4Matic-vierwielaandrijving - Reportage

7 keer 4x4

AutoWeek 09 2019
AutoWeek 09 2019
AutoWeek 09 2019

Je leest het in AutoWeek 09 2019

Tegenwoordig heeft in Nederland zelfs het gros van de SUV’s slechts één aangedreven as, maar er zijn omstandigheden waarin een tweede exemplaar toch echt bijzonder welkom is. Dat de ene vierwielaandrijving de andere niet is, bewijst Mercedes-Benz door ons op een dichtgevroren meer in Finland op pad te sturen met zeven verschillende varianten.

Weinig merken hebben zo’n breed modellenaanbod als Mercedes-Benz. Sedans, stationwagons, SUV’s en coupé-SUV’s hebben gezelschap van een compacte hatchback, het grootste cabrio-aanbod van autoland en een breed scala aan coupés. Ook onderhuids zijn er grote verschillen.

Dwarsgeplaatste motoren drijven bij kleinere modellen de voorwielen aan, terwijl het vermogen bij grotere exemplaren in principe naar de achterwielen gaat. Vierwielaandrijving, bij Mercedes-Benz 4Matic genoemd, voegt deze groepen in theorie samen. In de praktijk houdt die theorie echter geen stand.

A 220 4MATIC

De bescheiden A-klasse is al een voorwielaandrijver sinds zijn start als het hoge, MPV-achtige model dat hier in Scandinavië zijn bekendheid verwierf. Sinds 2012 behoort vierwielaandrijving echter tot de mogelijkheden, al moet je dat wel graag willen. 4Matic is namelijk pas mogelijk vanaf de 190 pk sterke A 220 en kost dan nog dik 4 mille extra, waardoor het totaal voor de voordeligste integraal aangedreven personenauto van Mercedes op € 45.591 komt. Een zeventraps automaat met dubbele koppeling, naar goede Benz-traditie met een bedieningshendel aan de stuurkolom, is dan wel standaard. Onder normale rijomstandigheden gaat het vermogen gewoon naar de voorwielen. Pas als er gripverlies optreedt, kan maximaal 50 procent van de krachten naar de achteras worden gestuurd. Er zijn dan ook onderstuurneigingen, maar die kunnen – na wat oefening – eenvoudig worden onderdrukt. Even van het gas of op de rem en hup, de achterkant komt om. Vervolgens komt het stevige vermogen goed van pas om de auto vast te houden in zijn dwarse positie en met een grijns van oor tot oor naar de volgende bocht te laten glijden. Door zijn snelle stuurreacties en gasrespons is de compacte A-klasse op het ijs de meest vermakelijke auto van het stel.

C 200 4MATIC ESTATE

We gaan een stapje groter en stappen in een C-klasse Estate. De C 200 komt tot 184 pk, maar kan de A 220 in overboostfunctie kortstondig nipt overtroeven. Veel belangrijker is echter dat deze auto een traditionele Mercedes-Benz is, dus met een in lengterichting geplaatste motor die in tweewielaangedreven exemplaren de achterwielen aandrijft. Ook het 4Matic-systeem is helemaal anders dan bij de A-klasse. Hier geen in de basis tweewielaangedreven auto die in geval van nood een beroep kan doen op een extra aangedreven as, maar permanente vierwielaandrijving. Daarbij gaat 45 procent van het koppel naar de voorkant en 55 procent naar de achterwielen. Bij de C-klasse is lomp forceren dan ook niet nodig om de achterkant te laten uitbreken, maar zwaar overstuurd is de auto allerminst. Met zijn relatief lichte viercilinder en bescheiden vermogen is de auto ook op een ondergrond die geheel uit ijs bestaat uitstekend in de hand te houden. De auto glijdt minder snel over de voorwielen weg dan de A en als de achterkant uitbreekt, is dat eenvoudig op te vangen. Bovendien voelt ook deze relatief compacte Estate lekker lichtvoetig aan.

