Occasiondubbeltest Volkswagen Golf vs. Ford Focus - Klassieke tweestrijd

Voor deze vergelijkende test tussen een Ford Focus en een Volkswagen Golf hebben we twee auto's geleend die als occasion te koop stonden. We haalden volgende uitvoeringen bij elkaar:

Volkswagen Golf 1.0 TSI Trendline – 2019 - €17.900, 97.700 km

Ford Focus 1.0 EcoBoost Trend Edition Business - 2020 - €15.900, 66.000 km

Opel Astra moeten we ook noemen

Hebben we het over de klassieke tweestrijd dit segment, dan mogen we de Opel Astra uiteraard ook niet onvermeld laten. Net als zijn voorganger Kadett jaar op jaar de nummer één van de lage landen. Maar door de decennia heen kwam het automobiele landschap er compleet anders uit te zien. Kijken we naar 2023, dan valt op dat de Nederlandse importeur van Volkswagen net iets meer dan 3.000 Golfs aan de man bracht, in het topjaar 1999 waren dat er tien keer zo veel! De Focus deed het marginaal beter, maar bleef ook meer dan twintigduizend stuks achter op 2000, het beste jaar ooit voor het model.

Er blijven weinig Fords over

Nog iets opmerkelijks in 2023: Ford verkocht met al zijn modellen bij elkaar minder dan Tesla met alleen de Model Y. Na de Fiesta, Mondeo en Ka wordt vanaf 2025 ook de Focus uit het leveringsprogramma gehaald. Er blijft niet veel over zo, voor Jan Modaal is er eigenlijk alleen nog maar de Puma. Dat het met de verkoop niet meer zo hard gaat, heeft vast ook met de prijzen te maken. Een nieuwe Golf kost je €37.000, dat is twaalf mille meer dan de testauto in dit vergelijk destijds. Voor €27.000 stap je nu in een nieuwe Polo, die trouwens net zo groot is als een Golf III. Een nieuwe Focus is een stuk voordeliger, die is er als Titanium voor €32.000 en het prijsverschil met wat de testauto in 2020 moest opbrengen is minder groot dan bij VW. Beide occasions zijn instappers, bij de Golf is dat een Trendline, bij Ford heet dat Trend Edition, in dit geval uitgebreid met het Business-pakket.

Al bijna twintig jaar TSI's in de Golf

De Golf viert dit jaar zijn vijftigste verjaardag en is zo ongeveer tot merk bevorderd. Het segment waarin hij opereert wordt vaak als de Golf-klasse aangeduid, dat zegt genoeg. Hij is zo ongeveer elk jaar de meest gezochte en meest verkochte occasion, op de voet gevolgd door de Polo. Door de haters bestempeld als saai, maar wel heel consequent in naam en vormgeving. Wat interieurkwaliteit betreft is zo’n Golf al sinds de vierde generatie de maatstaf. Het motorische downsizen begon bijna twintig jaar geleden met de eerste TSI, een 1.4 en met de viercilinder 1.2 TSI sinds 2010 op grotere schaal. Die maakte in 2015 plaats voor de driecilinder 1.0 TSI, een motor die nog steeds in productie is.

Golf 7 na facelift, dus een 7,5

We rijden met een Golf van de zevende generatie, die in 2017 een opfrisbeurtje kreeg, een soort Golf 7.5 dus. Op en top Golf om te zien, niet spannend, wel tijdloos. Helemaal crisis is het niet, zo blijkt na het instappen. De eerste eigenaar koos voor een paar extra’s. De 1,0-liter TSI leerden we door de jaren heen kennen als een uiterst stille en vibratie-arme krachbron en dat is ook nu weer het geval. Stationair draaiend niet te horen of te voelen en bij belasting klinkt er in de verte de karakteristieke driecilinderroffel. Rijd je 100 of 130 km/h, dan blijft het opvallend stil. Schakelen gaat kinderlijk eenvoudig, de besturing voelt vertrouwd maar maakt je niet enthousiast. In tegenstelling tot de sterker gemotoriseerde versies, heeft deze Golf semi-onafhankelijke achterwielophanging, geen multilink dus. Dat maakt hem wat minder gretig in bochten, maar daar heeft de gemiddelde berijder helemaal geen erg in. Het is in alle opzichten een allemansvriend, dat verklaart de populariteit.

