Praktijkervaring Land Rover Defender: nostalgisch verlangen
'Het lawaai! Die draaicirkel! Totaal geen comfort!'
- Elco van der Meer
- Praktijkervaring
We kunnen het niet helpen, in de donkere dagen voor kerst groeit het nostalgische verlangen. Een vrolijk verlichte boom met slingers en ballen, een dik pak sneeuw, het geluid van Wham, de geur van gourmet en de Land Rover Defender zijn klassiekers die daarbij horen. Die klassieke Defender is een auto waarover al veel is gezegd en geschreven, maar dit keer kijken we naar ervaringen van eigenaren zelf.
De originele Land Rover Defender kleurt deze rubriek wat anders dan je gewend bent, want als er één ding duidelijk wordt, is dat de ene Defender de andere niet is. Sterker nog, in dit artikel kom je zelfs auto’s tegen die deze naam officieel niet dragen. Vóór 1990 gaven de Britten dit model simpelweg een nummer, ‘90’ voor de korte versie, ‘110’ voor de lange en er waren er nog een paar. Daarvóór was het simpelweg ‘Land Rover’, om maar aan te geven dat je hier met een icoon te maken hebt.
Dagelijks gebruiksgemak
Een Land Rover Defender is misschien ooit bedoeld als rationeel vervoermiddel, maar in de moderne tijd is hij dat allang niet meer. Dat weten eigenaren ook, al hebben ze wel ándere argumenten om voor dit model te kiezen. “De Defender wordt door mij gebruikt voor zakelijk en privé”, schrijft de rijder van een Defender 110 TD5 uit 1999. “Ik ken geen andere auto waarmee ik op het ene moment een vakantietrip van enkele duizenden kilometers kan maken naar een of ander onherbergzaam oord en bij terugkomst direct weer aan de slag kan met een offroad-rijtraining.” Het feit dat nieuwere modellen meer comfort bieden doet deze eigenaar maar weinig. “Ook andere typen Land Rover kunnen hier niet aan tippen en geloof me, ik heb ze allemaal gereden en doe dat nog regelmatig.”
Een andere reviewer, met een ‘korte’ TD5 uit 1999, gebruikt de Defender eveneens dagelijks. Toch is dat minder verrassend, want deze auto en zijn baasje resideren in Zuid-Afrika! Dat hij daardoor wat anders tegen ‘praktisch gemak’ aankijkt, wordt al gauw duidelijk. “Onderweg zagen we een vijftonner op zijn kant liggen door een klapband. Een andere vrachtwagen was bezig om hem rechtop te krijgen... maar de Defender 90, beladen met acht man voor de grip, kon het met zijn korte wielbasis en krachtige achteruit (lage gearing) als enige voor elkaar krijgen hem rechtop te zetten!” Dat verzacht ander klein leed: “Een nadeel van de auto is de afwezigheid van bagageruimte, zelfs niet eens een beetje. Voor trips met meer dan vier man is een dakrek dus simpelweg noodzakelijk.”
Dat beaamt de eigenaar van een in alle opzichten vergelijkbare auto. “In het dagelijkse gebruik is mijn Defender redelijk praktisch, al neem ik bepaalde bekende tekortkomingen op de koop toe. De 90 is te klein om met kinderen te reizen, omdat de achterstoeltjes dwars op de rijrichting staan.” Zijn tip: “Rijd je vaak met meer dan twee personen, ga dan voor een 110 of 130.”
Comfort? Who cares ...
Niemand zal meteen ‘Defender’ roepen als er wordt gevraagd naar ultiem comfort. Terecht, als we de rijder van een wel érg nieuwe 110 uit 2005 mogen geloven. “Aan het comfort kan ik weinig woorden kwijt, behalve dat de stoelen van Land Rover altijd heerlijk zitten. Verder, voor de langere ritten, is het natuurlijk een drama, maar ach, who cares.” Desondanks is er een comfortverhogende voorziening aan boord. “Wat wel grappig is, is dat ik toch stoelverwarming had in deze auto, wat toch wel zo lekker is in de winter.” Het kon deze bestuurder er uiteindelijk niet van weerhouden om zijn Defender na 161.000 kilometer in te ruilen op een BMW 523i.
Een andere beschrijving van de rijbeleving luidt als volgt. “Toen ik bij een dealer een testrit deed met een gewone Defender 90 wilde ik al na 500 meter rechtsomkeert maken”, schrijft de latere eigenaar van een Defender 110. “Het lawaai! Die draaicirkel! Totaal geen comfort! It's a car Jim, but not as we know it, dat is wat ik dacht.” Logisch gevolg is dat deze rijder direct na de proefrit tekende voor een eigen Defender. Wat dat opleverde, blijkt ook comfortabel. “Je zit in een soort van parallel Defender-universum, waar die hele opgefokte en dolgedraaide wereld je geen moer meer kan schelen.”
Land Rover Defender met interieur van Heritage Customs.
