B-klasse naar Grand Prix Engeland - Duurtestreportage
Met de minst sportieve Mercedes naar de Formule 1
Onze duurtest B-klasse is nou niet bepaald de sportiefste auto op de weg: diesel, automaat, hoge instap. Toch heeft hij alle eigenschappen om een prettige reisauto te zijn. Tijd om dat te testen. We richten onze peilen op de Formule 1 op Silverstone, waar de meest sportieve Mercedes-Benz rondrijdt.
Als we vanaf ons startpunt Hoorn zuidwaarts gaan over de A7, wordt meteen duidelijk dat de krap 700 kilometer lange rit geen aanslag gaat worden op rug of achterwerk. Wat zitten die Duitse stoelen comfortabel. Van achter het stevige stuur lacht het brede beeldscherm van de Mercedes ons toe. Zeker de actieradius van 1.020 kilometer geeft het vertrouwen dat de B-klasse zijn hand niet omdraait voor dit tochtje. Maar onderweg naar de Formule 1 willen we toch weten hoe sportief deze auto kan zijn. Er is een Sport-stand, maar die zorgt er eigenlijk alleen maar voor dat de motor meer toeren gaat draaien. Van strak weggedrag moet de Duitser het ook niet hebben. In gedachten horen we Hamilton over de boordradio al klagen over zijn auto. Snel de Sport-stand weer uit. Laat maar zitten, die raken we de rest van de reis niet meer aan.
MELDING: OLIE BIJVULLEN
Als we in een geslaagde poging om de ochtendspits van Antwerpen te ontwijken door de Liefkenshoektunnel zijn geglipt, verschijnt er opeens een melding op het scherm: ‘Bij volgende tankbeurt 1 liter olie bijvullen’. De boodschap verdwijnt net zo snel als hij is gekomen, maar we zitten toch één procent minder lekker achter het stuur. Dat gevoel wordt versterkt door de lane assist, die op de meest onverwachte momenten ingrijpt middels een ferme trap op de rem. Wellicht een goed idee als je na een lange dag rijden vermoeid achter het stuur zit, maar met drie cappuccino’s achter de kiezen en op klaarlichte dag voelt het wat overdreven. Je kunt het weliswaar uitzetten, maar dat moet wel elke keer opnieuw als de motor uit is geweest. Verderop in de reis wordt dit routine.
Bij Calais zetten we de Mercedes, met een litertje 5W30 extra in het blok, vooraan op de ferry. De overtocht van anderhalf uur is een heerlijke gelegenheid om op het buitendek een koffie koffie te drinken. Verderop zijn de krijtrotsen bij Dover al te zien. Door de AutoWeek-stickers op de Benz beneden krijgen we wat aanspraak van belangstellenden. “De mooiste B tot nu toe, die eerdere modellen waren lelijk”, luidt het oordeel.
Op de weg tussen de kade van Dover en het hotel in Milton Keynes, 218 kilometer verderop, is nog een tussenstop gepland: Het Royal Airforce Museum in Hendon, in Noord-Londen. Terwijl Google Maps ons een route over de ringweg M25 aanraadt, zegt de navigatie van de auto dat we binnendoor moeten. We testen de auto, dus volgen de auto ook, maar daar krijgen we later spijt van. De route door de grootste stad van West-Europa begint interessant, met een tochtje door de uiterst krappe Blackwall-tunnel (een ervaring op zich) onder de Theems door, maar dan belanden we in een verkeersinfarct dat Google Maps wel had voorzien, maar de auto niet. Noord-Londen is al geen enerverende omgeving, en zeker niet om in de file te staan.
SILVERSTONE
Hier speelt ook het grootste nadeel van de automaat op: wegrijden zonder schok is soms lastiger dan een Rubik kubus; meestal komt de auto niet soepel van zijn plek. In langzaam rijdend tot stilstaand verkeer is dat echt niet prettig. Door toch maar Google Maps in te schakelen weten we ons uit de ronkende massa te bevrijden en doemt alsnog het museum op. Daar wacht een piekfijne collectie militaire vliegtuigen, voornamelijk uit beide Wereldoorlogen. Echt een aanrader voor iedereen die van deze machines houdt.
