Infiniti G37 S Coupe

Goudzoekers

Infiniti G37 Coupé
Infiniti G37 CoupéInfiniti G37 CoupéInfiniti G37 CoupéInfiniti G37 CoupéInfiniti G37 CoupéInfiniti G37Infiniti EX37Infiniti FX
AutoWeek 44 2008
AutoWeek 44 2008

Je leest het in AutoWeek 44 2008

Je moet maar durven: in tijden van economische tegenslag een nieuw luxemerk in de Europese markt zetten. Infiniti, het paradepaardje van Nissan, is voornemens te gaan zagen aan de eikenhouten poten van de gevestigde Duitse orde. Dat is eerder geprobeerd, zonder noemenswaardig succes...

Waar ze bij Lexus en Acura not amused zijn wanneer je Toyota en Honda ter sprake brengt, staan ze bij Infiniti niet te juichen wanneer het woord Nissan valt. Toch kun je onmogelijk om het N-woord heen als je moet uitleggen wat Infiniti is. Eigenlijk is het heel simpel: Infiniti is het luxemerk van Nissan, net zoals Lexus dat van Toyota en Acura dat van Honda is. Herinnert u zich Xedos nog? Dat was Mazda's mislukte poging om zijn modellen op te tuigen tot 'premium'. Toch is het uit de grond stampen van een zogenaamde 'luxedivisie' wel degelijk lonend. Kijk maar naar Amerika, waar Infiniti sinds 1989 actief en, net als Acura en Lexus, succesvol is. Het modellengamma van Infiniti lijkt op het eerste (en ook tweede) gezicht een onsamenhangend allegaartje van letters en cijfers maar de wetenschap dat het getal verwijst naar de motorinhoud maakt het al iets overzichtelijker. Nu nog even de letters uit elkaar houden. Gelukkig bestormt Infiniti de Europese markt in eerste instantie met slechts vier modellen, waarbij we de G37 Coupe nader onder de loep nemen. De andere modellen hebben we een plaatsje gegeven in kaders op de rechterpagina. Maar eerst nog even over het merk Infiniti. Hoewel de techniek onvervalst Nissan/Renault is, zwijgt Infiniti de moedermaatschappij het liefste dood, ten faveure van een exclusief, sportief, luxueus en hoogwaardig – 'premium', zo u wilt – imago. Kosten noch moeite worden gespaard om het autojournaille tijdens het evenement in Zuid Frankrijk het 'Infiniti-gevoel' te bezorgen. Om een plek in de automobile Europese elite te verwerven, is echter meer nodig voor een merk zonder historie en imago. Kijk maar hoe lang het heeft geduurd voordat Lexus serieus werd genomen en nog altijd gaat de voorkeur vaak uit naar degelijk, luxueus of sportief Duits. De missie van Infiniti is vergelijkbaar met die van Lexus begin jaren '90. Voor het gemak plaatst Infiniti zichzelf maar meteen in dezelfde categorie als BMW, Mercedes en Audi. Hoogmoed? Dat gaan we uitzoeken aan boord van de G37 Coupe, de sportiefste van Infiniti's premium performance cars.

