Weblog Joost - De verrassingen van een huurauto in de vakantie
Tijdens mijn laatste vakantie heb ik, zoals waarschijnlijk velen, gebruik gemaakt van een huurauto. En het is leuk: zo’n auto brengt vaak verrassingen met zich mee. Dat was ook bij eerdere vakanties het geval. En die traditie zette zich ook deze keer weer voort.
Die vakantie ging naar Mallorca. Een redelijk groot eiland, waar je in de praktijk alleen naartoe vliegt. Ja, je kunt naar Barcelona rijden en dan de veerboot nemen, maar dan ben al gauw enkele dagen onderweg. Wil je op dat eiland een beetje mobiel zijn, dan is een huurauto al snel een must. En omdat het voor een week was, in de zomervakantie, hebben we gewoon de kleinste gekozen. Genoeg voor mij en mijn partner én natuurlijk lekker goedkoop. Bovendien geeft dat opties voor verrassingen. Onze ervaring was namelijk verschillende keren dat die kleinste auto er niet is. Enkele jaren geleden kregen we in Schotland bijvoorbeeld een Vauxhall (Opel) Tigra (je weet wel, dat kekke coupéetje) in plaats van de Nissan Micra. Een leuke upgrade omdat de Micra er niet was. En erg lekker om mee door dat land te touren. In de VS kregen we op die manier ook meestal een leuke middenklasser omdat de kleine niet in de garage stond. Steeds zonder meerprijs. Omgekeerd gebeurde dat ook wel: waar we een Dodge Charger in de VS als huurauto op het oog hadden kregen we een Ford Taurus. Blijkbaar toch dezelfde klasse. Even slikken maar de oneindige collectie online radiostations wekte tijdens het rijden onze verbazing. En het reed wellicht niet zo dynamisch, maar best wel okay. Een andere keer was de bestelde Hyundai Accent sedan (in de VS, zie het als een i10 met kofferbak) wél beschikbaar. De ramen moest je dan ook nog handmatig naar beneden draaien. Maar geen ramp, dat was ook januari…
Terug naar Mallorca. Na het wachten op de shuttlebus kregen we op vijf minuten van het vliegveld inderdaad de sleutels van de geboekte Fiat Panda in handen. Keurig wagentje, op enkele deukjes na (waarvan er maar één was gemeld dus toch teruggelopen naar het kantoortje). Dat mocht de pret niet drukken. De tank zat vol en onze vier koffertjes maatje handbagage pasten precies in de kofferbak. Mooie meevaller. Eigenlijk vond ik het lekker om juist deze auto te rijden, omdat ik pakweg dertig jaar geleden van de eerste generatie Panda (wel na de facelift) met veel plezier enkele van deze auto’s heb gereden. Lange reizen mee gemaakt, in Nederland maar ook binnen Europa.
De nieuwste editie is daarmee natuurlijk niet te vergelijken… maar naar huidige standaarden is hij wél redelijk basic. Immers: spiegeltjes met de hand instellen, geen achteruitrijcamera, geen piepers en belletjes op de hoeken, geen cruisecontrol - laat staan dynamische -, handbak, op een knopje drukken om de sloten van de auto open te maken en de sleutel in het slot steken om te starten (we zijn intussen jaren verwend met hybride en elektrische auto’s die een startknop en automaat hebben). Maar daarover heb ik in de vorige blog al het nodige geschreven.
Na vijf minuten was ik wel gewend aan de auto. Zitpositie ingesteld en het reed best aardig. Nee, de straatstenen rijd je met die Panda met z'n 1.2 liter motortje met 69 pk niet uit de weg maar eerlijk is eerlijk: ik vond het verrassend lekker rijden. En in een week tijd ben ik de auto in het dagelijkse gebruik gaan waarderen. Hij komt (wel met flink doorschakelen) goed met het verkeer mee, was praktisch in gebruik en met buitentemperaturen van boven de 35 graden (de hele week, niet één dag) was de airco ook erg lekker. Nu zijn de meeste wegen op Mallorca redelijk vlak. Veel vraagt dat dus niet. Echter, we namen ook een kijkje aan het westen van het eiland. Dat is in tegenstelling tot de rest van het eiland zelfs bergachtig. Dus flink klimmen en haarspelden nemen - wie kijkt naar een route om leuk te sturen op Mallorca moet zeker eens van Soller via de kustweg naar bijvoorbeeld Andratx rijden (of de andere kant op). Op die weg ontpopte de Panda zich zowaar tot een klimgeitje. Richting Pollenca kan trouwens ook maar die weg hebben we niet genomen.
Na een week kwam dan het moment dat we afscheid moesten nemen van ons gehuurde vierwielige vakantiegezelschap. Daarbij was me iets duidelijk geworden: dit is een auto die ik best op de oprit zou willen hebben. Gewoon, omdat het een auto is die doet wat je van ‘m verwacht. Je voelt waar je mee bezig bent. Daarnaast is hij gewoon lekker praktisch (vrienden hadden eenzelfde auto gehuurd maar dit was een gezin mét kinderwagen en meer bagage en dat paste met wat Tetris-achtig gepuzzel ook allemaal precies). En hoewel je wellicht niet iedereen ermee uitlacht zoals de tv-reclame vroeger liet zien, zorgde deze Panda wél voor een smile op mijn gezicht.

JF Boers
Columnist/schrijver
Joost Boers heeft een lange automobiele geschiedenis. Spelde al tijdens de basisschool het autonieuws. Hij startte het autobezit met een oude Volvo 66 en via de nodige Fiats kwam hij uit bij Mercedes (een A160 cdi en daarna een W203 C200 cdi die uiteindelijk 543.000 km op de teller had) en een Lexus CT200h. Volgde met een rallylicentie in de pocket in de jaren '90 de Cinquecento Trofeo van dichtbij maar rijdt net zo graag over de doorgaande wegen naar het zuiden van Frankrijk. En tegenwoordig beweegt hij zich ook elektrisch voort, met een Citroën ë-C4 op vier én op twee wielen.