In Milton Keynes werken we de volgende ochtend met moeite een stevig Engels ontbijt naar binnen en zetten dan koers naar Silverstone. Bij de ingang van het circuit worden we omringd door allerlei AMG-Mercedessen, met hun bekende V8-brul uit de vier stortkokers aan de achterkant. Onze Renault-diesel blijft enigszins verlegen op de achtergrond, tot de sportieve broers afbuigen naar de vip-parkeerplaats. Op de media-parking ziet de B-klasse er dan weer fraai uit tussen de huur-Fiesta’s en Corsa’s van de collega’s. De automatische achterklep blijkt een uitkomst als we onze tassen uit de auto pakken. Die geeft toch een beetje dat premium-gevoel.
RUST
In de dagen die volgen, komt de Mercedes veel in actie op tweebaanswegen waarmee de regio vol ligt, vaak met de nodige hobbels. Moeiteloos zoeft hij hier overheen en ook de tientallen rotondes in Milton Keynes – ook bekend als ‘roundabout city’– gaan zonder zorgen. Is het een sportieve auto? Zeker niet. Is het een fijne reisauto? Absoluut. Alleen dat wegrijden blijft een bron van ergernis.
Het interieur is na afloop van de hectische dagen op het circuit een oase van rust en comfort, met soepele bediening, airco waar de noordpool jaloers op is en een uitstekende geluidsinstallatie. Meebrullend met Arcade Fire zoeven we door het groene Engelse landschap, we dineren in Oxford en op de terugweg in het donker verblinden we de tegenliggers met onze felle ledlampen. Het enige punt van aandacht doemt elke ochtend op, zodra we op pad gaan: ‘O ja, ze rijden hier aan de andere kant’.
De Grand Prix op zondag verloopt nogal hectisch, maar heeft uiteindelijk wel de voorspelde winnaar: thuisfavoriet Lewis Hamilton. Max Verstappen lijkt onderweg naar een verdiende podiumplaats, maar wordt van achteren getorpedeerd door Sebastian Vettel in de Ferrari. Het gebeurt allemaal ver achter de ruggen van Hamilton en Bottas, die de race domineren in hun Mercedessen.
Vooral Hamilton is hét uithangbord van de sportieve kant van Mercedes. 240 Grands Prix, 80 overwinningen, 87 pole positions, 5 wereldtitels, allemaal behaald met een motor van het merk uit Stuttgart. Heel Duits is het Formule 1-team overigens niet: de fabriek staat in Engeland, de coureurs zijn Brits en Fins en de teambaas is een Oostenrijker. Het doet allemaal niets af aan de enorme successen van de renstal en hoe die afstralen op het hele merk. Maar als we de diesel in de B-klasse aanslingeren en het asfalt kiezen, vragen we ons niet af of we al in de drs-zone zitten. Alles terug naar normaal, Hamilton lijkt opeens weer ver weg.
Ook voor de terugreis is een tussenstop ingepland: het Imperial War Museum in Duxford. Dat heeft een grote collectie aan vliegtuigen en tanks. In de hangars treffen we verre familie van onze duurtester aan. Er staat een Messerschmitt Bf-109 met een Daimler-Benz V12 en verderop vinden we een Jagdpanther, een tankjager met een Maybach V12. Voor dit museum geldt hetzelfde als voor het Royal Airforce Museum dat we op de heenreis bezochten: een absolute aanrader voor liefhebbers van dit spul.
