Hyundai i30 - Kia Ceed - Renault Mégane

Tijd voor de spotlight

AutoWeek 38 2018
AutoWeek 38 2018
AutoWeek 38 2018

Je leest het in AutoWeek 38 2018

Kia heeft inmiddels bewezen dat het auto's kan maken die leidend zijn in hun segment, kijk maar naar de Picanto. Ambitieus als het merk is, wil het nu ook erkenning in het hart van de Europese automarkt. En de nieuwe Ceed moet dat gaan doen. Weg uit de schaduw van de gevestigde orde en net zo belangrijk: moederbedrijf Hyundai.

Volgens de geruchten ontstond de naam Cee'd ooit uit een samenvoeging van Community of European Economies en European Design, om maar aan te geven dat de auto z'n pijlen toch vooral op ons continent richt. Samengevoegd zou het CEEED zijn geworden, maar één 'e' werd vervangen door een apos- trof. Of het verhaal klopt? We weten het niet, maar feit is dat de naam van de Koreaanse compacte middenklasser sinds z'n bestaan uitleg behoefde, niet in de laatste plaats door die apostrof. De hoge komma verdwijnt bij de derde generatie, maar de wijzigingen gaan natuurlijk veel verder dan alleen het verwijderen van het gewraakte leesteken.

Nu het merk ruimschoots heeft bewezen auto's te kunnen bouwen die veel 'value voor money' bieden, vindt het namelijk dat het tijd is om niet meer 'goed voor een Kia' te zijn, maar simpelweg 'goed'. Beter dan de i30 van concerngenoot Hyundai én beter dan de Europese concurrentie die zich in dit geval ziet vertegenwoordigd door de Renault Mégane met z'n nieuwe 1,3-liter turbomotor. De hiervoor vereiste (technische) kennis heeft Kia botweg bij diezelfde Europese merken weggekocht. Peter Schreyer heeft het merk een gezicht gegeven, engineers als de van BMW overgekomen Albert Biermann geven het nu inhoud.

Dat gebeurt met de Ceed tamelijk overtuigend. Zeker in direct gezelschap van de technisch sterk gelijkende i30 valt op hoe groot het verschil in relatief korte tijd kan worden. Alsof men alle schroefjes nog even heeft aangedraaid, met een veel directere verbinding tussen auto en bestuurder als gevolg. Wielbewegingen worden snel en doeltreffend, maar beheerst opgevangen en gedempt. De besturing biedt geen echt gevoel, maar wel voldoende precisie en tegendruk. En zowel grip als tractie staan op meer dan respectabel niveau. Omdat alles met zoveel vanzelfsprekendheid gebeurt, gaat het allemaal niet ten koste van het comfort. De bestuurder voelt wel wat er onder de auto gebeurt, maar wordt niet gestoord. In letterlijke noch figuurlijke zin. Echte frivoliteit ontbreekt, het rijplezier van een Ford Focus ervaar je bijvoorbeeld niet, maar nog nooit eerder reed een Kia zo uitgewogen als dit model.

Verder lezen?

Dit artikel is gratis te downloaden in PDF-formaat. Hiervoor maak je eenmalig een AutoWeek account aan, waarna je onbeperkt uit het AutoWeek archief kunt downloaden.

Inloggen of Registreren

Praat verder op het forum