Audi A6 Allroad

Over het nut van lifestyle-auto's kun je een behoorlijke boom opzetten. Audi gelooft er in ieder geval nog heilig in. Dus hult het nu ook de nieuwe A6 Avant in een ruige outfit. En dat doet Audi volgens een bekend recept. De eerste A6 Allroad uit 2000 – tot de komst van de A4 Allroad nog gewoon Allroad geheten – was nog een tamelijk ingetogen stationwagon die wat hoger op z'n poten was gezet. De tweede editie van de A6 Allroad uit 2006 zag er al een stuk extravaganter uit, en de derde generatie die nu aantreedt, deelt die extravagantie. Vooral de snuit van deze A6 Allroad is rondweg imposant. Daarin moet de singleframe grille waarin een belangrijke plaats is ingeruimd voor het Audi-logo en waarin de verchroomde stijlen verticaal staan de aandacht delen met een roestvrijstalen bodemplaat die als een tong onder de auto vandaan steekt. Sommigen vinden de neus door het enthousiaste chroomgebruik van de fabrikant overigens een bling-bling-karakter hebben dat Audi niet past, maar apart ziet er wel uit . Ook aan de achterzijde eist een beschermplaat die onder de bumper vandaan krult de aandacht voor zich op. Om de indruk te wekken dat de auto werkelijk alles aankan, heeft Audi de optische trukendoos wederom opengetrokken en er behoorlijk in gegraaid. Over de dorpels zitten dikke, deels aluminiumkleurige beschermplaten. Bijna onvermijdelijk bij een SUV-achtige zijn de wielkastverbreders, en dus heeft de A6 Allroad ze ook weer, en die sluiten keurig aan op de dorpelverbreders. Stoere negentien inch-wielen maken het plaatje af.

Aan de binnenzijde ziet de Audi er een stuk minder schreeuwerig uit, en zijn het vooral de nieuwe bekledingsstoffen die bevestigen dat we hier met de kakelverse A6 Allroad te maken hebben. Het interieur kennen we in grote lijnen al uit de A6. Het is overzichtelijk en clean vormgegeven. Vooral het dashboard is een toonbeeld van eenvoud, ondanks dat de Audi tal van technische hoogstandjes herbergt. De logisch geclusterde druktoetsen in de middensectie van het dashboard en op de centrale console rond de versnellingspookknop zijn verantwoordelijk voor de toegankelijkheid en de gebruiksvriendelijkheid. Met de draaidruktoets achter de pook bedien je Audi's Multi Media Interface. Op het display volg je je handelingen. Met het systeem bedien je de radio, de tv, het navigatiesysteem, de airco en de actieve luchtvering (onderdeel van Audi's Drive Select).

Doorglijden

Je kunt met behulp van het MMI zelf de bodemvrijheid met een druk op de knop vergroten of verkleinen. Dat je de bodemspeling kunt variëren in de Audi, heeft gevolgen voor de rijeigenschappen van de auto. De variaties dragen de namen Allroad, Dynamic, Comfort en Automatic. In de laatste modus past het onderstel geheel zelfstandig de wagenhoogte en de mate van vering en demping aan aan de rijomstandigheden. Bij continue hoge snelheden zakt de koets 15 millimeter. In de comfortabele stand worden vering en demping door het elektronische brein zodanig aangepast, dat de actieve luchtvering zoveel mogelijk oneffenheden in het wegdek gladstrijkt. De term Dynamic laat evenals de naam Comfort geen twijfel bestaan over het karakter dat de auto zal hebben. De Audi zakt naar z'n laagst mogelijke stand en rijdt stugger. Oneffenheden worden nadrukkelijker doorgegeven. Helemaal aan de andere kant van het spectrum zit de Allroad-modus. De keuze voor deze variatie resulteert in een zich maximaal oprijzende Audi. Tot snelheden van 80 km/h wordt de A6 Allroad in deze stand met 35 millimeter verhoogd. Zodra je stapvoets rijdt, kun je de Audi via de Lift-modus nog eens tien millimeter hoger op z'n wielen zetten. Hij is dan klaar voor het wat ruwere terrein en kan met z'n ruimere bodemspeling de meeste bulten en kuilen probleemloos onder z'n buik laten doorglijden. Zolang de onverharde ondergrond niet al te ruig wordt, natuurlijk. Dan heb je een echt werkpaard nodig. Bij hetzelfde merk kun je die overigens ook verkrijgen. Op het asfalt schakelt de elektronica de Allroad-afstellling van het onderstel uit en keert terug naar het Automatic-programma zodra de snelheid te hoog wordt.

Doordat de Allroad net wat hoger op z'n poten staat dan een gewone A6 Avant, ligt tevens het zwaartepunt hoger. Daar merk je tijdens het rijden nauwelijks iets van. Dat de Audi zo'n prettige rijmachine is, komt voor een belangrijk deel op conto van de actieve luchtvering. Tot op hoge snelheid voelt de Allroad stabiel en koersvast aan. In bochten gaat de Audi niet vervaarlijk op één oor hangen; hij doet feitelijk niet onder voor de gewone A6. De quattro-aandrijving zorgt ervoor dat je hoge bochtsnelheden kunt halen zonder dat de boel direct begint te glijden. De Duitser blijft neutraal en neigt naar onderstuur als je 'm echt provoceert. De neus draait weer keurig bij zodra je het gaspedaal lift. De besturing is aan de zware kant, maar voelt artificieel aan; de communicatie over wat er onder de wielen gebeurt met de bestuurder is door de bekrachtigingsinstallatie tot een minimum beperkt en kan beslist beter.

Twee turbo's

In de nieuwe A6 Allroad presenteert Audi een viertal krachtige V6-turbomotoren die volgens de fabrikant niet alleen krachtiger zijn dan hun voorgangers, maar ook tot twintig procent zuiniger; een 3,0-liter TFSI van 310 pk en drie 3,0-liter TDI's van respectievelijk 204, 245 en 313 pk. Audi koppelt de eerste drie motoren aan een zeventraps automatische transmissie met dubbele koppeling, de S-Tronic-versnellingsbak (Audi's benaming voor de DSG-transmissie). Wij maken kennis met de sterkste diesel, met twee turbo's. Die krijgt van huis uit een achttraps Tiptronic-automaat mee vanwege het hoge koppel van de motor dat deze bak beter aankan. Bij lage toerentallen doet de kleinste van de twee turbo's het meeste werk, om langzaam het estafettestokje door te geven aan een grotere compressor. Boven de 3.500 tpm is alleen de grote turbocompressor actief en wordt de kleinste buiten werking gesteld. De TDI-motor sleurt fors aan de Audi zonder dat een turbogat waarneembaar is. De versnelling geschiedt mooi lineair. In slechts 5,6 seconden stuwt hij de A6 vanuit stilstand naar 100 km/h. En daarbij brengt hij een geluid ten gehore dat met enige fantasie zelfs als een tikje sportief kan worden ervaren, dankzij de soundtrack van de uitlaat die de dieselnagel uit het vooronder overstemt, en zodanig gemanipuleerd is dat je zowaar een inspirerende roffel waarneemt. De topsnelheid is vergrendeld op 250 km/h. Ondanks dat we hier met de grootse krachtpatser te maken hebben die Audi levert in z'n A6 Allroad, claimt het merk voor de biturbomotor een verbruik van slechts 6,7 liter dieselolie per honderd kilometer.