Nieuwkomer Toyota tegen oudgediende Simca: wie bouwde beste middenklasser begin jaren 70?
Klassiekerdubbeltest Simca 1301 (1975) – Toyota Carina (1972)
- Robert van Overbeeke
- FOTO'S Raymond de Haan
- Vergelijkende test
Op de grens van de jaren 60 en 70 komt de gevestigde middenklasse serieus onder vuur te liggen van de Japanners. Toyota heeft eerder al de grote Crown, de middenklasser Corona en de compacte Corolla op onze markt gebracht. Datsun moet het vooral van de Sunny hebben. De auto’s vinden niet meteen weerklank. Een modelgeneratie later doet Japan het al veel beter. We vertalen dat offensief hier in een Toyota Carina die het opneemt tegen een Simca 1301.
Tegen de eerste golf Japanse auto’s die medio jaren 60 ons land binnenkomt, kijken we onwennig aan. Merken als Toyota, Datsun, Mazda, PMC en Hino hebben in onze ogen een wat merkwaardige styling. Daarbij moet je nog maar afwachten hoe betrouwbaar die Japanse nieuwlichters zijn. En hoeveel status kun je eraan ontlenen? De meeste Nederlanders houden het liever bij de vertrouwde Europese merken.Â
Op de drempel van de jaren 70 staat de volgende generatie Japanse auto’s op de kade. We zijn dan al wat gewend geraakt aan de oosterse lijnen en weten dat de betrouwbaarheid niet onderdoet voor die van westerse auto's. De Japanners passen niet het laatste van het laatste toe, maar wel bewezen, eenvoudige en goedkope techniek. Voor veel kopers is dat goed genoeg. Daarbij zitten de oosterse auto’s iets beter in hun spullen dan de westerse, zodat zij voor een groeiende minderheid een aantrekkelijk aanbod vormen. Bovendien worden ze onder het motto ‘kai-zen’ (constante verbetering) steeds beter.
Eerst het compacte segment
In het compacte segment slaan de Datsun Cherry en de tweede generatie Toyota Corolla enorm aan, en in hun kielzog beginnen de middenklasse-modellen aftrek te vinden. De Toyota Carina valt in de smaak, maar ook de Mazda 616 en Datsun 1400/1600 kom je steeds vaker tegen. De gevestigde orde voelt de hete adem van de Japanse concurrentie in de nek. Modellen als de Peugeot 204, Renault 10, Simca 1301/1501, Alfa Romeo Giulia, Fiat 124/125, Audi 60, BMW 1602, Ford Taunus 12M/15M, Opel Rekord 1500, Triumph Toledo en Volkswagen 1500/1600 zijn niet allemaal met hun tijd meegegaan. Met de komst van de Opel Ascona, Ford Taunus (Knudsen), Alfa Romeo Alfetta, Lancia Beta, Morris Marina, Renault 12, Audi 80 en Volkswagen Passat wordt een verdedigingslinie opgeworpen. Maar de strakke lijnen van die modellen vallen niet bij iedereen in de smaak. De Amerikaans geïnspireerde stijl van de Japanners biedt een alternatief. Zo krijgt het Japanse smaldeel geleidelijk vaste voet aan de Europese grond.
Toyota Carina staat voor Japanse middenklasse
We brengen dat inburgeringsproces hier in beeld met de Toyota Carina, die model staat voor de Japanse middenklasse, en de Simca 1301, die de gevestigde westerse orde vertegenwoordigt en het moeilijk heeft met de nieuwkomers. En waar kunnen we dat beter fotograferen dan in Twente, waar in diezelfde tijd de textielindustrie, met Ten Cate als bekendste representant, wegkwijnt door de opkomende concurrentie van Aziatische lagelonenlanden? De parallel zal duidelijk zijn.
