, Saab 900).
Anno 2015 zijn we natuurlijk meer gewoon. Desondanks zijn de remmen nog steeds voldoende krachtig voor het huidige verkeer.
In enkele Belgische automagazines uit de jaren '90 kloegen eigenaars van een Mercedes 190E over de snelle slijtage van de remblokken. Mijn voorste remblokken zijn na 45.000 km bijna afgesleten. Gelet op het feit dat dit een automaat is (altijd meer slijtage aan remmen), vind ik dit nog vrij acceptabel.



STUUR

Als men mij vraagt wat het beste attribuut is aan deze auto, dan antwoord ik steevast : de besturing.
Het kogelkringloopstuur in combinatie met achterwielaandrijving is onvoorstelbaar rustgevend en toch voldoende nauwkeurig. Het geeft voldoende informatie door over de staat van de weg, maar zonder dat de rust verstoord wordt. Ongewenste stuurbewegingen zijn afwezig, zelfs op slecht wegdek. De besturing blijft onder alle omstandigheden onverstoorbaar.
Grote Klasse.
Jammer genoeg is Mercedes eind jaren ’90 op tandheugel overgeschakeld. Wegens goedkoper, lichter en scherper/sportiever. Helaas houdt een tandheugel het geen 400.000 km vol en is het veel nerveuzer.
Het stuurwiel zelf is erg groot maar dat went snel. In veel autotijdschriften kloegen testrijders over het te grote stuurwiel. Bij mij is het nu omgekeerd : stap ik in een andere auto, vind ik het stuurwiel altijd veel te klein!
Het stuurwiel zit wel een beetje te laag ingeplant, waardoor er nauwelijks ruimte overblijft tussen stuur en onderbenen. Op een rotonde heb ik mijn hand al meermaals tijdens het draaien geblokkeerd tussen stuur en been. Noem dat ronduit een gevaarlijke situatie. Een ergonomische misser dat Mercedes geen stuurwielverstelling monteerde en het enige verwijt dat ik het stuur kan maken.
Als toetje wil ik nog vermelden dat de draaicirkel behoorlijk klein is. Bij het ontwerpen werd de taxichauffeur duidelijk niet vergeten.


COMFORT

De ophanging van de wagen is op veiligheid ingesteld. De gecompliceerde achterwielophanging (een revelatie destijds bij zijn introductie eind 1982) zorgt voor een veilig en makkelijk beheersbaar weggedrag.

Maar dat veilige weggedrag gaat wel ten koste van het comfort. De latere versies van de W201 hadden een iets hardere ophanging dan de oudere versies. En persoonlijk vind ik die iets te hard. Op de snelweg is het allemaal wel comfortabel, maar op gewone wegen en zeker bij lage snelheid vind ik de ophanging aan de harde kant. Door de antirol bars achteraan helt de wagen verbazend weinig over in bochten, maar de prijs die je ervoor betaalt is dat je hoofd op Belgisch crisisasfalt vaak kleine transversale beweginkjes maakt (van links naar rechts). Het was me in het begin zelf niet opgevallen, maar in meerdere van de vele tijdschriften met testen/reviews van Mercedessen uit de jaren ’80 en ’90 die ik bezit, werd dit probleem aangekaart. Eens ervan bewust, ga je erop letten en dan valt het inderdaad op.

Een vervelende eigenschap is dat de wagen lichtjes naar rechts trekt. Dit viel al op bij de testrit.
Ik had gehoopt dat een uitlijning soelaas brengen zou, maar dat bleek niet het geval. Volgen mij heeft de wagen ooit schade gehad achteraan en is de geometrie van de achterophanging verstoord. Een lid van een Mercedesforum vermoedde dan weer versleten ophangingsrubbers achteraan.
Ik heb besloten het te laten zoals het is en het te tolereren.

Een tweede ergernis is de achterbrug (differentieel). Dat zingt en wel bij alle snelheden. Aangezien de wagen voor de rest erg stil is (motor, continental banden, weinig windgeruis) domineert het gezang van de achterbrug.
Ook hier heb ik besloten om niet tot herstelling over te gaan en het zoemende geluid te tolereren.
De purist schudt nu ongetwijfeld afkeurend het hoofd, maar €750 uitgeven aan een wagen die er misschien nog €1000 waard is, lijkt me economisch niet verantwoord.

