Nooit meer Dubai

Twee jaar terug bezocht ik voor het eerst en voor het laatst, de walging was te groot, het emiraat dat nu verpletterd dreigt te worden door een apocalyptische miljardenschuld – als het echt waar is wat de kranten schrijven. Ik kan me niet heugen dat ik ooit zo mijn ogen uitkeek. Dubai was een spookstad. Niet tengevolge van ontvolking; van de groeistuipen. Langs de stadsranden vraten reusachtige, morbide kantoorwijken in aanbouw de woestijn op, in afwachting van nieuwe legers expats die er net zo onwaarschijnlijk nice & easy zouden binnenlopen als de vorige lichting. 's Nachts oogden hun nog ongeboren skylines als een futuristisch horrorkabinet. De film Transformers moet daar bedacht zijn.
Maar we kwamen natuurlijk voor de auto's. Nergens ter wereld, hadden we gehoord, is de exotendichtheid zo extreem als in Dubai. Je zou er struikelen over de Lambo's en Ferrari's. Dat Koenigsegg er met een verkoopfiliaal was neergestreken zei genoeg, dat zie je ze in Bussum niet snel doen. Bussum is Diemen voor die jongens.
Dubai is net Amerika. De mythe is niets bij de werkelijkheid. In de files – rock around the clock – zagen we de Gordon Gekko's rijendik staan, bellend en bluffend. Santa Monica leek opeens heel modaal, het Gooi een reservaat voor subtoppers. Mannen, hier gebeurde het.
Het meest bizar vond ik het jachtresort waar we op een kwade dag verdwaalden. De penthouses waren in aanbouw, maar de marina lag er al, afgestampt met miljoenenjachten, op de kade omzoomd door Mercedessen, Ferrari's en Porsches. Eerst de blingbling, het dak boven je hoofd kan altijd nog – de ware exhibitionist woont in het openbaar, desnoods ten koste van zijn woongenot. In doodgewoon stoffige buitenwijken stonden de Rolls Royce Phantoms schouder aan schouder in de carports van verweerde twee-onder-een-kappers. Bij de shopping malls zagen we zwaar gesluierde moslima's de gepeperde Cayennes van hun huistirannen volstouwen met de onnutte wannahaves van Uncle Sam. Vage tweedehandsgarages die je bij ons onmiddellijk van gitzwarte praktijken zou verdenken verkochten in lousy bedrijvenparken fonkelnieuwe Gallardo's en Scaglietti's. Niets in die rotstad wees op het geringste bewustzijn van een hoger levensdoel dan cashen. Dubai is om te kotsen, een miljonairsbeurs in het echt.
Dit kan niet waar zijn, zeiden we tegen elkaar.
Hoe waar gesproken was dat, weten we nu.
Nergens ventten de poenscheppers zo schaamteloos hun rijkdom uit. Nergens gaan ze, als ik het goed begrepen heb, zo ongenadig onderuit. Ik kan, de deugdelijke bouw- en bagger-Gekko's niet te na gesproken, geen Rolls meer zien zonder walgend aan dat boomloze, ontzielde Sodom en Gomorra terug te denken. Nooit meer zal ik een Ferrari spotten zonder bijgedachten. Dankzij Dubai vecht mijn autoliefde tegen een kwaad geweten. Ik vroeg de lieve Indiase losers die ons met Landcruisers in de zandbak  leerden driften wat ze vingen voor hun dienstbaarheden aan een dodelijk verveelde nouveau riche. Honderd dollar in de maand, sahib. Leve Marx, bulderde ik tot collega Kamphues, en grijnsde bitterzoet. Waarschijnlijk staan die arme sloebers nu te bedelen op Dubai Airport. Of ze kraken er op het parkeerterrein de Rolls van hun per noorderzon gevluchte baas. Terecht, zou ik bijna zeggen. Ja, ook dit is soms wat auto's met je doen.

Lezersreacties (43)

Reageren

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.