C 400 4MATIC

De tweede C-klasse uit de testvloot is een sedan en heel wat minder toegankelijk dan zijn bescheiden gemotoriseerde broertje. De 3.0-V6 in de C 400 4Matic verdeelt 333 pk en 480 Nm over de wielen. Door de extra kracht en een andere gewichtsverdeling vereist dwarsgaan met deze auto iets meer oefening dan bij de C 200, waarbij het vooral belangrijk is om met beleid met het gaspedaal om te gaan.

GLC 220D 4MATIC

ls het gaat om vierwielaandrijving mag een SUV niet ontbreken. Hoewel het geen schande meer is om met een voorof achterwielaangedreven hoogpotige op het toneel te verschijnen, is integrale aandrijving zeker in de hogere SUV-segmenten nog altijd een populaire optie. Op de netjes aangeveegde testbanen in Finland hebben we niet veel aan de extra bodemvrijheid, maar laat de GLC zich evengoed van zijn beste kant zien. Het laat zich raden dat Mercedes’ compacte SUV dankzij zijn hoge zwaartepunt minder speels is dan een reguliere C-klasse. De GLC met 4Matic is vooral erg veilig en laat zich alleen van de wijs brengen als je daar doelbewust naar op zoek bent.

E 400D 4MATIC ESTATE

Ho! Dat is even wennen. De indrukwekkende zescilinder dieselmotor in de neus van de E 400d is zó zwaar, dat de kont sneller omkomt dan verwacht. Onderstuur is bij deze auto vrijwel helemaal uitgebannen, maar de achterkant laat zich met veel precisie en zonder enige moeite uit het gareel brengen. Opnieuw is het zaak om het gaspedaal wat te ontzien, want tegen 700 Nm hebben de banden op deze ondergrond bijzonder weinig in te brengen.

CLS 450 4MATIC

De CLS is als vierdeurs coupé nadrukkelijk een sportief model, maar onder deze omstandigheden leent een kleinere, lichtere auto zich toch echt beter voor een fijne speelpartij. Toch is de CLS 450 niet intimiderend. Door de bijzonder lage zit voelt de bestuurder goed aan wat er gebeurt. De kracht wordt hier op dezelfde manier verdeeld als bij de C-klasse: 45 procent voor, 55 achter. De grenzen liggen ver weg, maar als de heerlijk klinkende zes-in-lijn wat zwaarder wordt belast, is het zaak beide handen aan het stuur te houden. Met ingeschakeld ESP is dat niet nodig, want dan weet ook deze krachtpatser zichzelf keurig in bedwang te houden. De neus glijdt dan iets rechtdoor, totdat de boel zo is afgeremd dat er weer grip is en de reis op een beschaafde manier kan worden vervolgd.

G 500

Zeiden we daar ‘niet intimiderend’? Dat trekken we in voor de G 500, want wat een beul is dit! De 4.0-V8 klinkt ook in de niet-AMG als een klok en achter het stuur voelen we ons onoverwinnelijk. En toch een beetje kwetsbaar, want zou die 60 centimeter ijs echt dik genoeg zijn om 2.329 kilo te dragen? Dat blijkt het geval en al snel doet ook de G-klasse braaf zijn rondjes. Natuurlijk is de loodzware terreinbeul verre van dynamisch, maar toch zitten we met een enorme grijns achter het stuur. Een belangrijk verschil met de legendarische eerste G-klasse is dat bij het nieuwe model in principe 60 procent van de aandrijfkrachten naar de achteras wordt gestuurd. Een eerlijke verdeling is nog steeds mogelijk na een druk op de knop. Na wat oefening laat de rijdende zeecontainer zich aardig plaatsen en komen we met een enorme beul en een dito powerslide het korte rechte stuk op schuiven. Genieten!

Verder lezen?

Dit artikel is gratis te downloaden in PDF-formaat. Hiervoor maak je eenmalig een AutoWeek account aan, waarna je onbeperkt uit het AutoWeek archief kunt downloaden.

Inloggen of Registreren

PRIVATE LEASE Mercedes-Benz