De EQS
Visionare monstersedan
Nieuw autoseizoen voor de deur. Dan hoor je te zeggen naar welke auto’s je met de brandendste verlangens uitkijkt. Bij mij is dat er één; de Mercedes EQS, al schijnen we tot 2021 op hem te moeten wachten. De VW ID.3 en de elektrische BMW’s op de gedeelde tweede plaats komen qua appeal niet in de buurt van die visionaire elektrische monstersedan met de spookachtige lichtshow in de neus.
Bijna alle overige auto’s in de pijplijn, die we weer allemaal massaal gaan testen, zijn meer van hetzelfde. Nichemodelletje hier, crossovervariantje daar, paar facelifts en steeds meer hybrides met een stekker. Kom er maar in, plugins met 225, 300 en 400 pk, allemaal redelijk tot zeer goed rijdend. Keer op keer zal ik zeggen: koop gerust, niks mis mee. En ik vergeet ze op slag. Zelfde schermen, zelfde veiligheidsassistenten, zelfde premium-audio met een naam en zelfde panoramadaken. Terwijl in elke slagzin het woord innovatie opduikt, staan we evolutionair een beetje stil.
Er komt heel zelden een auto op de markt die er echt uitspringt door een unieke mix van eigenschappen; design, aandrijflijn, techniek, concept. Misschien is dat wel altijd zo geweest. De echte, door iedereen vereerde iconen van de twintigste eeuw laten zich op de vingers van twee handen tellen. De afgelopen jaren was de oogst niet eens beroerd. In 2018 was er de Tesla Model 3, vorig jaar de fabuleuze Porsche Taycan. Toevallig twee keer elektrisch, maar dat had niet gehoeven. Voor mij was de Lexus LC in 2017 ook zo’n uitschieter; uniek design, grote rijkwaliteiten, echt een brok toegevoegde waarde in zijn klasse. Ik was verliefd op die auto. Zo heerlijk, zó goed.
Maar dan de EQS. Die kan de gamechanger worden waarover nog jaren wordt nagepraat, als hij zijn indrukwekkende beloften waarmaakt. De eerste EV met een WLTP-actieradius van 700 kilometer zou de eerste echte concurrent kunnen worden van de grote Tesla’s. Wordt hij dat echt, dan kunnen we met enige bezorgdheid constateren dat die tien jaar op zich heeft laten wachten. De jaren voorsprong die VW-voorman Herbert Diess Musk toedicht zijn een klein decennium. Al die tijd kwam niets uit Europa, Zweden of Japan in de buurt van die volgens gefrustreerde achterblijvers gammele maar technisch soevereine Model S. Suv’s van Jaguar, Audi en Mercedes bleven qua innovatiegraad en uithoudingsvermogen ver bij Tesla achter en niemand had een grote elektrische limousine in het gamma met een actieradius van meer dan 500 kilometer - die zelfs de Taycan net niet is geworden.
Nooit was het met Tesla’s hete adem in de nek voor Europese premiumfabrikanten daarom zo noodzakelijk de uitzonderlijke daad te stellen die maar uitbleef. Terwijl ze nog steeds geweldige auto’s bouwen, staat door hun politiek van evolutionaire behoedzaamheid hun hegemonie op de wereldmarkt op het spel. Ze moeten nu iets neerzetten waar Musk zelfs met een volgende Model S niet overheen komt, en dat voor het lopende decennium net zo’n keerpunt wordt als de S voor het vorige.
En wil het merk zijn plaats in de wereldgeschiedenis behouden, dan zal dat grote statement van Mercedes moeten komen. Das Beste oder nichts, noblesse oblige. Het lijkt erop dat het merk die boodschap heeft begrepen. De EQS is he-le-maal te gek en revolutionair anders. Extreem lang, laag en spiegelglad, eigenlijk een enorme langgerekte lijn die als een triomfboog de cabine overspant. In de vier deuren lopen de donkere ramen en de zwarte bovenkant van de two-tone-deurpanelen zonder zichtbare begrenzing in elkaar over. Dit is de eerste sciencefiction-Benz sinds de C111, de jongensdroom waarvan een kind een poster wil. Hoe lang is dat geleden?
In godsnaam Mercedes, maak geen min of meer gewone auto van het prototype. Ik wil de waanzinnige verlichte vliegtuigstoelen van de concept car. Ik wil de doorlopende lichtband achter, een sterrenwolk met honderden rode Mercedes-sterretjes. En natuurlijk wil ik hem als Mercedes-man alle verwachtingen zien overtreffen. Ik wil dat hij op één lading fluitend 600 kilometer haalt, met mij achter het stuur 650. Dat hij sneller laadt en stiller rijdt dan welke EV ook. Dat een spectaculaire binnenruimte recht doet aan de mogelijkheden van een elektrische platformarchitectuur. Dat de luchtweerstandscoëfficiënt ternauwernood boven de 0.20 uitkomt, wat me niet teveel gevraagd lijkt, want in aerodynamica zijn de Mercedes-ingenieurs al jaren keien. Ik wil, kortom, een wonder. En Mercedes ook. Het heeft geen keus. De EQS zal vanaf volgend jaar iedereen moeten verpletteren. Hij is in het wereldkampioenschap innoveren de finale tussen Californië en Stuttgart. Zo dramatisch spannend wordt het in de zwaarste tijden die de auto-industrie in decennia beleefde.

Bas van Putten
Columnist/Schrijver
Bas van Putten is schrijver en columnist voor diverse kranten en tijdschriften. Zijn wortels liggen in de muziek, maar zijn hart gaat al jaren uit naar auto's.