Onderhuids

Er is niet veel fantasie voor nodig om de G37 Coupe aan te zien voor een gemodificeerde Nissan 350Z. En dat is het dan ook. Onderhuids, welteverstaan. De G Coupe, zoals-ie kortweg wordt genoemd, heeft echter een 20 centimeter langere wielbasis en dat is goed nieuws voor de derde en vierde passagier, die in tegenstelling tot de 350Z wél meekunnen. Zij hebben twee heuse zetels (met opmerkelijk lange zittingen) ter beschikking. Stelt u zich er desondanks niet te veel van voor; kinderen zullen het er wel even uithouden maar als volwassene zit je toch behoorlijk opgevouwen. Maar goed, het kán wel. Net als om het uiterlijk hangt ook om het interieur het sfeertje van de 350Z, al heeft Infiniti er wel degelijk een eigen draai aan gegeven. Zo zijn middenconsole (met ovaal analoog klokje) en klokkencluster compleet anders en staat het materiaalgebruik en de afwerking op een hoger niveau. In vergelijking met de Amerikaanse modellen heeft Infiniti de auto's op honderden punten aangepast om aan de hoge eisen van de Europese 'premium-koper' te voldoen. Diezelfde kopers zouden ook geen genoegen nemen met de overzeese (lees: comfortabele en gevoelloze) rijeigenschappen en dus werden de auto's ook onderhuids aangepakt voor een strakkere afstemming. In het geval van de achterwielaangedreven G37 Coupe (in het geval van de S met limited slip differentieel) is dat zeker gelukt. Wie wel eens met een 350Z heeft gestuurd, zal de Infiniti ervaren als een mildere variant daarvan. De langere wielbasis en het hogere gewicht maken de G37 minder speels, wat een lekker partijtje sturen overigens niet in de weg staat; dat lukt namelijk uitstekend. De S-versie die wij rijden heeft 4WAS, wat staat voor 4 Wheel Active Steering. In de bocht sturen de achterwielen lichtjes mee, wat met name bij hogere snelheden zorgt voor een stabieler weggedrag. Let wel, dit is marginaal want de uitslag van de achterwielen is maximaal 1 procent. Misschien is het zelfs wel psychologisch; we hebben de versie zonder 4WAS helaas niet kunnen rijden om te vergelijken. Hoe dan ook, de G37 ligt prima op het asfalt en dankzij de 320 pk en 360 Nm van de 3,7-liter V6 (een evolutie van het welbekende 3,5-liter blok uit onder andere de 350Z) kom je prima vooruit. Wat heet, 0-100 in 5,8 seconden en een top van nét geen 250 km/h is gewoon hartstikke rap. Het zal ongetwijfeld een bewuste keuze zijn, maar de G37 biedt niet het akoestische spektakel van de 350Z, die zo'n heerlijk hol uitlaatgeluid en dikke motorbrom heeft. Die ingetogenheid past echter wel bij het chiquere voorkomen van de Infiniti. De handgeschakelde 6-bak maakt korte stevige slagen, een 7-trapsautomaat (met schakelflippers aan de stuurkolom) is ook leverbaar.

Ongrijpbaar

De grote vraag is wat Infiniti te zoeken heeft op Europese bodem. De modellen hebben onmiskenbaar een (grote) eigen smoel en dat is belangrijk. Maar goed, dat hebben Cadillacs ook en die zijn aan de straatstenen niet te slijten, grote imago-opkrikkende campagnes ten spijt. Imago bouw je op in meerdere decennia, het is iets ongrijpbaars en je kunt het niet even van de ene op de andere dag creëren. Logisch dat Infiniti het probeert – hoe moet je een nieuw merk anders marketen – maar of het publiek ervoor valt, valt te betwijfelen. Lexus, toch al een tijdje aanwezig op Europese bodem, mag dan uitstekende auto's bouwen, wie het geld er voor heeft, koopt toch liever iets van Duitse makelij. Infiniti zet in op méér vermogen en uitrusting voor dezelfde prijs als een BMW of Audi en daar zullen heus klanten voor te vinden zijn. Je rijdt tenslotte wél iets exclusiefs. De G37 Coupe zal, hoe goed de auto ook is, een rol in de marge spelen, de sedan is naar ons idee te anoniem voor serieuze aantallen. Blijven over de SUV's EX37 en FX37 en FX50. De FX, waarvan voorganger FX45 al enige populariteit via de grijze import genoot, is leuk maar allesbehalve politiek correct, om over het verbruik nog maar te zwijgen (er wordt gewerkt aan een hybrideversie). Misschien dat daarom de compactere EX37 nog de meeste kans van slagen heeft. We gaan het meemaken. De komst van een leuk nieuw merk juichen we van harte toe maar de ervaring leert dat het niet gemakkelijk gaat worden. Het ambitieuze Infiniti wil in 2013 25.000 auto's hebben rondrijden in Europa. De komst van dieselmotoren voor de EX en FX (3.0 V6) in 2010, een cabriovariant van de GX (herfst 2009) en de grote M35 en M45 (2010) zullen daar hun steentje aan bijdragen.

Video