Vierde Focus en dat is de allerlaatste

Mag de Golf dan op bepaald gebied de bakens hebben verzet, Ford wist met de eerste Focus (1998) ook meteen de piketpaaltjes te slaan. Dan hebben we het over de rijeigenschappen, die vooral bij de eerste generatie voor die tijd best sensationeel waren. Door de jaren en generaties heen werd hij wat milder en maakte de concurrentie flinke stappen, dus tegenwoordig is het verschil met de rest op dat vlak minder groot. We rijden met de vierde en voor ons meteen laatste generatie, die in 2022 een facelift onderging. Hij is 12 cm langer dan de Golf en bij de Wagon komt daar nog eens dertig cm bij. Die komt dan zowaar in de buurt van een Mercedes C-klasse Estate. Totaal anders vormgegeven dan de Golf, iets frivoler misschien.

Focus zit beter dan Golf

Dat komt ook terug in het interieur. De vormgeving van de Focus is moderner, al zijn de gebruikte materialen niet overal even fraai, zoals het harde, glimmende plastic net boven de knoppen van de klimaatregeling. Maar de Ford heeft wel veel mooiere zetels dan de Golf en een uitstekende zitpositie. Ook hier een 999 cc meteen driepitter, met 125 pk (bijna net zo veel als de eerste Focus met 2.0 16V). En in principe 170 Nm koppel, met een overboost naar 200 Nm. Die 30 Nm extra is circa 15 seconden beschikbaar tussen 1.500 en 4.500 toeren bij een bepaalde gaspedaalstand. Hij klinkt een beetje rauwer in de omgang dan de TSI, maar presteert goed en laat op constante snelheid een tevreden brommetje horen. Toch lijkt hij bij lage toerentallen minder goed bij de les en zien we niet heel grote verschillen in de acceleratietijden. De zesbak schakelt stevig en trefzeker. De Ford betrekt je veel meer bij het rijden en een kleine beweging van het stuur resulteert in een spontane koerswijziging. De Focus kleeft beter aan het asfalt dan de Golf en pakt bochten met meer gretigheid, zonder dat dat ten koste gaat van het comfort. Zonder meer de leukere auto om mee te rijden.

Focus ondanks extra lengte niet meer beenruimte

Als het gaat om het ruimteaanbod, dan zien we minimale verschillen. Ford en Volkswagen hebben hun uiterste best gedaan om de inzittenden te behagen en een fatsoenlijke kofferbak over te houden. Toch heeft de Focus, ondanks zijn langere wielbasis, niet meer beenruimte op de achterbank dan de Golf. Die laatste mag daarnaast ook nog eens 200 kg meer trekken. De tijd dat een instapper was gespeend van elke vorm van luxe (voor zover je centrale deurvergrendeling, elektrisch bedienbare ramen en airco daartoe rekent) en gemakkelijk was te herkennen aan zwarte deurgrepen is gelukkig voorbij.

Focus heeft betere uitrusting

De Focus heeft in dit geval een rijkere uitrusting, met onder meer parkeersensoren voor en achter, navigatie, rijstrookassistentie en led-koplampen. De klimaatregeling gaat niet automatisch, daar valt mee te leven. De Golf heeft die voorziening wel, maar dat is destijds een optie geweest, vermoeden wij. Zo zien we nog een paar extra’s die niet standaard waren op de Trendline, zoals de lichtmetalen wielen en het multifunctionele stuur. Daar komt bij dat deze Golf niet oorspronkelijk in Nederland is geleverd en zodoende met zijn uitrusting kan afwijken. De Focus biedt ontegenzeggelijk meer waar voor zijn geld: hij is jonger, completer, heeft minder kilometers op de klok en is bij dat alles maar liefst tweeduizend euro voordeliger.

De waardes zijn niet heel indrukwekkend maar met de voorgangers van deze downsizemotoren, atmosferische 1.6-en kwam je moeilijker aan zulke cijfers. Om een goed idee te krijgen van het praktijkverbruik moet je ook deze analyses lezen van gebruikers die de consumptie bijhouden in de Verbruiksmonitor. Want dit ervaren Focus-rijders in de praktijk aan de pomp. En lees vooral ook wat eigenaren verder van hun Focus van deze generatie vinden. Voor de Golf 7 zochten we ook al eens uit wat mensen aan de pomp meten.

Wat mensen van hun Golf 7 vinden lees je in de gebruikersreviews en in het occasion aankoopadvies lees je handige tips al je op Golf-jacht gaat.