Eigen aan het concept der achterwielaandrijving is een verre van geruststellend weggedrag op sneeuw en gladde wegen. Zelfs met een automaat die in zijn 2 vertrekt, valt het de wagen vaak moeilijk om van zijn plaats te komen op sneeuwerige ondergrond. Al twee keer ben ik op een parking niet weggeraakt terwijl collega’s in hun voorwielaangedreven auto’s of met hun tractiecontroles dat wel konden. Vragen aan voorbijgangers om te duwen is dan de enige optie.

Niet alleen de ophanging, het leven en de Belgische bezuinigingsplannen van de regering zijn hard. De stoelen in een Mercedes 190E zijn dat ook. Ik heb het opgelost door een luipaardvelletje op de zittingen te leggen. Zit een stuk zachter.

De geluiddemping is zoals eerder gezegd van hoog niveau, maar het gezang van de versleten achterbrug vergalt de stilte.

De binnenruimte is beperkt. Een van de grootste kritieken op de baby Benz was het gebrek aan ruimte achteraan. Aangezien ik bijna altijd alleen in de wagen rijd, is die kritiek voor mij irrelevant.
Vooraan is er voldoende ruimte, behalve onder het stuur dat iets te laag staat en niet verstelbaar is.
De koffer is niet echt groot, maar wel goed van vorm zodat er toch redelijk wat bagage in kan. Ronduit vervelend is dat de achterbank niet neerklapbaar is. Bij Mercedes waren ze destijds van oordeel dat een neerklapbare achterbank de structurele stijfheid zou compromitteren.

Zoals elke Mercedes uit de goede oude tijd, voelt hij ongelooflijk solide aan. Alsof het een sculptuur is, geboetseerd uit een geheel in plaats van geassembleerd uit losse onderdelen (om een Engels tijdschrift te quoten : "as if humed from solid"). Dat solide, ietwat zware gevoel inspireert vertrouwen en dat draagt ook bij aan het comfort van deze wagen. Rijd een tijdje met een goed onderhouden Mercedes uit deze periode, stap over in een andere wagen en voel het verschil. Het begint al bij het openen en sluiten van de deuren. Het adagio luidt dat zelfs Mercedes ze zo niet meer maakt.

Zoals eerder vermeld werkt de besturing bijzonder rustgevend en comfortabel.
Ook de zacht schakelende automaat is een belangrijke comfortfactor en past perfect in het plaatje. Ik raad iedereen dan ook aan om een Mercedes uit dit tijdperk altijd met automaat te kopen.

Tenslotte nog een woordje over de verwarming/verluchting. De verwarming is voldoende krachtig, maar de oude VW Passat van mijn ouders had een snellere en krachtigere verwarming.
De verluchting is slim opgevat met ventilatieroosters op de middenconsole die altijd frisse lucht blazen. Dit om bv. op een koude nacht te verhinderen dat de bestuurder in zijn warme cocon in slaap zou vallen. Met de verwarming aan kan die immers nog steeds een koele luchtstroom naar zijn gezicht leiden wat hem wakker en alert houdt.

De wagen heeft geen airco en maar goed ook. Het systeem is immers storingsgevoelig en zeker bij deze leeftijden gaat het onnodig complexe systeem vaak kapot, met serieuze rekeningen tot gevolg. Als ik het te warm krijg, zet ik de heer schuifmans open of zwengel ik de (niet-elektrische) zijruit open.


UITRUSTING

De achilleshiel van elke oude Mercedes. Destijds was een manuele vierbak standaard (!). Vijf versnellingen of een automaat betekende bijbetalen. De weinige standaarduitrusting omvatte een servostuur, een elektrische rechterbuitenspiegel (u leest het goed : alleen rechts), een ABS systeem (vanaf 1991), vier wielen en mistlampen voor. Al de rest was optie.
Nou ja, wat er niet op zit, kan ook niet stukgaan.
De eerste eigenaar kocht de wagen op naam van haar zaak en kon de Belgische belastingbetaler dus laten meebetalen. Vandaar dat ze een schuifdak, automaat, centrale deurvergrendeling, metallic lak en houtafwerking bijbestelde.
Kostprijs in België in 1992 : €27.000. Bijzonder duur. Maar ja, daar tegenover staat dat de wagen bijna 23 jaar later nog steeds rondrijdt.

