Ford Focus TDCi
De diesel voorbij
- Arno Böckling
- Eerste rijtest
In landen als Frankrijk, Italië en Spanje is de dieselmotor al sinds jaar en dag populair. En bij ons neemt de belangstelling voor de zelfontbrander nog steeds toe. Ook al heeft de Nederlandse overheid een extra belasting op diesels ingevoerd om het gebruik van auto's met dit type motor te ontmoedigen. Intussen hebben de ontwikkelingen - en helemaal op het gebied van de dieseltechniek - bepaald niet stilgestaan. In de loop van de jaren werd de diesel steeds beschaafder en vlotter. De turbocompressor gaf hem meer pit; betere geluidsisolatie maakte hem stiller; directe brandstofinspuiting zorgde voor nog meer kracht; common rail techniek deed daar nog een schepje bovenop en ook de motorelectronica droeg een aardig steentje bij aan het verbeteren van de eigenschappen van de krachtbron genoemd naar z'n uitvinder Rudolf Diesel. Resultaat; je hebt de laatste jaren diesels waarmee je in bergachtig gebied beter uit de voeten kunt dan met wagens met benzinemotor en er zijn zelfs diesels waarmee de sportieve automobilist aan z'n trekken kan komen. En nu komt Ford met een dieselkrachtbron die verdacht sterk aan een benzinemotor doet denken.
Tweede generatie
Maar we moeten ons niet vergissen; de nieuwe 'Duratorq TDCi' - zo heet de krachtbron voluit - is gebaseerd op een diesel die Ford al lang in het programma heeft; de Endura DI. Bij de 'ombouw' tot TDCi, kreeg dit blok sterkere drijfstangen en een grotere oliekoeler. Directe inspuiting had de 1753 cc machine al. Maar Ford maakte voor het injecteren van de brandstof nog geen gebruik van het common rail systeem. In plaats daarvan paste het merk de oude vertrouwde rotatiepomp nog toe. Waarom dat gebeurde, terwijl andere merken snel over gingen op de common rail, of - bij het VW-concern - de pompverstuivertechniek? Martin Leach die bij Ford Europa verantwoordelijk is voor de productontwikkeling kan het antwoord geven. Hij zegt: 'Volgens onze analyses en tests bood de eerste generatie common rail, hoe veelbelovend ook, toch niet dát niveau van systeemdruk en injectieprecisie om de hoge kosten ervan te rechtvaardigen. Van de tweede generatie menen we dat die niet alleen technisch geavanceerder is, maar ook aanzienlijk minder storingsgevoelig en aanmerkelijk gunstiger qua kosten.'
We hebben volgens Ford dus te maken met een tweede generatie common rail. Waar zit 'm dat in? In ieder geval niet in een aantal onderdelen die we van andere moderne diesels al kennen. Natuurlijk maakt de Duratorq TDCi gebruik van een tussenkoeler, en dat hij een turbocompressor met verstelbare schoepen heeft is ook al niet echt bijzonder.
Mensenhaar
Eigenlijk is de common rail van de Duratorq TDCi ook al niet ongewoon, behalve dan dat het geen rail is maar een rond reservoir. Dat heeft niets met High Tech te maken, maar alles met de ruimte die onder de motorkap van de Focus beschikbaar is. Een speciaal kenmerk van de common rail techniek van de 'tweede generatie' is zeer hoge druk waarmee het systeem werkt. Ook de injectoren waardoorheen de brandstof in de cilinders wordt geperst gaat een stapje verder. Zo werkt de nieuwe HDI common rail diesel van PSA (Peugeot en Citroën) met injectoren voorzien van vijf piepkleine gaatjes. De injectoren van de Duratorq TDCi hebben zes van die gaatjes; met een doorsnee, veel kleiner dan die van een mensenhaar. En dan is er de snelheid waarmee de injectoren werken. Het open en sluiten vraagt maar 0,3 milliseconde; iets minder dan de toch al onvoorstelbaar korte tijd van een derde deel van een duizendste seconde. Hoe lang een injector werkt wordt weer geregeld door de motorelectronica. Die neemt z'n 'beslissingen' aan de hand van gegevens die verzameld worden door een heel stel sensors. Dat zijn - onder andere - sensors voor de druk en de temperatuur van de brandstof; voor de stand van gas- koppelings- en rempedaal; voor de temperatuur van de cilinderkop en de stand van de krukas en de nokkenas. En er is meer, want de injectoren zorgen niet simpelweg voor één inspuiting voor elke ontbranding. Het systeem werkt veel verfijnder. Het lelijke nagelen van dieselmotoren ontstaat door een plotselinge sterke stijging van de druk in de cilinders. En dat is weer het gevolg van een al te bruuske ontbranding. Je kunt het verbrandingsproces regelmatiger en daardoor stiller laten verlopen door voor de eigenlijke injectie al een heel klein beetje brandstof in te spuiten; een voor-injectie heet dat. Dat gebeurt ook bij zo'n state-of-the-art common rail diesel als de TDCi van Ford. Behalve al die sensoren die we al noemden, is er nóg een bijzondere sensor die een rol speelt bij de brandstofinspuiting. Dat is een klopsensor. Hij is gemonteerd tussen de tweede en derde cilinder en 'luistert' naar de motor. Als hij rauwe geluiden hoort, zorgt hij ervoor dat de inspuiting zo wordt aangepast dat de motor binnen de kortste keren weer beschaafd gaat lopen.
Overtorque
En beschaafd loopt de 1.8 TDCi die rond het midden van het jaar leverbaar wordt in de Focus en later ook in de Mondeo. Ook als je tijdens het starten het raampje open hebt hoor je niet die vrachtwagenachtige dieselgeluiden. 'Dat komt dus niet doordat er een hele berg isolatiemateriaal onder de kap zit,' zeggen ze bij Ford, 'maar door de klopsensor.' In het interieur merk je al helemaal weinig van motorlawaai. Zo weinig dat afrolgeluiden en windgeruis gaan opvallen. Ook het karakter van de motor doet je vergeten dat je met een diesel rijdt. De eerste versnelling is wel korter dan bij een benzinemotor, maar het is niet zo dat de fut er al snel uit gaat als het toerental klimt. Die 'waarschuwing' om over te schakelen ontbreekt, en voor je het weet staat de wijzer van de toerenteller in het rode gebied. Maar ook in andere versnellingen heb je eigenlijk nooit het gevoel dat de motor 'te kort komt'. Dat komt door de 'overtorque' die beschikbaar komt al je van uit de middelste toerenregionen voluit accelereert. Met hulp van de turbocompressor neemt het koppel dan tijdelijk toe van 250 naar 280 newtonmeter bij 1.850 toeren. Zo kom je met Fords nieuwe common rail diesel zo soepel, vlot en stil vooruit dat je bijna niet meer realiseert dat er een zelfontbrander in het vooronder staat. Zou dit dan de diesel zijn die de benzinemotor overbodig maakt?