BYD is wel lekker bezig, hè?

Zeg dat wel. Aan het einde van 2023 was daar ineens het bericht dat het Chinese BYD Tesla had ingehaald als grootste EV-bouwer ter wereld. Het ging nog wel om ‘slechts’ een kwartaal, want over heel 2023 stond Tesla nog altijd aan kop. Evengoed toont het aan hoezeer het beeld van Chinese merken als bescheiden nieuwkomers niet klopt, zeker in het geval van BYD. De auto’s van BYD zien we ook in Nederland ook steeds vaker rijden. Wel gaat het daarbij vaak om de Atto 3, een compacte SUV met een relatief bescheiden prijs. De Seal zit veel hoger in de markt en lijkt een regelrechte rivaal voor de Tesla Model 3, die bij het maken van deze test helaas niet beschikbaar was als derde deelnemer.

Hoe doet de BYD Seal het als EV tegenover de Hyundai Ioniq 6?

Met de Hyundai Ioniq 6 heeft de Seal een zeer serieuze tegenstrever, want net als zijn technische broertjes op dit platform is dit een uiterst vernuftige EV. 800-volt-techniek zorgt bijvoorbeeld voor een hoog snellaadvermogen, terwijl Vehicle-to-Grid-technologie het mogelijk maakt om andere apparaten via de laadpoort van stroom te voorzien. Daarmee deelt de Ioniq 6 meteen rake klappen uit, want de Seal beeft geen ‘V2G’ en houdt het aan de snellader bij een relatief bescheiden 150 kW. Ook onderweg blijkt dat Hyundai goed heeft nagedacht over dat elektrische rijden. Achter het stuurwiel zitten bijvoorbeeld flippers waarmee de mate van recuperatie kan worden geregeld. Dat heeft direct een merkbaar effect en in de sterkste stand vertraagt de auto zo snel en komt hij zo vlot tot stilstand dat het daadwerkelijk mogelijk is om met één pedaal te rijden. Daarbij vergeleken voelt de BYD maar traditioneel aan: het verschil tussen de twee recuperatiestanden is nauwelijks voelbaar en tot stilstand komen doet hij alleen als er daadwerkelijk wordt geremd. De Seal rijdt dus gewoon als een auto met een traditionele automaat en daarmee weinig vernieuwend. Hoewel dit alles hooguit een beperkte rol speelt bij het verbruik is de Seal ook nog eens minder efficiënt dan de Hyundai. Die zou met kleinere wielen nog zuiniger zijn, maar komt zelfs op de gigantische 20-inch-hoepels van de topversie verder op één kilowattuur.

De BYD Seal en de Hyundai Ioniq 6 zijn opvallende verschijningen. Zijn de interieurs ook zo spraakmakend?

Het interieur van de Ioniq 6 is zeker niet zo opvallend als de buitenkant, maar past er door zijn opgeruimde, moderne vormen toch goed bij. Strakke en horizontale lijnen zorgen voor een opgeruimd gevoel en omdat er weinig zwart is gebruikt, voelt het binnenste ruimtelijk en fris. En degelijk, want dat kunnen we de Koreanen wel toevertrouwen. Alles wat je aanraakt, voelt stevig en mooi afgewogen aan. Het via twee horizontale schermen toegankelijke infotainment is lekker snel, logisch ingedeeld en behoorlijk uitgebreid, al geldt dat laatste niet voor het beperkt instelbare informatiescherm achter het stuur. Jammer is dat Hyundai aan het doorslaan is op het gebied van veiligheidssystemen. Het uitschakelen van de helaas verplichte snelheidspiep vereist minimaal drie stappen en de bestuurdersmonitor vindt elke scheve blik voldoende om luidkeels en langdurig te gaan piepen. De Seal is minder bemoeizuchtig en minder pieperig, atypisch voor een Chinese auto. Met 15,6 inch is het centrale touchscreen indrukwekkend groot. Met een druk op de knop draait het van een horizontale naar een verticale positie, altijd leuk om je passagiers mee te vermaken. De digitale omgeving is echter lang niet zo goed uitgedacht als dat van de Hyundai en zit vol met knullige vertalingen, terwijl het verbruik niet goed inzichtelijk is. Het fysieke deel van dit binnenste maakt meer indruk: de Seal oogt vanbinnen gezellig, hoogwaardig en compleet en is modern, maar zeker niet minimalistisch of kil.

Die Seal is dus niet perfect, maar wel relatief goedkoop.

Dat klopt helemaal. Bij BYD staat op het prijskaartje van een achterwielaangedreven Seal altijd € 45.990. Zelfs voor het inkleuren van exterieur en interieur vraagt BYD niets extra, dus voor het genoemde bedrag ben je daadwerkelijk klaar. Dat is bij Hyundai wel anders. De fiscale waarde zit daarmee net onder de SEPP-subsidiegrens en de uitrusting is zeer compleet. De Hyundai is veel duurder. De vanafprijs van de Ioniq 6 ligt weliswaar ook net op SEPP-niveau, maar voor de versie met grote accu ben je minimaal € 50.895 kwijt. Met een aan de BYD gelijkwaardige uitrusting hebben we het al snel over 60 mille en daarmee is de Koreaanse auto wel erg veel duurder dan de Chinese.