Hoe het rijdt
Bovenstaande eigenaar klinkt misschien weinig rationeel, maar kan zijn ervaringen wel goed onder woorden brengen. “Na 6.000 km en een trip naar de Ardennen wil ik met geen andere auto meer rijden, zeker nu hij voorzien is van comfortabele Recaro-stoelen. Hij maakt wat lawaai, maar het stoort niet. Vanaf 90 per uur heb je het gevoel op een trilplaat te zitten, maar het stoort niet. En het is mijn eigen schuld: ik rijd met modderbanden, omdat ik die mooi vind.”
Het is duidelijk dat de ratio in dit artikel volledig overboord gaat. De rijder van een Defender 90 uit 2010 bevestigt dat. “Qua rijeigenschappen is de Defender met geen enkele auto te vergelijken. Het hobbelt, maakt veel geluid, is geen snelheidsduivel en heeft het afwerkingsniveau van jaren geleden, maar... wat een geweldige auto!”, jubelt hij. Ook hier wordt de basale rijbeleving uitgelegd als positieve eigenschap. “De auto onthaast, het hoge koppel maakt de motor zeer sterk, hij heeft enorm goede terreineigenschappen, is overzichtelijk en karaktervol.” Stukje consumentenadvies, nu: “Mocht je elke dag 200 à 300 km rijden, dan weet ik niet of dit de ideale auto is. Maar voor mijn werk, maximaal zo’n 100 km per dag, is het een feest om met deze auto te mogen rijden. Elke ochtend als ik instap, heb ik een glimlach op mijn gezicht...”
Bovenstaande ervaringen kwamen vooral tot stand op een geplaveide weg. Zoiets luxueus’ moet je natuurlijk helemaal niet willen, zegt ook de eigenaar van de korte Defender uit 1999. “Intussen heb ik alle denkbare offroadcursussen in binnen- en buitenland gedaan met deze auto en zoek vaak met vrienden de nodige uitdagingen op. Daarbij laat de Defender zich van zijn beste kant zien. Of het nu over paden met rotsblokken omhoog is of in nat en modderig terrein, mijn makker gaat maar door”, meldt hij. Een universeel nadeel is er ook: meerdere eigenaren melden dat de draaicirkel met 14 tot 15 meter gigantisch is.
Is hij echt zo onbetrouwbaar?
Wat opvalt, is dat eigenaren nauwelijks hun best doen om te vechten tegen vooroordelen, als het gaat om bedrijfszekerheid doen ze dat evenmin. “De betrouwbaarheid zal afhangen van wat liefdevol onderhoud. Deze auto stopt echter niet als er wat rammelt, ergo, als er niets meer rammelt, moet je gaan uitkijken”, schrijft de rijder van een niet-Defender V8 uit 1986. De eigenaar van een gerestaureerde V8 uit 1985 is eveneens enthousiast. “De 90 heeft in acht jaar tijd pas één keer een probleem gehad. Bij een uitstapje naar België viel het licht volledig uit. Ik heb die nacht dan ook niet meer verder kunnen rijden. Een dag later, in de garage, bleek er een relais doorgebrand te zijn. Ja, letterlijk doorgebrand, nog nooit eerder gezien.”
Ook de bestuurder van een Defender 110 uit 1998, een auto met al ruim 300.000 kilometer ervaring, mag niet klagen. “Technisch is de auto top, ondanks de kilometerstand. Er zweet soms een beetje olie uit de versnellingsbak, verder is het altijd starten-lopen.” Ook een andere rijder legde flink wat kilometers probleemloos af, al voelt dat wel als een overwinning. “Misschien ben ik de eerste die kan zeggen dat ik na 160.000 kilometer geen enkel probleem met deze auto heb gehad. Eén keer is de brandstofleiding eraf geschoten omdat een klem was losgeschoten, verder helemaal niets. Dat vind ik toch een prestatie.”
Met al dat relativeren zou je bijna vergeten dat er écht wel eens iets stukgaat en ook roest is de Defender niet vreemd. “Landrover-eczeem, aluminium op staal”, noemt de eigenaar van een Defender 110 uit 1996 dat. “Verder wat kleine dingetjes zoals twee keer een lichtschakelaar (Lucas = ‘Prince of Darkness’). Na modificatie geen probleem meer.” Een Defender 90-rijder: “Ach, het blijft Engels. Hij lekt water langs de deuren en één keer viel spontaan de brandstofmeter uit.”
Na het lezen van de reviews begrijp je toch waarom sommigen zweren bij de oude Defender? Ook als je hem zelf niet ambieert, druipt de romantiek eraf. Voor wie dit gevoel zelf zou willen ervaren, heeft de eigenaar van een 1999’er Defender 110 een tip. “Ik word regelmatig aangesproken door mensen die zeggen eigenlijk ook wel zo'n auto te willen rijden, maar die daar om allerlei redenen (en dan bedoel ik geen financiële…) toch maar niet voor hebben gekozen. Een advies: als je dit leuk vindt, follow your dreams en ga ermee rijden! Je zult er nooit spijt van hebben.”
Had je deze auto's al gezien?
Lezersreacties (21) (gesloten)
De discussie is gesloten.
Reageren is niet meer mogelijk.