Fietsers
Anders dan automobilisten hebben fietsers, op de profrenners na natuurlijk, een smetteloze reputatie. Ze gelden als de voorbeeldburgers van de openbare weg: gezond, milieuvriendelijk en sociaal. Wat een knus gezicht is het, als in de weekeinden half Nederland liefst in gezinsverband de benen strekt op bospaden en binnenwegen. De fiets is het bindmiddel van de Nederlandse samenleving: Zelfs onze burgemeesters en ministers fietsen, en het is komisch hoe vertederend we dat vinden. Wat een actief, gezellig en eenvoudig volk zijn we toch, uche uche.
Vergeet het. De fietser vormt een even onderschatte als ernstige bedreiging voor de nationale verkeersveiligheid.
Als medefietser - vijftig kilometer per dag, de strijd tegen het vet moet ergens beginnen - ben ik er inmiddels achter dat de keus voor CO2-neutraal vervoer geen garantie is voor beschaafd rijgedrag. Onder ons gezegd: vooral de zondagse recreatiefietsers maken er een geweldige rotzooi van. Bezie je het fietsgedrag van de Nederlandse wielrijder door de bril van de gediplomeerde automobilist - een rijbewijs is tenslotte toch een soort verkeersdiploma - dan kom je tot onthutsende conclusies. Anders dan automobilisten respecteert de fietser geen enkele vorm van orde. Een nette automobilist gunt medeweggebruikers de ruimte en blijft, behalve wanneer hij inhaalt, over het algemeen keurig op zijn weghelft; linker-, rechter- dan wel middenbaan. De zondagsfietser schiet alle kanten op en geeft vooral op landelijke recreatieroutes uit brutale bezitsdrang geen millimeter van zijn territorium prijs; zijn weg, zijn vrije dag, zijn uitje. Fietsgezelschappen hebben, zelfs in zeer onoverzichtelijke bochten, de gewoonte het complete wegdek voor zich op te eisen. Het komt niet in de fietser op dat hij zijn asfalt deelt met anderen; met minder trage fietsers, of met auto's. Als er een nadert, vertikt hij het om netjes aan de kant te gaan. De onfortuinlijke chauffeur die kwaad gaat toeteren kan het helemaal vergeten. De fietser zet hem als een sfeerverpestende milieuvervuiler op zijn nummer door hem klem te zetten onder het solide motto 'wij zijn schoon, dus beter.' Die smeerpoets wacht maar even!
Nee, dit is geen objectieve analyse. Ik geef toe dat zich op zondag Youp van 't Hek-achtige haatgevoelens van me meester maken, als ik zie wat er aan Hollandse wanstaltigheid voorbijtrapt op mijn vaste routes. Mannen van zeventig met dikke penzen en magere melkwitte benen in crèmekleurige bermuda's. Teveel bloot vlees van veel te witte of te bruine lijven. Hondjes in mandjes. Gezinnen met oranje vlaggetjes. Bepaalde rugzakken. Bepaalde Batavussen. Dat verschrikkelijke ANWB-sfeertje op die recreatieroutes (bordje: 'U nadert een knooppunt') beneemt je de adem, net als de verbijsterende fietsfile voor het pontveertje bij Spijkerboor. Niets stemt radelozer dan zo'n allesblokkerende kluwen fietsbejaarden die op een recreatieknooppunt in gepensioneerdentempo een verkeersbord bestudeert. Blijf toch binnen! Soms, als ik op twee identieke fietsen zij aan zij vier oude benen traag als Hollandse rivieren op en neer zie gaan, bekruipen me zulke gewelddadige neigingen dat ik nu eindelijk weet wat ik de afgelopen maand had moeten vragen voor mijn tweeënveertigste verjaardag: een hometrainer.
Ik zeg: alle fietsers de wereld uit, om te beginnen uit Nederland. Ik pak de auto wel.

Bas van Putten
Columnist/Schrijver
Bas van Putten is schrijver en columnist voor diverse kranten en tijdschriften. Zijn wortels liggen in de muziek, maar zijn hart gaat al jaren uit naar auto's.