Simca 1301/1501 succesvolle middenklasser
De Simca 1301/1501 is begin jaren 70 een succesvolle middenklasser uit de jaren 60, die bij gebrek aan een tijdige opvolger nog steeds geproduceerd wordt. Hij is uitsluitend met vier portieren verkrijgbaar. Was de vijfpersoonssedan vóór de facelift, toen hij als 1300/1500-serie door het leven ging, vrij plomp gelijnd met trekjes van de Alfa Romeo Giulia, na de facelift is het een strak, slank en elegant model met een eigen gezicht. In de potentere Special-uitvoering heeft hij verstralers in de grille, die er een sportief tintje aan geven. Ook van het interieur is werk gemaakt. Het dashboard is bijvoorbeeld met houtfineer bekleed, en in de Special-versies voorzien van maar liefst vier klokken op een rij.Â
De Simca in deze dubbeltest is een 1301 Special. Door de positie van de knipperlichten lijkt het front te glimlachen, maar de fronsende welving in de motorkap geeft aan dat zijn vriendelijkheid grenzen kent. Het testexemplaar is niet helemaal strak, en vertoont hier en daar kleurverschil doordat er ooit wat roest is weggeslepen. Het cognackleurige interieur ziet er nog keurig uit, op een scheurtje in de zitting van de bestuurdersstoel na.Â
Toyota Carina geïnspireerd door sportieve Amerikaanse fastback-coupés
Van een totaal ander kaliber is de Toyota Carina. Zijn uiterlijk is geïnspireerd door sportieve Amerikaanse fastback-coupés. Karakteristiek is de neus met ver uiteenstaande dubbele koplampen, waarvan de buitenste zijn voorzien van een verchroomde ring. Ook de achterlichten vallen op, met hun rechtopstaande vorm. De Carina is in Nederland aanvankelijk alleen met twee portieren leverbaar, maar bedoeld als vier- tot vijfpersoons gezinsauto. De schuine achterkant kan niet open, de bagageklep begint onder de achterruit.Â
De testkandidaat is van de eerste serie, met de ‘oranje-boven’-achterlichten. Bij de volgende series zit het oranje deel onderaan. Het interieur straalt dezelfde sportieve sfeer uit als het exterieur, met zwart skai als bekledingsstof, voorstoelen met aangebouwde hoofdsteunen, en een matzwart dashboard met vrij diep liggende klokken. De Toyota is vers gerestaureerd, dus strak en smetteloos. Hij is meteen omgebouwd tot GT-versie, herkenbaar aan de striping. De mistlampen voorop zijn typische jaren 70-accessoires.Â
Lekker veel licht rondom in Simca
Het eerste wat in de Simca opvalt, is het uitstekende zicht rondom. Overal om je heen zit glas en de raamstijlen zijn dun. Volgens Frans gebruik zit het contactslot links van de stuurkolom. De twee middelste klokken zijn de snelheidsmeter en een combi-instrument voor brandstofvoorraad en koelwatertemperatuur. Vreemd genoeg zit de toerenteller uiterst links. Uiterst rechts wordt de tijd aangegeven. In het cognackleurige interieur hangt een heerlijke geur van skai en ouderwetse smeermiddelen. Het dikke tapijt, de quasi-gecapitonneerde bekleding en het houtfineer stralen luxe uit.Â
De 1301 start vlot en het gaspedaal reageert bij de geringste aanraking. Ook de koppeling gaat licht, en de rechtopstaande versnellingspook gaat soepel en met een prettige dosis speling door de vier gangen heen. Alleen de eerste versnelling moet je nadrukkelijk tot het einde doorduwen, en daarvoor moet je – weinig ergonomisch – voorover buigen. De 1,3-litermotor is levendig, maar niet rumoerig. De onbekrachtigde stuurinstallatie vergt bij lagere snelheden wat meer kracht dan tegenwoordig. De Simca stuurt precies, maar wissel je bijvoorbeeld op de snelweg van koers, dan voel je soms wat speling en moet je even corrigeren. De knipperlichthendel gaat opvallend licht, keert automatisch terug naar de middenstand, maar heeft geen ‘tipstand’. Om in te halen moet je hem dus met de hand terugzetten in de middenstand, maar je voelt nauwelijks waar die zit. De stoelen zitten prima, maar geven weinig zijdelingse steun. Normaal gesproken mis je die steun niet, want de Simca helt niet extreem over in bochten. Op de snelweg gedraagt het comfortabele onderstel zich rustig. Bij 120 km/h maakt de motor 4.000 toeren, zonder overdreven lawaai. De fut is er dan nog niet uit; inhalen gaat bijvoorbeeld vlot genoeg. Al met al is de Simca een fijne auto die goed met het verkeer meekomt en geschikt is voor alledaags gebruik.Â
Toyota Carina staat op onderstel Celica
Dan de uitdager. Die staat op het onderstel van de Celica die we al eens getest hebben, en ook de motor en versnellingsbak komen overeen. De Carina voelt dan ook vrijwel identiek aan en gedraagt zich nagenoeg hetzelfde. Dat betekent: een licht koppelings- en rempedaal, een prima reminstallatie, een metalig-droog schakelende versnellingsbak, een lekker directe, onbekrachtigde stuurinstallatie, maar ook een nogal zwaar werkend gaspedaal met een grote vrije slag – een combinatie die vlot wegrijden belemmert – en enig horten bij hogere toerentallen. Enkele verschillen: de remmen reageren nog beter, en het gaspedaal gaat minder zwaar, waarschijnlijk dankzij de recente restauratie.
