Test: Reliant Scimitar Sabre (1995)
Brits MX-5-alternatief
Een van de zeldzaamste cabrio"s op de Nederlandse markt is de jongste versie van de Reliant Scimitar. Met een scherpe prijs gooit Reliant de knuppel in het hoenderhok van met name Mazda. We onderzochten hoe hard de klap voor de MX-5 aankomt.
De naam Reliant zal meeste Nederlanders niet zo bijster veel zeggen. Als ze er al ooit van gehoord hebben, leggen ze meteen een verband met de driewielertjes die Reliant al sinds jaar en dag maakt. Daarnaast bouwt Reliant al sinds 1962 vierwielige sportauto's. Doordat de dure Scimitar steeds moeilijker te verkopen was, bracht Reliant in 1985 de eenvoudiger Scimitar SS1 op de markt. Voor deze compacte roadster zette Michelotti de lijnen op papier. De wat afwijkende stijlidee‰n maakten hem niet tot moeders mooiste. Zijn opvolger, de Scimitar Sabre, slaat wat dat betreft een veel beter figuur.
Alle Reliant-modellen hebben een kunststof carrosserie die wordt ondersteund door een buizenframe. Voordeel van deze methode is dat er relatief simpel optische wijzigingen kunnen worden doorgevoerd als de tijd daar rijp voor is.
Puur Brits
De Sabre is zo Brits als hij maar zijn kan. De Ford- en Nissanmotoren uit de vorige generatie moesten het veld ruimen voor een volledig Brits blok, de K-serie krachtbron van Rover. Deze moderne 1,4-liter zestienklepper staat in langsrichting en de Sabre brengt zijn vermogen klassiek via de achterwielen op de weg. Heel eigenwijs is de opstelling van het reservewiel tussen radiateur en motorblok. Rover haalt 103 pk uit deze vierpitter, maar Reliant brengt het tot 113 stuks. Dat zal vermoedelijk worden veroorzaakt door de sportuitlaat. Door het geringe gewicht van 839 kg komt de Scimitar Sabre vlot uit de startblokken. Binnen tien seconden sprint je van 0 naar 100 km/h, al is de 8,5 die de fabriek belooft wat hoog gegrepen. Over een top van 200 km/h hoef je ook niet te klagen. De Rover-motor produceert een diepe brom, waarvan het timbre verzwaart naarmate je harder op het gas trapt. Snelle rijders moeten hem goed op toeren houden; onder de 3500 omwentelingen is er niet zo veel trekkracht paraat. Je houdt de gang er echt goed in door regelmatig de pook van de prima schakelende bak te verplaatsen. De koppeling vergt vrij veel pedaalkracht. Ook de onbekrachtigde besturing is niet licht in de omgang. Bij parkeren moet er, mede door de brede banden, flink worden gesjord; eenmaal rijdend geeft het stuur goed door wat er bij het contact tussen banden en wegdek gebeurt. De Scimitar Sabre gaat neutraal de bocht door, maar laat zich best aanzetten tot het licht naar buiten zwaaien van zijn kontje. Op slechte wegen met gaten en kuilen gedraagt hij zich als een spoorzoeker, listig alle kuilen tracerend. Ook een gevolg van de voor een zo licht automobieltje flink brede 195-sloffen, die bovendien de besturing nogal zwaar maken.
Zoals het een echte Brit betaamt moeten er natuurlijk wat eigenaardigheden aan deze auto te vinden zijn. Neem bijvoorbeeld de kapconstructie, die nogal afwijkt van het gangbare. De ontgrendelingen in de voorruit-omlijsting zijn lastig bereikbaar en voordat de kap naar beneden kan moet er nog een hele serie drukkers worden losgemaakt. Vervolgens het doek op de kofferklep leggen, het kapmechanisme inklappen en het doek er dubbel bovenop vouwen. Door dit systeem kun je niet rijden zonder de afdekhoes, die met weer de onvermijdelijke drukkers moet worden vastgezet. Al met al een kap die herinneringen oproept aan de traditionele Britse roadster. In dat beeld past ook de niet op alle punten perfecte afwerking: hier en daar is die best voor verbetering vatbaar. Eenmaal open blijkt de Sabre een prima cabrio te zijn, die zijn twee inzittenden niet te veel in de wind zet. Hij is opmerkelijk stijf, hetgeen het comfort en de wegligging ten goede komt. Op de stoelen hebben we weinig aan te merken of het moest die hinderlijk geplaatste buis onderin de rugleuning zijn. Achter het kleine verstelbare sportstuurtje zien we de klokkenwinkel uit de Rover 200, die prima voldoet. Een strook hout op het dashboard herinnert aan het land van herkomst.
De kofferbak van de Sabre is super-regelmatig van vorm en biedt onverwacht plaats aan bijna de complete uitrusting van onze fotograaf.
Concluderend kunnen we stellen dat Reliant de liefhebber van een klassiek getinte roadster een waardig (en goedkoper) alternatief biedt voor de Mazda MX-5 1.8i. Hij is misschien wat minder perfect, maar het autootje ziet er echter heel smakelijk uit en kan ondanks zijn exclusieve karakter gewoon worden onderhouden bij de Rover-dealer om de hoek.
- +Gunstige prijs
- +Goed rijgedrag
- +Eigen karakter
- -Zware besturing
- -Moeilijke kapconstructie
- -Britse eigenaardigheidjes