VERRE FAMILIE MET VLEUGELS
Goed, op naar Dover om de ferry te halen. Opnieuw zijn de navigatie in de auto en Google Maps het niet eens over de te nemen route en de aankomsttijd, en opnieuw blijkt de navigatie op de smartphone het bij het rechte eind te hebben. Controlfreaks als we zijn is de marge groot en zijn we na de rit van 180 kilometer veel te vroeg in Dover. Daar is het ondanks de vakantietijd net als op de heenweg opmerkelijk rustig.
Zonder echt te hoeven wachten vinden we een plaatsje op het dek. Boven eten we vette fish and chips. Op het moment dat we het autodek willen verlaten, maakt de ferry een kleine onverwachte beweging, wat resulteert in een reeks autoalarmen die tegelijk afgaan. Onze Mercedes blijft gelukkig stil. Het personeel van de ferry haalt tussen de claxons en knipperlichten de schouders op. De reis terug naar Frankrijk is met de invallende schemering weer prima uit te houden. Misschien is de trein door de Kanaaltunnel sneller, maar het comfort, het uitzicht en niet in de laatste plaats de prijs – het scheelt ongeveer honderd euro – maken die verloren tijd ruimschoots goed.
Als we Calais achter ons laten, moeten er nog 400 kilometers aan asfalt worden verslonden. Eén voordeel: we rijden weer aan de goede kant van de weg. Een Formule 1 Grand Prix moet minimaal 305 kilometer zijn, dus de strategie is simpel: een driestopper, waarvan twee keer sanitair en één keer voor diesel en wat eten. Tijdens de terugreis proberen we tot een voorzichtige conclusie te komen over de duurtester. Een lekker ruime en comfortabele auto die een premiumgevoel over weet te brengen. Op de snelweg is hij stil en koersvast, met soms wat te hysterische veiligheidssystemen. Buiten de snelweg is het ook solide, verre van sportief en produceert de diesel regelmatig het geluid van een nagelende Ford Transit. Dit gaat nooit overheersen en stoort dus niet echt. Dat kan niet worden gezegd van de manier waarop de B-klasse van zijn plek komt. Als Hamilton dat soort schokkende starts zou hebben, had hij al lang bij Ferrari gereden.
Dit artikel is gratis te downloaden in PDF-formaat. Hiervoor maak je eenmalig een AutoWeek account aan, waarna je onbeperkt uit het AutoWeek archief kunt downloaden.
Signalement
Merk | Mercedes-Benz |
---|---|
Model | B 180 d |
Carrosserie | 5-deurs, mpv |
Transmissie | 7 versnellingen, automaat met dubbele koppeling |
Aandrijving | voorwielaandrijving |
Nieuwprijs | € 38.417 |
Specificaties
Brandstof | diesel |
Motor | 4-cil. in lijn |
Cilinderinhoud | 1.461 cc |
Maximaal vermogen | 85 kW / 116 pk |
Maximaal koppel | 260 Nm bij 1.750 tpm |
Inhoud brandstoftank | 43 l |
Lengte / breedte / hoogte | 4.419 mm / 1.796 mm / 1.562 mm |
Wielbasis | 2.729 mm |
Massa leeg | 1.385 kg |
Laadvermogen | 625 kg |
Aanhangermassa geremd | 1.400 kg |
Banden | 205/60R16Prijzen |
Topsnelheid | 200 km/h |
Acceleratie 0-100 km/h | 10,7 s |
Brandstofverbruik | 4,5 l/100km |
CO2-uitstoot (WLTP) | 119 g/km |
PRIVATE LEASE Mercedes-Benz B-klasse
Had je deze auto's al gezien?

Mercedes-Benz B-klasse 250e | Navigatie | 1e eigenaar | BTW
- 2022
- 29.557 km

Mercedes-Benz B-klasse 250e Style
- 2022
- 31.000 km

Mercedes-Benz B 200 Automaat Business Solution Luxury | Premium Plus Pakket | Multibeam LED | Advanced Sound System | Keyless-Go | Sfeerverlichting | Stoelverwarming | Trekhaak
- 2020
- 45.714 km