De motor klinkt stoerder vanwege de open luchtfilters die de eigenaar heeft gemonteerd – eigenlijk het geluid dat je bij de Celica zou verwachten. Belangrijker: de motor klinkt nu wel alsof hij er zin in heeft én overstemt de transmissiejank. Dat hij meer vermogen, koppel en cilinderinhoud heeft dan de Simca, merk je niet meteen. De Carina is prima geschikt voor alledag. Hij doet keurig wat hij moet doen, maar meer ook niet. We missen wat beleving. Voor je neus zitten de snelheidsmeter en toerenteller, rechts bevindt zich een combi-instrument voor brandstofvoorraad en koelwatertemperatuur, links een luchtrooster. De zwarte kunststof en het tweespaaks stuurwiel komen wat goedkoop over, maar het hoogpolige tapijt kan met de Franse moquette wedijveren. En met zijn hoofdsteunen op de voorstoelen troeft de Japanner zijn Europese concurrent af.Â
Vormt de verse Japanner een bedreiging voor de rijpe Fransman? Wordt het kai-zen of toch cognac? De Toyota is zeker een serieus alternatief, en op papier ongeveer gelijkwaardig. Maar als je erin rijdt, haalt hij niet het niveau van rijplezier, comfort en luxe-uitstraling dat de Simca biedt. Hij mist diens joie de vivre. Daarom geven we de voorkeur aan de Simca.
Â
Simca 1301 Special (1975) | Toyota Carina (1972) | |
Motor | 4-cil. in lijn | 4-cil. in lijn |
Cilinderinhoud | 1.290 cc | 1.588 cc |
Max. vermogen | 49 kW (67 pk) | 55 kW (75 pk)Â |
bij | 5.400 tpm | 6.000 tpm |
Max. koppel | 99 Nm | 137 Nm |
bij | 4.000 tpm | 3.800 tpm |
Afmetingen l/b/h | 446/158/140 cm | 414/157/139 cm |
Gewicht | 1.010 kg | 920 kg |
Topsnelheid | 148 km/h | 165 km/h |
0-100 km/h | 15,0 s | 14,2 s |
Vanafprijs (1974) | € 4428 | € 4438 |
*Alle gegevens zijn fabrieks- of importeursgegevens
Simca 1301ÂSimca was een Frans merk dat bestond van 1934 tot 1980. De naam staat voor Société Industrielle de Méchanique et Carrosserie Automobile. Aanvankelijk bouwt het merk Fiat-modellen in licentie, maar na de Tweede Wereldoorlog voert Simca eigen modellen. De Simca 1301 is een gefacelifte versie van de 1300, die in 1963 op de markt is gekomen, en wordt van 1966 tot 1975 gebouwd. Er is ook een sterkere motorisering verkrijgbaar, de 1501 (oorspronkelijk 1500). De stationcar-variant, de Tourist, heeft een achterklep waarvan je de achterruit omlaag kunt draaien en een uitneembare bagagevloer met uitklappoten, die je als picknicktafel kunt gebruiken. De 1301 is voorzien van de in 1961 ontwikkelde ‘Rush-motor’ uit de Aronde P60, een zeer betrouwbare krachtbron. In 1969 verschijnt er een sportievere versie van de 1501, de Special, herkenbaar aan de verstralers in de grille. Van de 1301 komt een jaar later ook zo’n versie. Vanaf eind 1969 is er bovendien een automatische transmissie leverbaar. In 1975 wordt de 1301 opgevolgd door de 1307/1308. De 1501 is in Frankrijk al eerder uit productie genomen, omdat hij te dicht bij de nieuwe Chrysler 160/180 zit. |
Â
Toyota CarinaDe Carina (TA12) verschijnt in december 1970 en komt in Europa in oktober 1971 op de markt. Het middenklassemodel vult het gat tussen de Corolla en de Corona en staat op dezelfde bodemplaat als de Celica. De naam is ontleend aan een sterrenstelsel. Als voornaamste verkoopargument geldt zijn complete standaarduitrusting. Daarmee worden zaken bedoeld als voorstoelen met verstelbare rugleuning en hoofdsteun, radio, klok, achteruitrijlichten en rembekrachtiging. Het model is leverbaar met motoren van 1,4 en 1,6 liter, maar in Nederland wordt alleen de laatste aangeboden. In 1972 volgt een facelift, met als belangrijkste kenmerken: andere achterlichten (oranje deel onder, rode deel boven), een ander dashboard en verhuizing van de tankdop naar de C-stijl. Twee jaar later wordt het model nogmaals opgefrist en krijgt het een gesloten koelsysteem, een verbeterd remsysteem en een herzien interieur. Voor modeljaar 1976 worden de voor- en achterpartij herzien en krijgt de Carina een remsysteem met dubbele circuits. Deze versie wordt aangeduid als TA14. In 1977 volgt de tweede generatie, de TA40. De Carina-modelserie wordt in 1998 opgevolgd door de Avensis. |
Deze test heeft eerder in AutoWeek Classics gestaan.