De mistlampen voor zijn overigens geen overbodige luxe. De standaardlichten kregen reeds kritiek in automagazines in de jaren ’80. Anno 2015 mag je ze gewoon té zwak noemen. Best wel irritant, vooral 's nachts op onverlichte snelwegen.

De stoelen zijn overtrokken met MBtex. Een soort van materiaal dat gemaakt is uit aardolie maar als stof aanvoelt. Gaat naar verluid langer mee dan gewoon stof. De bekleding van mijn auto verkeert alleszins nog in quasi nieuwstaat. Het hout op de middenconsole werd vooral in Amerikaanse automagazines bekritiseerd als te fel vernist, maar daardoor ziet het hout 23 jaar later er nog steeds uit alsof de boom pas gisteren omgezaagd werd.
Zoals eerder vermeld geeft het houten dashboard van de laatste versies het interieur veel meer cachet dan de matzwarte halve middenconsoles van de voorgaande modellen.

De wagen heeft een eenarmige ruitenwisser. Of beter gezegd een eenarmige ruitenmisser.
Reeds bij gemiddelde regenval is die vermaledijde wisser niet meer in staat de ruit voldoende schoon te vegen.
Hij trekt ook vaak strepen.
Bovendien is het bekend dat de motor van de wisser er nogal eens mee durft op te houden. Niet verwonderlijk als men rekening houdt met de belasting die hij ondergaat. Doe eens volgende proef : zet de wagen in neutraal en laat de wisser draaien. Men voelt dan de ganse carrosserie mee heen en weer schudden!
Het enige wat men preventief kan doen om vroegtijdig falen tegen te gaan, is het binnenwerk schoonmaken (oude olie eruit) en weer oliën met grafietolie.
Om aan het binnenwerk te geraken, moet echter het ganse wissermechanisme gedemonteerd worden. Dat is een titanenwerk aangezien tal van andere onderdelen eerst moeten gedemonteerd worden (onder meer de verwarming) eer men het ganse wissersysteem kan demonteren.


EXTERIEUR

Designer Bruno Sacco verdient werkelijk een standbeeld.
Het hoekig design heeft als voordeel de overzichtelijkheid van de carrosserie. De hoeken zijn goed in te schatten wat parkeren vergemakkelijkt. Ook de ster op de motorkap is hierbij een handig hulpmiddel.
Cx-waarde bedraagt 0,34

De lak is erg dik aangebracht en van goede kwaliteit. De zilvergrijze kleur staat de wagen bijzonder goed.
Roest is momenteel nergens te bespeuren, ook niet onderaan de wagen. Bij aankoop had de wagen een kras op de deur met beginnende roest, maar ik kocht een verfpen en herstelde dit zelf.



EINDOORDEEL

Ik speel hiervoor even leentjesbuur bij de website carenthusiast.com :

“We covered over 500 completely stress-free miles in it, and always arrived fresh and relaxed. If we needed a cheap, classy and capable machine for very little money we'd be very tempted indeed. It might demonstrate how far things have moved on, but not always for the better. What was classy then remains so now, though with more than a small portion of cool added in for good measure”

Wie de ganse test wil lezen : http://www.carenthusiast.com/reviews/article/4142/-/1991-Mercedes-Benz-190E/Retro+drive.html

In 2015 is de Mercedes 190 nog steeds op veel vlakken een actuele auto. Gezien de prijs/kwaliteit verhouding kan ik niet anders dan de wagen aanraden, maar met een belangrijke waarschuwing : men moet zich realiseren dat de auto qua actieve en passieve veiligheid niet meer van deze tijd is.

8,0
  • Betrouwbaarheid
  • Prestaties
  • Comfort
  • Kosten
  • Zou u weer een auto van dit merk kopen? ja

Lezersreacties (7)

Reageren

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.