Waarom Lancia Ypsilon-voorganger Y10 als premium-Panda meer mocht kosten dan simpele Fiat Uno
De Lancia Ypsilon leeft weer helemaal op en daarom duiken we in de modelgeschiedenis. We komen uit bij een vroege voorganger die niet die naam droeg, maar als Y10 door het leven ging. Het kostte de importeur enige moeite om de auto als volwaardige Lancia uit te dossen.
Nog voor de Y10 was er de Lancia A112, die we hier overslaan omdat dat feitelijk een omgenummerde en zowat prehistorische, want helemaal uit 1969 stammende Autobianchi was. Daarmee is meteen een gevoelig punt genoemd, want juist vanwege de populariteit van Autobianchi in Italië, Frankrijk en Portugal werd de Y10 aldaar onder die merknaam geleverd. De rest van Europa moest zich voor zijn Y10’s tevreden stellen met alleen een ander logo in een nogal saaie Autobianchi-grille.
De Nederlandse Lancia-importeur nam daar geen genoegen mee en vond een leverancier die best een andere grilletje wilde bakken. Zodoende kwam de Y10 hier te lande als een fatsoenlijke Lancia voor de dag en oogt hij derhalve veel beter dan de auto op de veel internationale persfoto’s. De komst van de Y10 stond sterk in het teken van de destijds revolutionaire, want geheel door robots gebouwde FIRE-motor. Die opvallende naam klinkt vurig, maar verwijst slechts naar de sterk geautomatiseerde fabricagemethode in een speciaal daarvoor gebouwde fabriek in het Italiaanse Termoli.
De Y10 kreeg de FIRE-motor als eerste model uit de Fiat-stal. Verder baarde de Y10 opzien met zijn opvallende vormgeving, omdat het puntige, gestroomlijnde front sterk contrasteert met de matzwart gelakte, bijna loodrecht geplaatste achterklep. Wie vermoedt dat de ontwerpers van Fiats Centro Stile opeens genoeg van hun werk hadden, zit ernaast: het is een uitgekiende vorm, die de Y10 de verbluffend lage Cw-waarde van 0,31 oplevert. Het ontwerp moest de onderstel-afmetingen van de Fiat Panda respecteren, maar Lancia mocht wel een geavanceerdere achteras toepassen. De Y10 werd iets breder dan de Panda, voor meer armslag in het interieur. Een belangrijker kenmerk was de zeer luxueuze aankleding, met chique materialen en comfortabele voorzieningen. Hij kon zich daardoor een ronduit pittig prijsniveau veroorloven: de instap-Y10 was met 17.600 gulden zelfs duurder dan de grotere en sterkere Fiat Uno 55. Dat was ook prima, want de Y10 moest uitstralen dat zijn eigenaar bewust niet voor een doordeweekse Fiat had gekozen, maar voor een echte Lancia. En ja, dan wil je wel een neusje dat zoiets ook uitstraalt.