De autobeurs

Volkswagen Golf II GTI

Kijk, daar wordt een Golfje aangeboden voor bijna 28 mille. Geen nieuwe, geen tweedehands R32 in concoursstaat, geen Prominente Eerste Eigenaar om de bittere pil te vergulden. Een late GTI II, 1991, met 34.000 kilometer op de teller, 107 pk en een schuifdak. Absurd.

De enorme prijsstijgingen in het topsegment van de youngtimermarkt – drie ton voor een BMW Z8 en niet veel minder voor een 993 turbo – werken blijkbaar sterk besmettelijk. De goudkoorts daalt hard af naar prijsklassen waar je niet zo lang geleden voor een habbekrats iets leuks kon kopen. BMW 3-series van de E30-generatie heb ik in luttele jaren van tien naar twintig mille zien schieten, een M3 Cecotto van die lichting gaat over de ton. Het hoeft niet eens hard te gaan – de oude VW-busjes knallen door het plafond, hoe meer ramen hoe beter. De best geconserveerde, ooit met de nek aangekeken 944's en 968's zijn allang geen hobby-Porsches voor de kleine beurs meer. Je gelooft je ogen niet als je ziet wat ze tegenwoordig voor een mooie 928 vragen. Zelfs de 924 zit in de lift. Mijn SL trouwens ook, wat natuurlijk geen vervelend gevoel is.

Maar dit Golfje, vrienden van de handel, hoort op grond van zijn looks en prestaties redelijkerwijs niet meer dan tien te kosten. En ik weet precies wat de handel antwoordt. Luister, Zondagsrijder, de markt bepaalt. Als er één betaalt, springt het volgende schaap misschien voor dertig en meer over de dam. Zaken zijn zaken, groei is groei.

Waar. En mag je het de handel alleen verwijten? Als jij een goeie 993 voor een nog schappelijk bedrag hebt staan en de concurrent vraagt een halve ton meer, dan geloven de dikke beurzen niet dat ze bij jou even goed af zijn. De prijs is het bewijs. Hoe hoger het bedrag, des te begerenswaardiger het object. Je graaft je eigen graf als je niet meedoet. En de markt kan het hebben. Die lijkt onverzadigbaar.

Toch zie ik het schreeuwend fout gaan. Los van de irrationele verzamelwaarde moet de prijs-kwaliteitsverhouding ergens kloppen. Een Golf II van 28 mille, een auto die door elke kleine middenklasser aan flarden wordt gereden, is op nuchtere criteria beoordeeld niets bijzonders. Een nieuwe 911 Turbo S is voor minder geld een duizend keer betere en snellere auto dan een 993 Turbo anno 2016. Ik verwacht dat de markt binnenkort met een gigantische dreun in elkaar klapt. Maar voor de kladderadatsch toeslaat zijn een aantal jongens – die ik het verder van harte gun - wel stinkend rijk geworden.

Lezersreacties (39)

Reageren

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.